Gemeenteraad

Donderdag 28 maart 2024

 

Aanwezig

 

Voorzitter:

Jolien Vrints

Burgemeester:

Sanne Van Looy

Schepenen:

Dirk Gerinckx, Elisabeth Joris, Yannis Leirs, Wouter Patho

Raadsleden:

Katleen Mintjens, Alain De Laet, Alexander Van Loon, Ingrid Vrints, Paul Van Ham, Kim Geys, Mieke Vermeyen, Peter Lacante, Mieke Laenen, Kris Mintjens, Eddy Krijnen, Gert Peeters, Dries De Vry, Tom Lauryssen, Dominique Defossez, Tinne Simons

Algemeen directeur:

Sven Brabants

 

Verontschuldigd

 

Schepen:

Dries Van Dyck

Raadsleden:

Wim Vervloet, Lennert Vorsselmans

 

 

De gemeenteraad, regelmatig bijeengeroepen door de voorzitter overeenkomstig artikel 22 van het gemeentedecreet, vergadert in het gemeentehuis op 28 maart 2024.

 

De voorzitter stelt vast dat de raad wettelijk is samengesteld.

 

De voorzitter verklaart de vergadering om 20.06 uur voor geopend voor de behandeling van de volgende punten:

 

OPENBARE ZITTING

Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Gemeenteraad - notulen en zittingsverslag zitting 29 februari 2024 - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

De vorige gemeenteraadszitting vond plaats op 29 februari 2024. De ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag die er betrekking op hebben worden ter goedkeuring voorgelegd.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 32

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikels 277 en 278 betreffende de opmaak van de notulen

 

Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, goedgekeurd in zitting van 31 januari 2019, artikels 31 en 32

 

Motivering

 

De gemeenteraad stelt vast dat de ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag van de zitting van 29 februari 2024 correct en volledig werden opgesteld.

Beraadslaging

 

Voorzitter Jolien Vrints geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

De gemeenteraad besluit bij 21 ja stemmen en 1 onthouding (Katleen Mintjens)

 

Artikel 1 - de ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag van de gemeenteraadszitting van 29 februari 2024 goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Intercommunales - Pidpa - agenda van de algemene vergadering van 19 april 2024 en standpuntbepaling van het mandaat van de vertegenwoordiger - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

De gemeente Malle is deelnemer van de opdrachthoudende vereniging Pidpa.

 

Op vrijdag 19 april 2024 om 11.30 uur organiseert Pidpa een algemene vergadering op afstand.

 

De agenda van deze algemene vergadering is als volgt:

  1.   Nazicht van de raadsbesluiten voor de afgevaardigden
  2.   Begroting 2024
  3.   Varia

- Vragen van vennoten

  1.   Goedkeuring van het verslag van de vergadering.

 

Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om deze agendapunten goed te keuren.

 

Pidpa bezorgde ons met brief van 23 februari 2024 de nodige informatie en bijlagen:

        begroting 2024

         model als raadsbeslissing.

 

Juridische gronden

 

De statuten van de opdrachthoudende vereniging Pidpa

 

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

 

Beslissing van de gemeenteraad van 28 februari 2019 'Intercommunales - Pidpa - aanduiding van de vertegenwoordigers van de gemeente voor de algemene vergaderingen tijdens de legislatuur 2019-2024 - goedkeuring'

 

Motivering

 

De gemeenteraad dient goedkeuring te verlenen aan de agendapunten van de algemene vergadering en het mandaat van de vertegenwoordigers vast te stellen.

 

De voorgelegde documenten omvatten de verslaggeving omtrent de geplande activiteiten en de begroting voor 2024.

 

Bij besluit van de gemeenteraad van 28 februari 2019 werden mevrouw Sanne Van Looy als afgevaardigde en de heer Wouter Patho als plaatsvervangend afgevaardigde voor de huidige legislatuur op de algemene vergaderingen van Pidpa aangeduid.

Beraadslaging

 

Voorzitter Jolien Vrints geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

De gemeenteraad besluit bij 21 ja stemmen en 1 onthouding (Tom Lauryssen)

 

Artikel 1 - goedkeuring te verlenen aan de door de raad van bestuur van Pidpa voorgelegde begroting 2024 en het toelichtend verslag.

 

Artikel 2 - aan de vertegenwoordiger wordt de opdracht gegeven om op de algemene vergadering van 19 april 2024, overeenkomstig deze beslissing te stemmen evenals op elke andere algemene vergadering die wordt samengeroepen ter behandeling van de agendapunten van deze algemene vergadering.

 

Artikel 3 - het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en zal onverwijld een afschrift van deze beslissing bezorgen aan Pidpa, Desguinlei 246 te 2018 Antwerpen.

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Gemeentepersoneel - wijziging arbeidsreglement - actualisaties uurroosters en wetgeving - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Het arbeidsreglement werd de laatste keer aangepast op 24 september 2020.

 

Intussen zijn er enkele nieuwe wetten van kracht die nog niet werden geïntegreerd. Ook de uurroosters zijn aan een actualisatie toe.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikels 40 en 41

 

Ontslagdecreet Statutair Personeel van 16 juni 2023

 

Programmawet van 20 december 2020 in verband met de geleidelijke optrekking van het aantal dagen geboorteverlof

 

Wet van 27 juni 2021 tot uitbreiding van het rouwverlof bij het overlijden van een partner of een kind

 

Koninklijk besluit van 18 september 2022 tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen betreffende het ziektebriefje

 

Het protocolakkoord van het Bijzonder Onderhandelingscomité van 13 maart 2024

 

Motivering

 

Het arbeidsreglement wordt geactualiseerd:

         Het geboorteverlof werd uitgebreid naar 20 dagen.

         Het omstandigheidsverlof bij het overlijden van de partner of een kind werd uitgebreid naar tien dagen.

         Tot drie keer per kalenderjaar moet het personeelslid geen doktersbriefje bezorgen voor één dag ziekte.

         De tuchtstraffen ontslag en afzetting moeten geschrapt worden.

         De uurroosters van de volgende personeelsgroepen stemden niet meer overeen met de realiteit:

         gemachtigd verkeersopzichters

         schoonmaakpersoneel

         onthaalmedewerkers vrijetijdsgebouwen.

         De contactpersonen van de vakorganisaties moeten bijgewerkt worden.

         Het polisnummer van de hospitalisatieverzekering moet bijgewerkt worden.

Beraadslaging

 

Schepen Dirk Gerinckx geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt hoe het in praktijk te werk gaat.

 

Schepen Dirk Gerinckx licht toe dat de regels van bovenaf opgelegd werden en dat de aanpassingen nu worden doorgevoerd.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt of het arbeidsreglement wettelijk ergens moet liggen.

 

Schepen Dirk Gerinckx licht toe dat het arbeidsreglement op het intranet bekeken kan worden.

 

Voorzitter Jolien Vrints licht toe dat zal nagezien worden waar het arbeidsreglement geraadpleegd kan worden.

 

De gemeenteraad besluit bij 21 ja stemmen en 1 onthouding (Tom Lauryssen)

 

Artikel 1 - de beslissing van de gemeenteraad van 24 september 2020 'Gemeentepersoneel - wijziging arbeidsreglement - afschaffing wintertijd openbare werken - actualisering facilitaire dienst - goedkeuring' op te heffen vanaf 1 april 2024. 

 

Artikel 2 - het arbeidsreglement voor het gemeentepersoneel (versie 4.0) als volgt goed te keuren met ingang vanaf 1 april 2024:

 

Inhoudstafel

Inhoudstafel....................................................................2

Hoofdstuk I. Toepassingsgebied.................................................3

Hoofdstuk II. Plaats van tewerkstelling............................................4

Hoofdstuk III. Uurregeling......................................................5

Hoofdstuk IV. Jaarkalender......................................................7

Hoofdstuk V. Omstandigheidsverlof...............................................9

Hoofdstuk VI. Vertraging en voortijdig vertrek......................................11

Hoofdstuk VII. Andere afwezigheden..............................................12

Hoofdstuk VIII. Loon..........................................................13

Hoofdstuk IX. Rechten en plichten van het toezichthoudend personeel....................14

Hoofdstuk X. Verplichtingen van het personeel.....................................15

Hoofdstuk XI. Intellectuele eigendomsrechten......................................16

Hoofdstuk XII. Gebruik van ter beschikking gestelde communicatiemiddelen................17

Hoofdstuk XIII. Einde van de arbeidsovereenkomst....................................19

Hoofdstuk XIV. Sancties........................................................20

Hoofdstuk XV. Veiligheid op het werk.............................................21

Hoofdstuk XVI. Administratieve inlichtingen.........................................24

Bijlage 1......................................................................25

Bijlage 2......................................................................30

Bijlage 3......................................................................31

Bijlage 4: drugs- en alcoholbeleid...................................................33

Toepassingsgebied

 

I.1

Dit arbeidsreglement is van toepassing op alle personeelsleden die tewerkgesteld zijn bij het gemeentebestuur van Malle, ongeacht de leeftijd, het geslacht of de nationaliteit, ook als ze hun loon van een andere werkgever ontvangen of een arbeidsovereenkomst hebben met een andere werkgever. Het is niet van toepassing op het onderwijzend personeel.

Dit arbeidsreglement is gelijkwaardig aan de rechtspositieregeling. Verschillende bepalingen worden in dit arbeidsreglement overgenomen. Het principe geldt dat een recentere beslissing die afwijkt van een oudere beslissing deze impliciet opheft.

 

I.2

Zowel het bestuur als het personeelslid worden geacht dit reglement te kennen en te aanvaarden en ze verbinden zich ertoe al de voorschriften ervan na te leven, uitgezonderd deze die onwettig zouden worden krachtens bindende wettelijke bepalingen.

 

Bij indiensttreding ontvangt elk personeelslid een exemplaar van het arbeidsreglement. Het arbeidsreglement kan ook worden ingezien op de personeelsdienst en bij de werkleiders van de dienst openbare werken.

 

I.3

In individuele gevallen mag van het arbeidsreglement worden afgeweken, hetzij tijdelijk, hetzij definitief, zonder echter de bestaande wettelijke of reglementaire voorschriften te overtreden. Zulke afwijkingen, waarover de werkgever en de werknemer hun schriftelijk akkoord moeten geven, worden in 2 exemplaren opgesteld.

 

Plaats van tewerkstelling

 

II.1

De verschillende plaatsen van tewerkstelling zijn:

         Gemeentehuis Westmalle, Antwerpsesteenweg 246

         Bijgebouw Gemeentehuis Malle, Sint-Jozeflei 6

         Gemeentelijk magazijn dienst ruimte en wonen, Nijverheidsstraat 7

         Hoofdbibliotheek Westmalle, Sint-Jozeflei 26

         Bibliotheekfiliaal Oostmalle, Lierselei 15-17-19

         Gemeenschapscentrum 'Alice Forceville', Sint-Jozeflei 26

         Ontmoetingscentrum 'De Notelaar', Lierselei 15-17-19

         Gemeentelijke Sporthal 'Berckhoven', Berckhovenstraat 25

         Kinderopvang Pinkeltje Oostmalle, Lierselei 17-19

         Kinderopvang Pinkeltje Westmalle, Berckhovenstraat 29

         Oud-gemeentehuis Oostmalle, Dorpsplaats 1

         Veiligheidscentrum, Turnhoutsebaan 4-8

         Kasteel de Renesse, Lierselei 28-30

         Het volledige Malse grondgebied.

 

Occasioneel kan het college van burgemeester en schepenen voor bijscholingen, vergaderingen of ondersteuning van andere besturen tijdelijk een andere plaats van tewerkstelling toekennen.

 

Uurregeling

 

III.1

De gemiddelde arbeidsduur van een voltijds werknemer bedraagt 38 uur per week. Normaal werkt men niet op zaterdag en zondag. Nochtans kan voor sommige diensten en/of functies een dienstregeling opgelegd worden die hiervan afwijkt. Dit gebeurt met inachtneming van de vijfdagenweek waarbij:

         het per week te presteren aantal diensturen vermeerderd of verminderd wordt wegens dienstnoodwendigheden zonder echter het jaargemiddelde van 1.976 uur te overschrijden. Per dag mag maximum 11 uur gepresteerd worden.

De verschillende uurroosters zijn opgenomen in bijlage 1. Er worden geen andere pauzes toegestaan dan diegene die voorzien zijn in de uurregeling.

 

III.2 Glijdende werktijden

§1. Bij het administratieve personeel dat gebruik maakt van glijdende werktijden worden de voltijdse prestaties getoetst over een referteperiode van 1 maand. Men kan dus voor een bepaalde week in plus of in min gaan, maar op het einde van een kalendermaand zal men gemiddeld 7.6 uur per dag gewerkt moeten hebben.

 

§2. Indien het personeelslid op het einde van de maand een halve dag (3,8u) of meer in min staat, wordt dit per halve dag afgehouden van het verlofsaldo of het saldo compensatiedagen (Bv. 5,8 uren te weinig gewerkt -> 3,8 u verlof afgehouden, 2 u blijft in min voor de volgende kalendermaand). Indien beide saldi uitgeput zijn, worden deze uren in mindering gebracht van het loon. Het personeelslid heeft de keuze welk saldo verminderd zal worden.

 

§3. Indien het personeelslid op het einde van een kwartaal een positief saldo heeft van meer dan 3 dagen naar rato van de prestatiebreuk, wordt het saldo tot 3 dagen herleid.

 

§4. De stamtijden moeten gerespecteerd worden. Enkel mits goedkeuring van de functioneel verantwoordelijke (aan te vragen volgens dezelfde regeling als het jaarlijks verlof) kunnen balansuren opgenomen worden tijdens stamtijd.

 

III.3 Vast uurrooster

§1. Het technisch personeel van de dienst openbare werken werkt in een vast uurrooster. Tijdens de zomermaanden (periode van zomertijd) wordt door de voltijdse medewerkers 39u per week gepresteerd. In die periode wordt de prestatie van 11 uur tot 12 uur op vrijdag als inhaalrust toegekend.

 

§2. Nihil

 

§3. De verkeerstoezichters werken enkel tijdens schooldagen. Zij zijn verplicht om op schoolvrije dagen (onbetaald) verlof of compensatieverlof op te nemen.

 

§4. De werkleiders hebben vaste begin- en einduren. Hun 30 minuten middagpauze kan verschoven worden indien de dienst dit vraagt.

 

III.4

Nihil

 

III.5 Tikken

Ieder personeelslid is verplicht om in en uit te tikken bij aanvang en bij het beëindigen van de dienst. Personeelsleden die met een glijdende werktijd werken en personeelsleden die een glijdende middagpauze hebben, tikken ook uit en in tijdens de pauzes (zowel middag als avondpauzes). Niemand mag voor een ander personeelslid tikken.

 

III.6

Ieder personeelslid dat om redenen onafhankelijk van zijn wil gehinderd is om op tijd op het werk te komen, moet zo spoedig mogelijk de functioneel verantwoordelijke verwittigen van de duur van zijn vertraging of van zijn afwezigheid.

 

III.7

Ieder personeelslid wordt de volledige werkdag, zoals dit voorzien is in het uurrooster, op het werk verwacht. Voor iedere afwezigheid, per hele of halve dag, wordt vooraf toelating gevraagd aan de functioneel verantwoordelijke. Uitzonderlijk kan men tijdens of voor het einde van de werkdag het werk verlaten, hiervoor wordt vooraf toelating gevraagd aan de functioneel verantwoordelijke. Deze afwezigheden worden niet als arbeidstijd gerekend.

Zijn niet toegelaten gedurende de werkuren en op de werkplaats:

         Consultatie en behandelingen

         Persoonlijke bezoeken en telefoongesprekken.

 

III.8

Voor het opleggen van overwerk van toevallige aard of van toevallige wacht-, onderhouds- en veiligheidsprestaties, ook ’s nachts en op zon- en feestdagen, is een voorafgaandelijke beslissing van het college van burgemeester en schepenen vereist. In dringende onvoorziene omstandigheden en voor een beperkte duur kan aan het personeel door de functioneel verantwoordelijke in overleg met de algemeen directeur en/of de coördinator van het departement dergelijk overwerk opgelegd worden.

 

III.9

§1. Het personeel dat verplicht wordt om, buiten de normale diensturen van zijn functie, te werken, zal hiervoor compensatieverlof krijgen volgens de regels opgenomen in de rechtspositieregeling en bijhorende collegebeslissingen.

Bij nalatigheid van het personeel wordt geen compensatie toegestaan.

 

§2. De algemeen directeur kan bij uitzondering en bij gemotiveerd besluit afwijkingen toestaan.

 

Jaarkalender

 

IV.1

De gewone dagen van inactiviteit zijn zaterdag en zondag. Voor bepaalde functies en/of diensten zijn er wekelijks twee andere nader te bepalen rustdagen.

 

IV.2 - Feestdagen

Naast de bovengenoemde inactiviteitsdagen moet het personeelslid niet werken op volgende feestdagen: 1 januari, paasmaandag, 1 mei, O.H. Hemelvaart, pinkstermaandag, 11 juli, 21 juli, 15 augustus, 1 november,  11 november, 25 december en 26 december.

Het personeelslid heeft bovendien verlof van 27 december tot en met 31 december ter compensatie van de feestdagen die samenvallen met een weekenddag.

Personeelsleden die toch werken in de periode van 26 december tot en met 31 december, kunnen deze uren op een vrij te kiezen dag, in samenspraak met de functioneel verantwoordelijke, recupereren.

Naast de eerder genoemde feestdagen zijn ook 2 en 15 november bijkomende feestdagen. De te werken uren van die dag worden toegevoegd aan het vakantietegoed en kunnen volgens de regels van het vakantietegoed opgenomen worden. 

 

IV.3 – Jaarlijkse Vakantie

De personeelsleden genieten een jaarlijks vakantieverlof van 35 dagen.

Bij contractuele medewerkers wordt de verlofregeling van de privé-sector toegepast. Dit houdt in dat de 20 wettelijke dagen toegekend worden pro-rata het voorbije jaar en de 15 toegevoegde verlofdagen pro-rata over het lopende jaar voor medewerkers die in dienst komen en/of van werkregime veranderen. 

Het jaarlijks vakantieverlof wordt in overleg met de functioneel verantwoordelijke genomen naar keuze van het personeelslid en met inachtneming van de dienstnoodwendigheden. Een personeelslid moet de kans hebben om minstens 2 weken (14 kalenderdagen) onafgebroken verlof te nemen. De jaarlijkse vakantie wordt opgenomen binnen het kalenderjaar. De vakantiedagen worden verspreid over het jaar opgenomen.

 

Het vakantieverlof moet ten minste 2 weken voor de aanvangsdatum aangevraagd worden wanneer deze één week of meer duurt, ten minste 2 werkdagen vooraf wanneer deze minder dan één week bedraagt. Afwijkende regels voor een specifieke dienst zijn mogelijk mits duidelijke motivatie en in overleg met het personeel.

 

IV.4. – Afwezigheid wegens ziekte of ongeval

§1. Elke afwezigheid (of verlenging ervan) wegens ziekte of ongeval moet onmiddellijk door het personeelslid worden medegedeeld aan de functioneel verantwoordelijke of, indien deze afwezig is, aan de vervanger of eventueel het secretariaat. De functioneel verantwoordelijke brengt zo snel mogelijk de personeelsdienst op de hoogte. Gedetailleerde richtlijnen met vermelding wie wanneer verwittigd moet worden, worden apart bezorgd aan de medewerker.

 

§2. Onmiddellijk wil zeggen: uiterlijk binnen het uur volgend op de aanvang van de dagprestatie of vóór de aanvang van de dienstprestaties als het personeelslid een bijzondere uurregeling heeft.

 

§3. Het zieke personeelslid moet een doktersbriefje (geneeskundig getuigschrift van werkonbekwaamheid) bezorgen aan de personeelsdienst binnen de 24 uur. Bij verzending geldt de poststempel als datum. Tot drie keer per kalenderjaar moet het personeelslid geen doktersbriefje bezorgen voor een ziekte met een afwezigheidsduur van één dag.

 

§4. Wordt het doktersbriefje niet of te laat binnen gebracht, dan zal de werknemer geen gewaarborgd loon ontvangen voor de dagen van ongeschiktheid die de dag van de afgifte of verzending van het getuigschrift voorafgaan.

 

§5. De dokter die het briefje schrijft mag niet behoren tot het gezin van het personeelslid en mag geen bloed- of aanverwant in de 1ste of 2de graad zijn. Het briefje vermeldt de vermoedelijke duur van de afwezigheid en eveneens of het personeelslid al dan niet de woning mag verlaten en of hij gehospitaliseerd is.

 

§6. Het college van burgemeester en schepenen, de functioneel verantwoordelijke of de daartoe gemachtigde personeelsleden kunnen een controledokter sturen naar het zieke personeelslid voor een tegenonderzoek. Als het personeelslid niet thuis is op het moment van de controle, zal hij zelf langs moeten gaan bij de controledokter. De controledokter zal plaats en uur van deze afspraak bepalen.

 

§7. Het personeelslid is verplicht een onderzoek door de controledokter toe te staan. Hij zal ook de gespecialiseerde klinische en radiologische onderzoeken die de controledokter of de arbeidsgeneesheer voorschrijft, moeten ondergaan. Het tegenonderzoek en de eventuele opgelegde gespecialiseerde klinische en radiologische onderzoeken worden door het gemeentebestuur betaald.

 

§8. Als het zieke personeelslid niet akkoord gaat met de beslissing van de controlegeneesheer, om op een bepaalde datum het werk te hervatten, kan het personeelslid bij het college van burgemeester en schepenen binnen de 48 uur nadat hij op de hoogte gebracht werd van het standpunt van de controledokter of de arbeidsgeneesheer beroep aantekenen door een nieuw doktersbriefje van zijn behandelende geneesheer binnen te brengen.

 

§9. Het personeelslid dat in beroep gaat, wordt onderworpen aan een onderzoek van een college van drie geneesheren samengesteld uit:

         De geneesheer die het controle-onderzoek verrichtte

         De geneesheer aangesteld door en op kosten van het personeelslid

         Een derde geneesheer gemeenschappelijk aan te duiden door de twee vorige.

 

§10. Wordt de uitslag van het gespecialiseerde klinische of radiologische onderzoek door het personeelslid betwist, dan kan voormeld college aangevuld worden.

         Door de geneesheer die het onderzoek waarvan sprake heeft verricht

         Door een bijkomend geneesheer aangesteld door en op kosten van het personeelslid.

In dit geval wordt, in plaats van een ‘derde’ geneesheer, een ‘vijfde’ geneesheer aangeduid door de ‘vier’ vorige.

 

§11. Het college van drie (of vijf) geneesheren beslist bij meerderheid.

De beslissing van dit college is bindend, er is geen beroep meer mogelijk.

 

§12. De kosten van de derde (of vijfde) geneesheer vallen ten laste van het personeelslid als de uitspraak in beroep voor hem ongunstig is.

 

§13. Het uitoefenen van een bijbetrekking tijdens het verlof wegens ziekte of ongeval is niet toegestaan, tenzij het personeelslid hier de toestemming voor heeft gekregen van het college van burgemeester en schepenen.

 

§14. Naast de controle bij ziekte kan de algemeen directeur met het oog op de hygiëne in de dienst het personeelslid doorverwijzen naar de arbeidsgeneesheer. Die kan het personeelslid op zijn beurt onderwerpen aan een voor hem kosteloos medisch, klinisch of radiologisch onderzoek. Dezelfde mogelijkheid staat de algemeen directeur open bij twijfel over de fysische of mentale geschiktheid van het personeelslid voor de uitoefening van zijn beroepsactiviteiten.

De bepalingen van §7 t.e.m. §12 zijn ook hier van toepassing.

 

Omstandigheidsverlof

 

V.1

§1. Aan het personeelslid wordt omstandigheidsverlof toegekend naar aanleiding van de gebeurtenissen en binnen de perken zoals hierna vermeld.

 

Huwelijk van het personeelslid of het afleggen van een verklaring van wettelijke samenwoning door het personeelslid

4 werkdagen

Bevalling van de echtgenote of samenwonende partner, of ter gelegenheid van de geboorte van een kind dat wettelijk afstamt van de werknemer

20 werkdagen

Overlijden van de echtgenoot of echtgenote of samenwonende partner, van een kind van de werknemer of van zijn of haar echtgeno(o)t(e) of samenwonende partner:

10 dagen waarbij 3 dagen door de werknemer te kiezen tijdens de periode die begint met de dag van het overlijden en eindigt de dag van de begrafenis en 7 dagen door de werknemer te kiezen binnen het jaar na de dag van het overlijden

Overlijden van de vader, moeder, schoonvader, stiefvader, schoonmoeder, stiefmoeder van de werknemer of van zijn of haar echtgeno(o)t(e) of samenwonende partner

4 werkdagen

Huwelijk van een kind van het personeelslid, van de samenwonende of huwelijkspartner

2 werkdagen

Overlijden van een bloed- of aanverwant van het personeelslid, of van de samenwonende of huwelijkspartner in om het even welke graad maar onder eenzelfde dak wonend als het personeelslid

2 werkdagen

Overlijden van een bloed- of aanverwant van het personeelslid, of van de samenwonende of huwelijkspartner in de tweede graad, een overgrootouder of achterkleinkind maar niet onder eenzelfde dak wonend als het personeelslid

1 werkdag

Huwelijk van een bloed- of aanverwant in de eerste graad, die geen kind is of in de tweede graad van het personeelslid of van de samenwonende of huwelijkspartner

De dag van het huwelijk

Priesterwijding of intrede in het klooster van een kind van de werknemer, van de samenwonende of huwelijkspartner, of van een broer, zuster, schoonbroer of schoonzuster van de werknemer.

De dag van de rooms-katholieke plechtigheid of een daarmee overeenstemmende plechtigheid bij een andere erkende eredienst

Het vormsel, het feest van de vrijzinnige jeugd of een gelijkaardige gebeurtenis georganiseerd door een erkende eredienst van/voor het kind van het personeelslid, of van de samenwonende of huwelijkspartner.

De dag van de plechtigheid of, als dat een zondag, feestdag of inactiviteitsdag is, de eerstvolgende werkdag

Gehoord worden door de vrederechter in het kader van de organisatie van de voogdij over een minderjarige

De nodige tijd, maximaal één dag

Deelneming aan een assisenjury, oproeping als getuige voor de rechtbank of persoonlijke verschijning op aanmaning van de arbeidsrechtbank

De nodige tijd

 

Het personeelslid is verplicht het omstandigheidsverlof op te nemen binnen volgende termijnen:

 

1° wat het omstandigheidsverlof dat betrekking heeft op een huwelijk/verklaring wettelijk samenwonen betreft: binnen de week waarin het huwelijk zich voordoet, of tijdens de volgende week;

2° wat het omstandigheidsverlof dat betrekking heeft op een bevalling betreft: binnen de 4 maanden vanaf de bevalling;

3° wat het omstandigheidsverlof dat betrekking heeft op een overlijden (uitgezonderd dat van de partner of kind) betreft: binnen de dertig dagen  na het overlijden.

 

Het verlof moet worden aangewend voor het doel waarvoor het wordt toegekend. Omstandigheidsverlof schort de vakantie op.

 

De afwezigheden wegens omstandigheidsverlof worden gelijkgesteld met een periode van dienstactiviteit.

 

Vertraging en voortijdig vertrek

 

VI.1

Laattijdig toekomen, de arbeid onderbreken of voortijdig vertrekken, zijn niet toegelaten voor persoonlijke aangelegenheden die ook buiten de arbeidsuren geregeld kunnen worden.

Het personeelslid mag niet van zijn werk afwezig blijven zonder hiervoor vooraf toelating te hebben gevraagd. Indien het personeelslid met geldige redenen vooraf geen “vrijaf” kan vragen, dient hij de werkgever hiervan op de hoogte te brengen en zijn afwezigheid zo snel mogelijk te verantwoorden, uiterlijk binnen de twee werkdagen.

 

VI.2

Een personeelslid dat zonder toestemming of zonder geldige reden afwezig blijft van zijn werk, verliest het recht op zijn loon voor de uren die hij niet presteerde. Hij kan bovendien sancties oplopen die voorzien worden in het arbeidsreglement. Statutaire personeelsleden zijn onderhevig aan het tuchtstatuut.

Ongerechtvaardigde afwezigheden van langer dan 48 uur, behoudens ingevolge overmacht, kunnen worden beschouwd als dringende reden die de beëindiging van de overeenkomst zonder opzegging of opzeggingsvergoeding rechtvaardigen.

Na een periode van ongerechtvaardigde afwezigheid kan het personeelslid slechts het werk hervatten nadat hij hiertoe formeel de toestemming van de algemeen directeur heeft gekregen.

 

VI.3

Indien een personeelslid zich met vertraging aanbiedt of niet op zijn werk aankomt omwille van een feit dat zich voordeed op de weg naar zijn arbeidsplaats en dat los staat van zijn wil, moet hij hiervan onmiddellijk zijn functioneel verantwoordelijke verwittigen. Hij moet de reden van zijn vertraging of van zijn afwezigheid melden. Het recht op loon zal pas dan worden erkend nadat de functioneel verantwoordelijke de feiten heeft kunnen toetsen die het personeelslid aanhaalt.

Andere afwezigheden

 

VII.1

De verschillende afwezigheidsregelingen werden opgenomen in de rechtspositieregeling.

         Bevallingsverlof

         Opvangverlof

         Ouderschapsverlof

         Verlof in het kader van Vlaams Zorgkrediet

         Verlof voor loopbaanonderbreking

         Palliatief verlof

         Bijstand aan of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid

         Ouderschapsverlof

         Verlof voor opdracht

         Onbetaald verlof als recht

         Onbetaald verlof als gunst

         20 werkdagen per jaar

         2 jaar gedurende de loopbaan

         Verlof krachtens federale bepalingen en verplichtingen

         Militaire prestaties

         Voorbehoedend verlof

         Vakbondsverlof

         Arbeidsongeval/beroepsziekte

         Politiek verlof

         Dienstvrijstellingen

         Beenmergafname

         Oproep door erkende hulpdienst (vrijwillige brandweer, …)

         Compensatieverlof.

 

Loon

 

VIII.1

Het loon wordt voor ieder personeelslid maandelijks berekend. De vaststelling van het loon gebeurt op basis van de rechtspositieregeling. Het uurloon is gelijk aan 1/1.976 van de jaarwedde.

 

Voor de vastbenoemde personeelsleden wordt het loon maandelijks vooruit betaald. Telkens wordt één twaalfde van de jaarwedde uitbetaald.

Voor de contractuele personeelsleden wordt de maandwedde uitbetaald uiterlijk de vierde werkdag van de maand volgend op de maand waarop de wedde betrekking heeft.

 

De betaling van het loon gebeurt per overschrijving op een bankrekening.

Het personeelslid zorgt ervoor dat de personeelsdienst op de hoogte is van het juiste bankrekeningnummer.

 

VIII.2

Het personeelslid bezorgt aan de personeelsdienst alle informatie die nodig is om de sociale wetgeving te kunnen toepassen, om uitkeringen te verkrijgen, te doen schorsen of te beëindigen.

 

VIII.3 – Inhoudingen

Volgende inhoudingen kunnen op het loon verricht worden:

  1. inhoudingen opgelegd op basis van de fiscale wetgeving, de wetgeving op sociale zekerheid en de bepalingen op basis van bijzondere overeenkomsten inzake aanvullende voordelen van de sociale zekerheid;
  2. boetes opgelegd in het arbeidsreglement;
  3. uitkeringen en schadevergoedingen die toe te schrijven zijn aan de aansprakelijkheid van het personeelslid;
  4. voorschotten in geld op loon dat nog niet werd verdiend, uitbetaald door de werkgever;
  5. de borgsom ter garantie van de uitvoering van de verplichtingen van de werknemer.

 

De fiscale en sociale inhoudingen gebeuren op het brutoloon, vooraf en zonder enige beperking. De andere inhoudingen worden daarna ingehouden en mogen niet meer bedragen dan 1/5de van het contante nettoloon dat bij elke uitbetaling verschuldigd is.

Loonbeslag of loonoverdracht wordt uitgeoefend op basis van de voorwaarden en grenzen die voorzien zijn door de Wet van 12 april 1965 en het Gerechtelijk Wetboek.

 

Rechten en plichten van het toezichthoudend personeel

 

IX.1

Het toezichthoudend personeel bestaat uit de leden van het managementteam en de teamverantwoordelijken.

 

IX.2

Het toezichthoudend personeel heeft als taak de productiviteit en de kwaliteit van het werk op te volgen. Zij houden eveneens toezicht op de naleving van de arbeidsvoorwaarden.

Zij zijn dan ook bevoegd om de aanwezigheid te controleren, taken te verdelen, de voorschriften inzake veiligheid en hygiëne en andere dienstnota’s te doen naleven, orde en tucht te houden in het bestuur.

 

IX.3

Het toezichthoudend en het leidinggevend personeel moet de maatregelen uitvoeren die door het bestuur genomen worden ter bescherming van de veiligheid en de gezondheid van de personeelsleden, met inbegrip van maatregelen ter preventie van beroepsrisico’s en maatregelen voor informatie en opleiding.

 

IX.4

Het toezichthoudend en het leidinggevend personeel heeft het recht vast te stellen dat een personeelslid niet geschikt is om te werken. Hij kan het personeelslid verbieden het werk te beginnen. Het personeelslid wordt eventueel verwezen naar de arbeidsgeneesheer. De algemeen directeur zal onmiddellijk op de hoogte gebracht worden van de feiten. (zie ook bijlage 4 -  Drugs- en alcoholbeleid)

 

Verplichtingen van het personeel

 

X.1 - Inlichtingsplicht

Om een correcte loon– en personeelsadministratie te kunnen houden, is het personeelslid verplicht om uit eigen beweging, onmiddellijk en uiterlijk binnen de acht werkdagen, iedere wijziging van adres, verblijfplaats, burgerlijke stand, gezinstoestand, identiteitskaart, bankrekening, beroepsactiviteiten, … door te geven aan de personeelsdienst. Het bestuur kan in geen geval aansprakelijk gesteld worden indien er fouten of onregelmatigheden ontstaan die het gevolg zijn van niet correct verschafte informatie.

 

X.2

Het personeelslid besteedt zijn diensttijd volledig aan het gemeentebestuur. Hij zal nauwgezet de dienstverplichtingen nakomen. Hij houdt rekening met de beslissingen die genomen zijn voor het ganse personeelsbestand, maar ook met de reglementen die speciaal zijn voor de dienst waartoe hij behoort.

 

X.3

Het personeelslid is beleefd tegenover zijn oversten, zijn collega’s en het publiek. Hij moet zijn collega’s helpen in de mate van het mogelijke en bij hun afwezigheid ervoor zorgen dat de dienst zo goed mogelijk gewaarborgd blijft.

 

X.4

Het personeelslid mag tijdens de uitvoering van zijn taak niets doen waardoor hij zichzelf, zijn echtgenoot, zijn kinderen of derden zou bevoordelen.

 

X.5

Het personeelslid zorgt ervoor dat alles wat de veiligheid van het personeel en van derden in gevaar brengt gemeld wordt aan zijn chef. Ook nalatigheden die ongevallen zouden kunnen voortbrengen en gebreken in gebruikte materialen moeten gemeld worden.

 

X.6

Het personeelslid kan gevraagd worden om tijdelijk een ander werk uit te voeren dan datgene waarvoor hij is aangesteld. Hij zal dit werk uitvoeren in het belang van de dienst, in opdracht van de algemeen directeur.

 

X.7

Het personeelslid dat een openbaar mandaat wil uitoefenen, moet vóór de aanvaarding van dit mandaat, het college van burgemeester en schepenen hiervan op de hoogte brengen.

 

X.8

Het personeelslid heeft recht op de vrijheid van meningsuiting rekening houdend met de wettelijke en reglementaire bepalingen. Enkel de door het college van burgemeester en schepenen aangestelde personen hebben het recht om verklaringen af te leggen in naam van de gemeente.

 

X.9

Het is het gemeentelijk personeelslid niet toegelaten:

         Handel te drijven, ook niet door tussenpersonen die in feite voor rekening van het personeelslid optreden, tenzij hiervoor toestemming gegeven werd door het college van burgemeester en schepenen

         Een bijbetrekking te vervullen die onverenigbaar is met zijn functie. Het college van burgemeester en schepenen beslist of een bijbetrekking al dan niet verenigbaar is.

 

X.10

Het personeelslid is verplicht zich te houden aan kledingvoorschriften of het uniform te dragen dat door de gemeenteraad voor bepaalde functies opgelegd kan worden.

 

Intellectuele eigendomsrechten

 

XI.1 – Vermogensrechten en octrooirechten

Het gemeentebestuur van Malle verkrijgt automatisch de vermogensrechten op alle werken, van welke aard ook, die door een personeelslid ter uitvoering van zijn functie tot stand gebracht werden. Hetzelfde geldt voor de octrooirechten op uitvindingen die door het personeelslid ter uitvoering van zijn functie worden gedaan of die verkregen worden door middelen (materiaal, personeel, informatie, enz...) die door de gemeente ter beschikking van het personeelslid worden gesteld.

Het staat het personeelslid vrij zijn naam te plaatsen onder de werken waarvan hij (mede)auteur is en die ter uitvoering van zijn functie werden tot stand gebracht.

 

XI.2 - Schending van het auteursrecht

Het personeelslid houdt bij het gebruik van grafische elementen zoals foto’s, illustraties, filmpjes of tekst rekening met het auteursrecht dat er mogelijk op rust. Indien het personeelslid een werk wenst te gebruiken waarop auteursrechten rusten, dient het schriftelijk contact op te nemen met de eigenaar ervan. Korte citaten daarentegen kunnen worden gebruikt op voorwaarde dat de bron duidelijk wordt aangegeven. Afbeeldingen, videofragmenten, geluidsfragmenten en ander multimediamateriaal mag enkel gebruikt worden als de eigenaar van het materiaal expliciet toestemming heeft gegeven voor het gebruik of als het materiaal afkomstig is van een bron waar geen auteursrecht op rust.

 

Gebruik van ter beschikking gestelde communicatiemiddelen

 

XII.1 - Gedragsregels

Elk personeelslid dat op de een of andere wijze toegang heeft tot informatiesystemen van het gemeentebestuur Malle:

         is verantwoordelijk voor het gebruik dat hij daarvan maakt. De hardware en de software, die eigendom zijn van het gemeentebestuur van Malle, zal hij enkel gebruiken als goede huisvader ("in goede staat houden") en voor rechtmatige doeleinden;

         is zich bewust van de beveiligingsrisico’s. Daarom zal hij deze systemen slechts gebruiken na geleerd te hebben hoe er mee te werken. Bovendien zal hij de specifieke richtlijnen voor het gebruik ervan aanvaarden.

         zal deze gebruiken voor professionele doeleinden;

         zal deze beschermen tegen schade, ongeoorloofd gebruik of andere mogelijke gevaren;

         zal speciale zorg besteden aan de wijze waarop toegang kan verkregen worden tot de systemen. In het bijzonder gaat het om de vertrouwelijkheid van gebruikersnamen, paswoorden of andere toegangsmiddelen;

         zal zijn werksessies afsluiten bij het verlaten van de werkpost;

         zal de anti-virusrichtlijnen opvolgen en illegale of schadelijke software weren;

         zal relevante gegevens beschermen en zorgen dat deze op de netserver worden opgeslagen zodat daarvan dagelijks een back-up kan worden gemaakt;

         zal informaticamateriaal van het gemeentebestuur Malle niet buiten de gemeentelijke gebouwen gebruiken zonder expliciete toestemming van de functioneel verantwoordelijke of de algemeen directeur;

         zal het gemeentebestuur van Malle niet in opspraak brengen door het overtreden van de wetgeving of de bedrijfsreglementen, bv. door hacking (inbraak in de informatiesystemen);

         zal geen informatie opvragen, bewaren of verspreiden met een onrechtmatig of ongepast karakter. Bijvoorbeeld omdat het obsceen, racistisch, religieus gevoelig, politiek incorrect of pornografisch is. Indien aan het personeelslid dergelijke informatie wordt toegezonden, zonder dat hij hierom gevraagd heeft, dient het personeelslid op eigen initiatief de afzender uitdrukkelijk, éénduidig en aantoonbaar erop te wijzen dat het gemeentebestuur van Malle dergelijke informatie in de toekomst niet langer wenst te ontvangen op haar informatiesystemen;

         geeft uitdrukkelijk toestemming aan het personeel van de dienst informatica, dat daarvoor de bevoegdheid heeft, om defecten op te lossen en de dienst te blijven verzekeren;

         is akkoord dat in overeenstemming met de wetgeving, controles worden uitgevoerd op het globaal en individueel gebruik van de systemen;

         zal inbreuken of gevaren die men opmerkt aan de werkgever melden. Informatie hierover mag in geen geval publiek worden verspreid, noch binnen, noch buiten het gemeentebestuur van Malle.

         zal de navolgende standaard disclaimer van het gemeentebestuur Malle toevoegen aan alle e-mails die buiten het gemeentebestuur worden verstuurd:
“De informatie die in deze e-mail staat is vertrouwelijk en uitsluitend bestemd voor de persoon of dienst aan wie het is gericht. Indien u niet de bedoelde bestemmeling bent, gelieve dit bericht dan naar ons terug te sturen en de inhoud te verwijderen uit uw computer. Dit bericht geldt als informatie maar verbindt de gemeente Malle helemaal niet. De inhoud geldt alleen als hij later wordt bevestigd met een brief ondertekend door de burgemeester en de algemeen directeur. Het gemeentebestuur van Malle kan ook niet aansprakelijk gesteld worden op grond van de inhoud van dit bericht of van de bijlage(n).”

 

XII.2 - Maatregelen

Elk ongeoorloofd gebruik van de informatiesystemen of elke inbreuk die vastgesteld wordt op deze regels zal aanleiding kunnen geven tot een beperking van het gebruik van de informatiesystemen. Deze beperking kan zelfs betekenen dat het gebruik ervan wordt verboden.

Op elk ogenblik mag de hiërarchisch overste of de dienst informatica maatregelen nemen om de naleving van deze gedragsregels te waarborgen.

Los daarvan kan een tuchtprocedure worden ingesteld.

 

XII.3 - Controle

Rekening houdend met de wetgeving zal de algemeen directeur of zijn aangestelde, zonder inmenging in de persoonlijke levenssfeer, permanent controles uitvoeren op de elektronische online communicatiegegevens.

Het gemeentebestuur betracht daarmee volgende doelstellingen:

  1. het voorkomen van feiten die strijdig zijn met de goede zeden of die de waardigheid van een andere persoon kunnen schaden en het voorkomen van ongeoorloofde of lasterlijke feiten. Bijvoorbeeld: het kraken van computers, het op ongeoorloofde wijze kennis nemen van elektronische online communicatiegegevens inzake personeelsbeheer of vertrouwelijke medische bestanden, het raadplegen van pornografische of pedofiele sites, het raadplegen van sites die aanzetten tot discriminatie, rassenscheiding, haat of geweld jegens een groep, een gemeenschap of de leden ervan wegens ras, huidskleur, religie of nationale of etnische afstamming van deze laatste, …;
  2. de bescherming van de belangen van het gemeentebestuur Malle. Bijvoorbeeld: het aantasten van het imago van het gemeentebestuur, verspreiden van bestanden, werkingsprocessen en alle mogelijke vertrouwelijke gegevens zonder uitdrukkelijke toelating van zijn functioneel verantwoordelijke of de algemeen directeur;
  3. de veiligheid en de goede technische werking van de IT-netwerksystemen van het gemeentebestuur, met inbegrip van de controle op de kosten die ermee gepaard gaan;
  4. het te goeder trouw naleven van deze regels.

 

Einde van de arbeidsovereenkomst

 

XIII.1 Vastbenoemde personeelsleden

§1. Vrijwillig ontslag

Het vastbenoemde personeelslid kan vrijwillig ontslag nemen.

De basisregels hiervoor zijn vastgesteld in art. 107 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007.

De aanstellende overheid neemt kennis van het ontslag vóór het einde van de maand volgend op de datum van ontvangst van de schriftelijke ontslagmelding. Het personeelslid wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht. Dit schrijven bevat ook een voorstel van de effectieve datum van uit dienst treden, gebaseerd op de vraag van het personeelslid. Indien de aanstellende overheid geen voorstel bekend maakt binnen de gestelde termijn, wordt geacht dat de opzegtermijn één maand bedraagt, tenzij het personeelslid een langere opzegtermijn heeft voorgesteld.

Wanneer de aanstellende overheid kennis heeft genomen van het ontslag met een regelmatig besluit, kan het door de betrokkene niet meer worden ingetrokken.

 

§2. Het ontslag van ambtswege in de gevallen vermeld in art. 104 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 december2007.

 

XIII.2 Contractuele personeelsleden

§1. Een einde stellen aan de arbeidsovereenkomst gebeurt in overeenstemming met de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

 

§2. Zonder afbreuk te doen aan het soevereine beslissingsrecht van de rechter kunnen volgende feiten, zonder hierbij limitatief te willen zijn, beschouwd worden als een ernstige tekortkoming die elke professionele samenwerking onmiddellijk en definitief onmogelijk maakt:

         Druggebruik, dronkenschap en alcoholintoxicatie

         Diefstal en plegen van geweld

         Pesterijen of ongewenst seksueel gedrag

         Opzettelijk toebrengen van schade aan werkmateriaal

         Overtreden van elementaire veiligheidsvoorschriften

         Opstellen van valse verslagen of onkostennota’s

         Het tikken voor of laten tikken door collega’s

         Het niet naleven van de voorschriften ‘gebruik van ter beschikking gestelde communicatiemiddelen’ opgenomen in dit arbeidsreglement

         Ongerechtvaardigde afwezigheid na schriftelijke ingebrekestelling

         Ongerechtvaardigde afwezigheden van langer dan 48 uur, behoudens ingevolge overmacht.

 

Sancties

 

XIV.1 – De strafbare feiten (vastbenoemd personeel)

Tuchtstraffen kunnen worden opgelegd wegens:

         tekortkomingen aan de beroepsplichten.
Hieronder worden onder andere begrepen:

         Loyaliteit

         Continuïteit

         Discretie- en reserveverplichting

         Gehoorzaamheid

         Werkijver en efficiëntie

         Neutraliteit

         Onomkoopbaarheid

         Aangifteplicht.

         handelingen die de waardigheid van het ambt in het gedrang brengen

         overtreding van het verbod op het drijven van handel of het uitoefenen van een bijbetrekking waarvoor geen toestemming verkregen is van het college van burgemeester en schepenen.

 

XIV.2 – De tuchtstraffen (vastbenoemd personeel)

De volgende tuchtstraffen kunnen aan de vastbenoemde personeelsleden van de gemeente worden opgelegd:

         lichte straffen  

         de waarschuwing

         de berisping

         zware straffen  

         de inhouding van wedde

         de schorsing

         de terugzetting in graad

 

XIV.3 – Inbreuken (contractueel personeel)

De volgende overtredingen (geen limitatieve opsomming) kunnen gesanctioneerd worden:

         Het herhaaldelijk te laat komen

         Het laattijdig verwittigen van afwezigheid

         Druggebruik, dronkenschap en alcoholintoxicatie

         Diefstal en plegen van geweld

         Pesterijen of ongewenst seksueel gedrag

         Opzettelijk toebrengen van schade aan werkmateriaal

         Overtreden van elementaire veiligheidsvoorschriften

         Opstellen van valse verslagen of onkostennota’s

         Het tikken voor of laten tikken door collega’s

         Het niet naleven van de voorschriften ‘gebruik van ter beschikking gestelde communicatiemiddelen’ opgenomen in dit arbeidsreglement

         Ongerechtvaardigde afwezigheid na schriftelijke ingebrekestelling.

De procedure, de voorwaarden, de termijnen die vastgelegd zijn voor tuchtstraffen van het vastbenoemde personeel worden in de mate van het mogelijke op een zelfde manier toegepast voor het contractuele personeel.

 

XIV.4 – Straffen (contractueel personeel)

De tekortkomingen van het personeel in verband met de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst en van dit reglement kunnen op volgende manier bestraft worden:

         Mondelinge verwittiging

         Schriftelijke verwittiging

         Blaam

         Schorsing van de arbeidsovereenkomst met schorsing van loon

         Disciplinaire overplaatsing

         Einde van de overeenkomst wegens dringende reden.

 

XIV.5

nihil

 

Veiligheid op het werk

 

XV.1

Het personeelslid dat slachtoffer is van een arbeids(weg)ongeval moet zo snel mogelijk zijn directe chef en de personeelsdienst op de hoogte brengen ook al heeft dit ongeval geen arbeidsongeschiktheid tot gevolg. Hij moet alle inlichtingen verschaffen die nodig zijn om de ongevallenverklaring te kunnen invullen.

 

XV.2

Een overzicht van de plaatsen waar verbandkisten te vinden zijn en de personen die eerste hulp kunnen verlenen, voor de verschillende gemeentelijke gebouwen, is opgenomen in bijlage 2.

Het personeelslid dat slachtoffer is van een arbeidsongeval is vrij een dokter, een apotheker of een verzorgingsinstelling te kiezen.

 

XV.3

De personeelsleden moeten

         hun persoonlijke kledij en goederen bewaren in de daarvoor bestemde kleedkamer

         eten in de daarvoor bestemde lokalen van het bestuur

         zich onderwerpen aan alle medische onderzoeken, telkens als deze georganiseerd worden volgens de wettelijke en reglementaire bepalingen

         alle individuele beschermingsmiddelen gebruiken die voor de uitvoering van het werk vereist worden

         ieder gevaar melden dat de veiligheid in gedrang brengt en dadelijk de eerste maatregelen treffen.

 

XV.4

Tijdens de werkuren is het verboden om alcohol te nuttigen. Meer informatie over het drugs- en alcohol beleid is terug te vinden in bijlage 4.

Het is voor alle personeelsleden verboden om te roken in de verschillende gemeentelijke gebouwen en voertuigen. Tijdens de (middag)pauze kan er buiten gerookt worden.

Bescherming tegen psychosociale risico’s

 

XV.5 – Principe en definities

 

Psychosociaal risico

Een psychosociaal risico is de kans dat een of meerdere werknemers psychische schade ondervinden die al dan niet kan gepaard gaan met lichamelijke schade, ten gevolge van een blootstelling aan de elementen van de arbeidsorganisatie, de arbeidsinhoud, de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsomstandigheden en de interpersoonlijke relaties op het werk, waarop de werkgever een impact heeft en die objectief een gevaar inhouden.

De psychosociale risico’s moeten gaan om situaties die objectief gezien een gevaar inhouden, de subjectieve ervaring van de individuele werknemer is niet doorslaggevend. Als een situatie als normaal kan beschouwd worden, kan de werkgever niet verantwoordelijk gehouden worden voor het leed van de werknemer, al beleeft hij de situatie negatief volgens zijn persoonlijke subjectiviteit en gevoeligheid.

Bovendien betreft het enkel de elementen waarop de werkgever impact heeft. Hij moet de mogelijkheid hebben om in te werken op het gevaar en de factoren die bijdragen tot de schade. Zo heeft de werkgever geen impact op de oorzaak van een relationeel probleem tussen werknemers met een oorsprong in de privésfeer of op de atypische persoonlijkheid van een werknemer. Hij heeft echter wel een impact op de gevolgen die deze elementen met zich kunnen meebrengen voor het werk.

Binnen het risico op gezondheidsschade onderscheiden we risico’s die te maken hebben met pesterijen, geweld, ongewenst seksueel gedrag en risico’s die te maken hebben met zaken als stress, burnout en conflicten.

 

Geweld

Elke feitelijkheid waarbij een werknemer of een andere persoon waarop deze afdeling van toepassing is psychisch of fysiek wordt bedreigd of aangevallen bij de uitvoering van het werk.

 

Pesterijen

Een onrechtmatig geheel van meerdere gelijkaardige of uiteenlopende gedragingen, buiten of binnen de onderneming of instelling, die plaats hebben gedurende een bepaalde tijd, die tot doel of gevolg hebben dat de persoonlijkheid, de waardigheid of de fysieke of psychische integriteit van een werknemer of een andere persoon waarop deze afdeling van toepassing is bij de uitvoering van zijn werk wordt aangetast, dat zijn betrekking in gevaar wordt gebracht of dat een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd en die zich inzonderheid verband houden met leeftijd, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, syndicale overtuiging, taal, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een handicap, een fysieke of genetische eigenschap, sociale afkomst, nationaliteit, zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming, geslacht, seksuele geaardheid, genderexpressie en genderidentiteit.

 

Ongewenst seksueel gedrag

Elke vorm van ongewenst verbaal, non-verbaal of lichamelijk gedrag met een seksuele connotatie dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van een persoon wordt aangetast of een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd.

 

XV.6 – Informele en formele interventies

Voor alle psychosociale risico’s zijn er twee procedures: het verzoek tot informele psychosociale interventie en het verzoek tot formele psychosociale interventie. Hiervoor kan het personeelslid tijdens de werkuren contact opnemen met de vertrouwenspersoon of PAPS.

 

Uiterlijk tien kalenderdagen na het eerste contact hoort de VP of de PAPS de werknemer en informeert hij hem over de mogelijkheden tot interventie. De werknemer kiest na deze raadpleging het type interventie waarvan hij gebruik wil maken.

 

Indien deze raadpleging plaatsvindt tijdens een persoonlijk onderhoud overhandigt de preventieadviseur of de PAPS aan de werknemer op diens vraag een document ter bevestiging van dit persoonlijk onderhoud.

 

Informele interventie

De informele psychosociale interventie bestaat uit het op een informele wijze zoeken naar een oplossing door het personeelslid en de vertrouwenspersoon of de PAPS, door middel van: (1) Gesprekken die onthaal (de verwachtingen van de verzoeker bespreken en uitleg verstrekken over het kader waarbinnen gewerkt wordt), luisteren en advies omvatten ; (2) een interventie om hulp te zoeken bij een andere persoon in de onderneming, bijvoorbeeld een leidinggevende ; (3) gesprekken gericht op verzoening tussen de betrokkenen voor zover zij akkoord gaan.

 

Er zijn verschillende actiemogelijkheden:

         Een van de betrokkenen ondersteunen in een beperkt aantal gesprekken om zelf actie te ondernemen

         Gesprekken met betrokkenen rond de tafel

         Pendelgesprekken tussen betrokkenen

         Een helpende interventie van een derde mee begeleiden.

 

Het zoeken naar een oplossing door middel van bemiddeling en een verzoening en de interventie bij een derde persoon vereisen dat de VP of PAPS informatie die zij in alle vertrouwelijkheid hebben ontvangen meedelen aan de andere partij of derden.

 

Formele interventie

Het verzoek tot formele psychosociale interventie omvat drie zaken:

         De werknemer vraagt aan de werkgever om gepaste collectieve en/of individuele maatregelen te nemen

         Op basis van een analyse van de specifieke arbeidssituatie door de PAPS

         En op basis van een advies met voorstellen van maatregelen die werden gedaan door de PAPS.

 

Wanneer het verzoek tot formele psychosociale interventie volgens de werknemer betrekking heeft op feiten van OGGW dan draagt dit verzoek de naam van "verzoek tot formele psychosociale interventie voor OGGW".

Indien de werknemer geen gebruik wenst te maken van de informele psychosociale interventie of indien deze niet tot een oplossing heeft geleid, kan de werknemer tegenover de PAPS zijn wil uitdrukken om een verzoek tot formele psychosociale interventie in te dienen.

De werknemer heeft een verplicht persoonlijk onderhoud met de PAPS alvorens zijn verzoek in te dienen.

Dit onderhoud vindt plaats binnen een termijn van tien kalenderdagen volgend op de dag waarop de werknemer zijn wil heeft uitgedrukt om zijn verzoek in te dienen. De werknemer en de PAPS zorgen er voor dat deze termijn wordt gerespecteerd.

De PAPS bevestigt in een document dat het verplicht persoonlijk onderhoud heeft plaats gevonden en overhandigt hiervan een kopie aan de werknemer.

Het verzoek tot formele psychosociale interventie wordt opgenomen in een door de verzoeker gedateerd en ondertekend document met (1) de beschrijving van de problematische arbeidssituatie en (2) het verzoek aan de werkgever om passende maatregelen te treffen.

Dit document wordt bezorgd aan de PAPS of aan EDPBW waarvoor de PAPS zijn opdrachten vervult.

Hij ondertekent een kopie van het verzoek en bezorgt ze aan de verzoeker. Deze kopie geldt als ontvangstbewijs.

Indien het verzoek werd verzonden bij aangetekende brief, wordt zij geacht te zijn ontvangen de derde werkdag na de verzendingsdatum.

De PAPS kan de indiening van het verzoek tot formele psychosociale interventie weigeren wanneer de situatie die de verzoeker beschrijft kennelijk geen psychosociale risico's op het werk inhoudt.

De kennisgeving van de weigering of de aanvaarding van het verzoek gebeurt uiterlijk tien kalenderdagen na de inontvangstneming van het verzoek.

Bij gebrek aan een kennisgeving binnen deze termijn, wordt het verzoek geacht te zijn aanvaard na afloop van deze termijn.

De situatie die de verzoeker beschrijft, kan hoofdzakelijk gaan over risico's met een collectief karakter, of het kan hoofdzakelijk gaan over risico’s met een individueel karakter. Het verzoek wordt behandeld overeenkomstig de bijzondere procedure voor beide mogelijkheden.

 

XV.7 - Bescherming tegen ontslag en sancties

§1. Een personeelslid dat een klacht of een rechtsvordering heeft ingediend geniet een bescherming tegen ontslag. Ook personeelsleden die optreden als getuigen dien aangaande genieten deze bescherming.

De werkgever mag geen einde stellen aan de arbeidsrelatie, noch eenzijdig de arbeidsvoorwaarden wijzigen, behalve omwille van redenen die vreemd zijn aan de klacht of de rechtsvordering.

De beschermingsperiode eindigt 12 maanden na het indienen van de klacht of het afleggen van de getuigenverklaring of 3 maanden na de datum waarop het vonnis een definitief karakter krijgt.

§2. Een personeelslid dat op een duidelijk misleidende wijze een klacht indient of een getuigenis aflegt kan een sanctie worden opgelegd gelijk aan de sanctie van een dader. De bescherming is dan niet van toepassing.

 

XV.8. – Sancties

Onverminderd een ontslagmaatregel en sancties die kunnen resulteren uit een strafrechtelijke rechtsvordering ingesteld door het slachtoffer (art. 442bis van het Strafwetboek), kan de persoon die zich schuldig heeft gemaakt aan geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag een van de volgende sancties worden opgelegd:

         Een schriftelijke aanmaning

         Een schriftelijke ingebrekestelling.

Administratieve inlichtingen

Bij dit arbeidsreglement worden volgende bijlagen gevoegd die integraal deel uitmaken van het arbeidsreglement:

Bijlage 1 : Dienstroosters

Bijlage 2 : Eerste Hulp Bij Ongevallen

Bijlage 3 : - Vertrouwenspersoon in geval van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk.

         Preventieadviseur

         Arbeidsgeneesheer

         Leden vakbondsafvaardiging

         Inspectiediensten.

 

Dit arbeidsreglement werd opgesteld en aanvaard overeenkomstig de wettelijke procedure, voorzien bij de Wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen.

 

Onderhandeld in het syndicaal overlegcomité d.d. 05.09.2005 – 03.10.2005 – 17.10.2005.

Onderhandeld en goedgekeurd in het syndicaal overlegcomité d.d. 07.11.2005.

Goedgekeurd in de gemeenteraad d.d. 28.11.2005.

Het arbeidsreglement treedt in werking op 1 januari 2006.

 

Wijziging van het arbeidsreglement – september 2008:

Onderhandeld en goedgekeurd in het bijzonder onderhandelingscomité van 01.09.2008.

Goedgekeurd in de gemeenteraad van 29 september 2008.

De wijzigingen zijn van kracht vanaf 1 oktober 2008.

 

Wijziging van het arbeidsreglement – december 2012:

Onderhandeld en goedgekeurd in het bijzonder onderhandelingscomité van 10.12.2012.

Goedgekeurd in de gemeenteraad van 17 december 2012.

De wijzigingen zijn van kracht vanaf 1 januari 2013.

 

Wijziging van het arbeidsreglement – februari 2017:

Onderhandeld en goedgekeurd in het bijzonder onderhandelingscomité van 31 januari 2017

Goedgekeurd in de gemeenteraad van 20 februari 2017

De wijzigingen zijn van kracht vanaf 1 juli 2017.

 

Wijziging van het arbeidsreglement – september 2020:

Onderhandeld en goedgekeurd in het bijzonder onderhandelingscomité van 7 september 2020

Goedgekeurd in de gemeenteraad van 24 september 2020

De wijzigingen zijn van kracht vanaf 1 oktober 2020

 

Wijziging van het arbeidsreglement – februari 2024:

Onderhandeld en goedgekeurd in het bijzonder onderhandelingscomité van 13 maart 2024.

Goedgekeurd in de gemeenteraad van 28 maart 2024

De wijzigingen zijn van kracht vanaf 1 april 2024.

 

 

Bijlage 1

Stam- en glijtijden – administratief personeel – niveau C1/3-D-E

 

Stamtijd

Glijtijd

Opmerking

Ma

9.00-11.30
13.30-15.00

7.00-9.00

11.30-13.30

15.00-18.00

Permanentie per dienst tot 12 uur

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Di

9.00-11.30
13.30-15.00

7.00-9.00

11.30-13.30

15.00-20.30

Permanentie per dienst tot 12 uur en in sommige diensten van 17.30 tot 20.00 uur. Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten. Medewerkers die na 18 uur werken moeten minimum 30 minuten avondpauze nemen.

Wo

9.00-11.30
13.30-15.00

7.00-9.00

11.30-13.30

15.00-18.00

Permanentie per dienst tot 12 uur en vanaf 13 uur

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Do

9.00-11.30
13.30-15.00

7.00-9.00

11.30-13.30

15.00-18.00

Permanentie per dienst tot 12 uur

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Vr

9.00-11.30

7.00-09.00

11.30-18.00

Permanentie per dienst tot 12 uur

 

De prestaties geleverd op dinsdag tussen 18 en 20.30 uur worden door het bestuur beschouwd als gepresteerd a rato van 150 %. De prestaties tussen 20.00 en 20.30 uur op dinsdag worden enkel aanvaard voor een personeelslid met een loketfunctie en enkel voor de tijd die dit personeelslid nodig heeft om een aanwezige burger/klant die na sluitingstijd van het gemeentehuis nog aanwezig is, van dienst te zijn.

 

Stam- en glijtijden – administratief personeel – niveau B-C4/5

 

Stamtijd

Glijtijd

Opmerking

Ma

9.00-11.30
13.30-15.00

7.00-9.00

11.30-13.30

15.00-20.00

Permanentie per dienst tot 12 uur

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Di

9.00-11.30
13.30-15.00

7.00-9.00

11.30-13.30

15.00-20.30

Permanentie per dienst tot 12 uur en in sommige diensten van 17.30 tot 20.00 uur. Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten. Medewerkers die na 18 uur werken moeten minimum 30 minuten avondpauze nemen.

Wo

9.00-11.30
13.30-15.00

7.00-9.00

11.30-13.30

15.00-20.00

Permanentie per dienst tot 12 uur en vanaf 13 uur

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Do

9.00-11.30
13.30-15.00

7.00-9.00

11.30-13.30

15.00-20.00

Permanentie per dienst tot 12 uur

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Vr

9.00-11.30

7.00-9.00

11.30-20.00

Permanentie per dienst tot 12 uur

 

De prestaties geleverd op dinsdag tussen 18 en 20.30 uur worden door het bestuur beschouwd als gepresteerd a rato van 150 %. De prestaties tussen 20.00 en 20.30 uur op dinsdag worden enkel aanvaard voor een personeelslid met een loketfunctie en enkel voor de tijd die dit personeelslid nodig heeft om een aanwezige burger/klant die na sluitingstijd van het gemeentehuis nog aanwezig is, van dienst te zijn.

 

Stam- en glijtijden – administratief personeel gemeentehuis – niveau A / decretale graden

 

Stamtijd

Glijtijd

Opmerking

Ma

 

7.00-20.00

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Di

 

7.00-20.30

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten. Medewerkers die na 18 uur werken moeten minimum 30 minuten avondpauze nemen.

Wo

 

7.00-20.00

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Do

 

7.00-20.00

Verplichte middagpauze van minimum 30 minuten

Vr

 

7.00-20.00

 

 

De prestaties geleverd op dinsdag tussen 18 en 20.30 uur worden door het bestuur beschouwd als gepresteerd a rato van 150 %.

 

Stam- en glijtijden – administratief personeel – deeltijds

Deeltijdse medewerkers volgen de uurroosters van de voltijdse personeelsleden. De vrije dagen worden, in overleg met de functioneel verantwoordelijke, op vraag van de medewerker, door het hoofd van het personeel vastgesteld. De vrije dagen kunnen, in het belang van de dienst en in overleg met de medewerker, gewijzigd worden.

 

Dienst- en glijtijden – bibliotheekpersoneel - voltijds

 

Diensttijd West

Diensttijd Oost

Glijtijd

Officieel uurrooster

Ma

15.30-20.00

15.30-20.00

8.00-20.30

7,6 uur

Di

15.30-17.30

-

8.00-18.00

7,6 uur

Wo

13.00-20.00

13.00-16.30

8.00-20.30

7,6 uur

Do

9.00-12.00
13.00-17.30

-

8.00-18.00

7,6 uur

Vr

-

15.30-19.00

8.00-19.30

7,6 uur

Za

9.00-12.00

9.00-12.00

8.30-12.30

 

 

Voor personeelsleden van niveau B loopt de glijtijd op dinsdag, donderdag en vrijdag tot 20 uur.

Tijdens diensttijd moeten minimum 2 personen aanwezig zijn in de betrokken vestiging. De bibliothecaris of zijn vervanger zorgt ervoor dat minstens 1 week op voorhand afgesproken wordt wie aanwezig zal zijn tijdens de dagelijkse diensttijd. Hij heeft het recht personeelsleden op te vorderen om de dienst te verzekeren.

Een personeelslid mag maximum 5 van de 6 dagen werken. Iedereen is dus verplicht wekelijks een vrije dag te nemen.

De prestaties op zaterdag worden door het bestuur beschouwd als gepresteerd a rato van 150 %.

 

Dienst- en glijtijden – bibliotheekpersoneel – deeltijds

Deeltijdse medewerkers volgen de uurroosters van de voltijdse personeelsleden. De vrije dagen worden, in overleg met de functioneel verantwoordelijke, op vraag van de medewerker, door het hoofd van het personeel vastgesteld. De vrije dagen kunnen, in het belang van de dienst en in overleg met de medewerker, gewijzigd worden.

 

Vaste uurregeling dienst openbare werken – technisch personeel - voltijds

Ma

7.00-12.00

12.30-16.00

8.5 uur

Di

7.00-12.00

12.30-16.00

8.5 uur

Wo

7.00-12.00

12.30-16.00

8.5 uur

Do

7.00-12.00

12.30-16.00

8.5 uur

Vr

7.00-12.00*

 

5.0 uur

 

 

 

39 uur

 

 *Prestatie op vrijdag tussen 11.00 en 12.00 is verplicht en wordt toegevoegd als inhaalrust.

 

Vaste uurregeling dienst openbare werken – werkleiders - voltijds

Ma

7.00-16.00

Verplichte middagpauze van 30 minuten tussen 11.45 en 13.30

8,5 uur

Di

7.00-16.00

Verplichte middagpauze van 30 minuten tussen 11.45 en 13.30

8,5 uur

Wo

7.00-16.00

Verplichte middagpauze van 30 minuten tussen 11.45 en 13.30

8,5 uur

Do

7.00-16.00

Verplichte middagpauze van 30 minuten tussen 11.45 en 13.30

8,5 uur

Vr

7.00-12.00*

 

5,0 uur

 

 

 

39 uur

 

 *Prestatie op vrijdag tussen 11.00 en 12.00 is verplicht en wordt toegevoegd als inhaalrust.

 

Vaste uurregeling dienst openbare werken – technisch personeel – 4/5de – vrije dag ma / di / wo of do.

Deeltijdse medewerkers volgen de uurroosters van de voltijdse personeelsleden met uitzondering van vrijdag. De vrije dag wordt, in overleg met de functioneel verantwoordelijke, op vraag van de medewerker, door het hoofd van het personeel vastgesteld. De vrije dag kan, in het belang van de dienst en in overleg met de medewerker, gewijzigd worden.

Op vrijdag volgen zij volgend uurrooster:

 

Vr

7.00-11.54

 

4,9 uur

 

 

 

 

30,4 uur

Totaal

 

Vaste uurregeling dienst openbare werken – technisch personeel – 4/5de – vrije dag do-namiddag/vr-voormiddag

Deeltijdse medewerkers volgen de uurroosters van de voltijdse personeelsleden met uitzondering van donderdag. De vrije dag wordt, in overleg met de functioneel verantwoordelijke, op vraag van de medewerker, door het hoofd van het personeel vastgesteld. De vrije dag kan, in het belang van de dienst en in overleg met de medewerker, gewijzigd worden.

Op donderdag volgen zij volgend uurrooster:

 

Do

7.00-11.54

 

4,9 uur

 

 

 

 

30,4 uur

Totaal

 

Vaste uurregeling dienst openbare werken – veegwagen - voltijds

Ma

6.00-12.00

12.30-16.00

9,5 uur

Di

6.00-12.00

12.30-16.00

9,5 uur

Wo

6.00-12.00

12.30-16.00

9,5 uur

Do

6.00-12.00

12.30-16.00

9,5 uur

Vr

 

 

 

 

 

 

38 uur

 

Gemachtigd verkeersopzichters

Werkschema 1 ochtend

7.45-8.30

Werkschema 2 ochtend

7.45-8.45

Werkschema 1 namiddag ma-di-do-vr

15.15-16.15

Werkschema 2 namiddag ma-di-do-vr

15.30-16.30

Werkschema 1 woensdagmiddag

11.45-12.30

Werkschema 2 woensdagmiddag

11.30-12.30

 

Vaste uurregeling – technisch personeel schoonmaak

Weekrooster wordt samengesteld op basis van volgende standaardroosters.

De locatie bepaalt of er een vroege of dagrooster voorzien wordt.

 

SV348

6.30-10.18

 

3,8 uur

SV445

6.30-11.15

 

4,8 uur

SV542

6.30-12.12

 

5,7 uur

SV736

6.30-10.18

10.48-14.36

7,6 uur

SD348

8.30-12.18

 

3,8 uur

SD445

8.30-11.10

 

4,8 uur

SL348

14.45-18.33

 

3,8 uur

SD542

8.30-11.10

11.40-14.42

5,7 uur

SD445

8.30-

 

 

SD542b

8.30-14.12

 

5,7 uur

SD618

8.30-12.18

12.48-15.18

6,3 uur

SL348W

12.30-16.18

 

3,8 uur

SV = standaard vroege

SD = standaard dag

SL = standaard late

 

Deeltijdse roosters worden zoveel mogelijk ingevuld met dagen van 7,6 of 3,8 uur. Waar nodig wordt de gemiddelde arbeidstijd over verschillende weken bereikt.

Uitzonderlijk kan het weekrooster op één dag een afwijking kennen (om gemiddelde arbeidstijd te bereiken).

 

Dienst – en glijtijd - onthaalmedewerker vrijetijdsgebouwen

Prestaties tussen 10.00-19.00

Verplichte middagpauze van 30 minuten

7,6 uren

 

Bij afwezigheid van de conciërge, neemt de onthaalmedewerker vrijetijdsgebouwen de taken waar van de conciërge.  Voor de periodes van telefonische permanentie ontvangt hij een permanentietoelage.

 

Bereikbaarheidsdienst conciërge

De conciërge presteert 38 uren per week, via het principe van de bereikbaarheidsdienst. De conciërge verbindt zich ertoe om op de volgende momenten zijn taken uit te voeren en bereikbaar te zijn voor eventuele interventies:

         Op weekdagen: van 19u tot 6.30u

         Van vrijdagavond 19u tot maandagochtend 6.30u

 

Slaapklasje gemeenteschool De Horizon

Ma

12.00-13.30

Di

12.00-13.30

Wo

 

Do

12.00-13.30

vr

12.00-13.30

 

 

Bijlage 2

 

 

Verbandkist

Eerste hulp door

Gemeentehuis

Het onthaal

Het secretariaat

 

Bijgebouw Sint-Jozeflei 6

Onthaalruimte gelijkvloers

 

Gemeentelijk magazijn

Het bureel werkleiders

 

Gemeenschapscentrum 'Alice Forceville'

Het bureel

 

Hoofdbibliotheek Westmalle

 

Gemeentelijke Sporthal 'Berckhoven'

Het bureel van de toezichter

De bergplaats van de verenigingen

 

Ontmoetingscentrum 'De Notelaar'

De refter van het personeel

 

 

Bibliotheekfiliaal Oostmalle

De keuken

 

Oud-gemeentehuis Oostmalle

De keuken (witte kast)

 

Veiligheidscentrum

De kleedkamer

Elke brandweerman

Kasteel de Renesse

De keuken

 

Gemeenteschool

De kleine refter

De grote refter

 

 

 

Bijlage 3

Interne vertrouwenspersonen voor hulp bij psychosociale belasting (stress, geweld, pesterijen, ongewenst seksueel gedrag,…)  :

Carina Willems, deskundige personeel

Werkplaats: gemeentehuis

Te bereiken op 03 310 05 36 of via carina.willems@malle.be

 

Erica De Meyer, maatschappelijk assistent

Werkplaats: sociaal huis

Te bereiken op 03 312 49 61 of via erica.de.meyer@malle.be

 

Beide zijn ook bereikbaar via vertrouwenspersoon@malle.be

 

Vertrouwenspersoon IGEAN bij psychosociale belasting (stress, geweld, pesterijen, ongewenst seksueel gedrag) psychosociale belasting  :

Vertrouwenspersoon (wisselende functiehouder)

Doornaardstraat 60, 2160 Wommelgem

Te bereiken op 03-350.08.30

 

Preventieadviseur

Jan Christiaensen, teamleider gemeenschappelijke dienst PBW, IGEAN

Doornaardstraat 60, 2160 Wommelgem

Te bereiken op 03 350 08 15

Glenn De Beuckeleer, preventieadviseur gemeenschappelijke dienst PBW, IGEAN

Doornaardstraat 60, 2160 Wommelgem

Te bereiken op 03 376 20 71

 

Arbeidsarts

Dr. Annelies Van Daele, arbeidsgeneeskundige dienst IDEWE

Entrepotkaai 15, 2000 Antwerpen

Te bereiken op 03 218 83 83

 

Preventieadviseur psychosociale aspecten

 Robine Marinus

 Entrepotkaai 15, 2000 Antwerpen

 Te bereiken op 03 218 83 83

 

Hulp bij traumatiserende gebeurtenis op het werk

POBOS – 0800 11 0 11

 

Leden vakbondsafvaardiging

A.C.O.D : Pascal Aerts, Ommeganckstraat 47, 2018 Antwerpen

Te bereiken op 03 213 69 25
pascal.aerts@cgspacod.be 

ACV Openbare diensten : Elia Schelfaut, Nationalestraat 111, 2000 Antwerpen

Te bereiken op 03 222 70 42
elia.schelfaut@acv-csc.be

V.S.O.A. : Jeroen Noerens, Vina Bovypark 3, 9000 Gent

Te bereiken op 0472 38 75 88
Antwerpen@zone-vsoalrb.be

 

Inspectiediensten

Inspectie van de sociale wetten (Federaal Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid): Theaterbuilding, Italiëlei 124 bus 56 te 2000 Antwerpen (03 213 78 10)

 

Technische inspectie (Federaal Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid): Directie Antwerpen Zuid, Frankrijklei 65 bus 6 te 2000 Antwerpen (03 226 03 07)

 

Medische inspectie (Federaal Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid):
De Motstraat 26 te 1040 Brussel (02 233 64 16)

 

Sociale inspectie (Federaal Ministerie van Sociale Voorzorg):
Antwerp Tower, De Keyserlei 5 bus 43 te 2018 Antwerpen (03 232 47 02)

 

Verzekering Personeel

Verzekeringsmaatschappij Ethias
Prins Bisschopssingel 73, 3500 Hasselt met volgende polissen:
- arbeidsongevallen: 6.050.214
- omnium dienstverplaatsing: 2.725.220

- hospitalisatie:

  - basisformule: H85499300A

  - uitgebreide formule: H85499300B

 

Verzekeringsmaatschappij AXA

Vorstlaan 25, 1170 Brussel met de volgende polis:

 -algemene burgerlijke aansprakelijkheid: 730.404.560

 

Verzekeringsmaatschappij AG Insurance

Berchemstadionstraat 70, 2600 Antwerpen met de volgende polis:

- hospitalisatie: GD43/1802

 

Kinderbijslagfonds

RSZ-PPO

Jozef-II straat 47 te 1000 Brussel
aansluitingsnummer: 5014.00.07

 

Ondernemingsnummer

0207.537.240

 

 

Bijlage 4: drugs- en alcoholbeleid

Het bestuur wil samen met al zijn medewerkers een kwaliteitsvolle dienstverlening bieden aan de burger. Dit kan enkel als alle medewerkers goed functioneren, als hun welzijn is gewaarborgd en als zij in een zo aangenaam mogelijke omgeving kunnen werken. Het bestuur acht zich medeverantwoordelijk voor het welzijn van haar medewerkers, evenals voor het creëren van een aangename werkomgeving. Het bestuur meent dat misbruik van alcohol, medicatie of drugs onverenigbaar is met de hierboven vernoemde doelstelling. Dit misbruik heeft niet alleen een impact op de werkomgeving en het welzijn, maar ook op de arbeidsprestatie van medewerkers.

Het bestuur verwacht van zijn werknemers en eventuele andere op de werkplek aanwezige personen dat zij op een verantwoorde wijze omgaan met het gebruik van psychoactieve middelen om te voorkomen dat gebruik zou leiden tot problematische situaties voor zichzelf of voor hun collega’s. Het leidinggevend personeel heeft hier een voorbeeldfunctie.

 

De regels rond het bezit, gebruik, onder invloed zijn, delen en dealen van psychoactieve stoffen staan in volgende tabel weergegeven:

 

 

Bezit

Gebruik

Onder invloed

Delen

Dealen

Tabak

Toegestaan

Verboden

Enkel indien er expliciet een plaats en tijd voor voorzien is.

Niet van toepassing

Toegestaan

Verboden

Illegale drugs

Verboden

Verboden

Verboden

Verboden

Verboden

Medicatie

Toegestaan

Indien het gebruik een invloed heeft op de werkprestaties moet het gebruik eerst besproken worden met de arbeidsgeneesheer

Enkel toegestaan na consultatie met de arbeidsgeneesheer

Verboden

Verboden

Alcohol

Verboden tenzij er een uitdrukkelijke toestemming is van de algemeen directeur of zijn/haar plaatsvervanger

Afhankelijk van de situatie:

        Beperking tot norm automobilisten bij sociale contacten met derden

        Geen beperking bij evenementen voor personeelsleden, georganiseerd of gesteund door het bestuur

        Verbod in alle andere gevallen

Afhankelijk van de situatie:

        Geen beperking bij evenementen voor personeelsleden, georganiseerd of gesteund door het bestuur

        Verbod in alle andere gevallen

 

Verboden tenzij er een uitdrukkelijke toestemming is van de algemeen directeur of zijn/haar plaatsvervanger

Verboden

 

Indien deze regels overtreden worden, zal er eenduidig en krachtdadig worden opgetreden.

 

Indien de leidinggevende, gesteund door getuigen en/of een andere leidinggevende, van oordeel is dat deze regels overtreden zijn en dat verder werken onmogelijk of onverantwoord is, kan deze volgende beslissingen nemen:

  1. stopzetten van de arbeid voor de rest van de dag en de werknemer inschrijven in een verlofregime
  2. het vervoeren van de werknemer naar zijn woonst op kosten van de werknemer
  3. het voeren van een functioneringsgesprek
  4. het meenemen van de feiten in een evaluatiegesprek.

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Financieel beleid - gemeentelijk retributiereglement voor het vakantieaanbod - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Op 30 maart 2023 keurde de gemeenteraad het gemeentelijk retributiereglement voor het vakantieaanbod goed. Dit reglement geldt tot en met 31 december 2025.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40, § 3 en artikel 41 bepalen dat de gemeenteraad de gemeentelijke reglementen vaststelt

 

Grondwet, artikel 173

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

 

Motivering

 

De financiële toestand van de gemeente vereist de heffing van verschillende retributies voor de prestaties die het gemeentebestuur levert.

 

Het tijdstip van indexatie van de tarieven van het vakantieaanbod wordt afgestemd op het indexatietijdstip van de tarieven vermeld in het retributiereglement voor het Pinkeltje. Het nieuwe retributiereglement voor het Pinkeltje en de wijziging van het huishoudelijk reglement worden voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn.

Beraadslaging

 

Schepen Yannis Leirs geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

De gemeenteraad besluit bij 22 ja stemmen

 

Artikel 1 - het volgende retributiereglement goed te keuren:

 

Gemeentelijk retributiereglement voor het vakantieaanbod

 

Artikel 1 - algemeen

 

Vanaf 1 juni 2024 tot en met 31 december 2025 heft de gemeente Malle een retributie voor de deelname aan het door het gemeentebestuur ingerichte vakantieaanbod tijdens de schoolvakanties.

 

Artikel 2 - gebruikers

 

De retributie is verschuldigd door de persoon die inschrijft voor deelname van het kind aan het vakantieaanbod.

 

Artikel 3 - tarief en berekening

 

§1 De gemeente Malle hanteert de volgende tarieven:

         Halve dag:  6,20 euro

         Hele dag:  12,40 euro

         Voor uitstappen:  de kostprijs van de uitstap. Het bedrag van de retributie kan maximum                gelijk zijn aan de reële kost van de activiteit aan het               gemeentebestuur.

 

§2 De gemeente Malle hanteert de volgende jaarlijkse verhogingen

         De tarieven worden vanaf 2025 jaarlijks op 1 januari aangepast aan de consumptieprijsindex van november van het voorafgaande jaar. De basisindex is de index van november 2022 (127,92).

 

§3 De gemeente Malle hanteert de volgende afrondingsregels:

         Bedragen worden afgerond naar onder of boven tot op 0,05 euro.

 

Artikel 4 - invordering

 

§1 De retributie moet betaald worden door online betaling, overschrijving op de rekening van het gemeentebestuur of door contante betaling op de dienst vrije tijd of dienst financiën.

 

§2 Bij gebrek aan contante betaling vordert de financieel directeur de retributie in.

 

§3 De gebruiker betaalt de retributie binnen de dertig dagen na verzending van de factuur.

 

§4 Als de gebruiker de retributie niet binnen de dertig dagen betaalt, zal de financieel directeur de  retributie invorderen volgens de volgende regels:

         Voor het betwiste gedeelte of een schuldvordering tegen een publieke rechtspersoon gelden de regels van de burgerlijke rechtspleging

         Voor het niet-betwiste gedeelte kan de financieel directeur een dwangbevel uitvaardigen conform artikel 177 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

Artikel 5 - bezwaren

 

De gebruiker kan binnen de dertig dagen na de verzending van de factuur bezwaar aantekenen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend en gemotiveerd.

 

Artikel 6 - inwerkingtreding en bekendmaking

 

§1 Het reglement treedt in werking op 1 juni 2024.

 

§2 Het reglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en artikel 287 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Artikel 2 - het gemeentelijk retributiereglement voor het vakantieaanbod, goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 maart 2023, op te heffen vanaf 1 juni 2024.

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Beleidsplan ruimte Malle - voorlopige vaststelling - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Op 24 november 2022 heeft de gemeenteraad goedkeuring gegeven aan de opmaak van een ruimtelijk beleidsplan samen met het bijhorende bestek en de raming voor deze opdracht.

 

Op 6 maart 2023 werd de opdracht “Opmaak gemeentelijk beleidsplan ruimte en plan-MER” gegund aan studiebureau Witteveen+Bos Belgium nv, Posthoflei 5 bus 1 te 2600 Antwerpen-Berchem.

 

Gemeente Malle startte op 21 maart 2023 met de opmaak van het beleidsplan ruimte.

 

Er werd gestart met voorbereidend onderzoek dat bestond uit een screening van de huidige beleidsdocumenten en een rondgang in de gemeente met het projectteam op 6 april 2023. Hierbij werd gefocust op het verzamelen van zo veel mogelijk informatie. Tijdens een werksessie met de gemeentelijke diensten en het college van burgemeester en schepenen op 2 mei 2023 werd de inventarisatie getoetst en zijn de huidige uitdagingen van de gemeente besproken.

 

De eerste stap in de opmaak van een ruimtelijk beleidsplan bestaat uit de opmaak van een conceptnota, kennisgevingsnota en een procesnota. Volgens artikel 2.1.11 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening (VCRO) is het de bevoegdheid van het college van burgemeester en schepenen om deze nota’s op te maken nadat de gemeenteraad de beslissing heeft genomen om een beleidsplan ruimte op te maken.

 

Op 31 juli 2023 heeft het college van burgemeester en schepenen de conceptnota, kennisgevingsnota en procesnota goedgekeurd.

 

Op 31 augustus 2023 heeft de gemeenteraad kennisgenomen van de conceptnota, kennisgevingsnota en procesnota.

 

De publieke raadpleging werd georganiseerd van 1 september tot en met 30 oktober 2023. Er werd een infomarkt georganiseerd op 4 september tussen 19 uur en 21 uur in de foyer van de Notelaar, Lierselei 15 te Malle. Tijdens de publieke raadpleging werden er adviezen ontvangen van het departement omgeving, de deputatie, de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (gecoro), de milieuraad, gemeente Rijkevorsel en werden er opmerkingen en bezwaarschriften ontvangen van de Boerenbond, Bedrijvenpark Malle vzw, DK Invest en twee inwoners van Malle.

 

Op basis van de resultaten van de publieke raadpleging werd het voorontwerp beleidsplan ruimte Malle opgemaakt bestaande uit de strategische visie, de beleidskaders ‘kernversterking’, ‘niet-kerngebieden’, ‘groen en open ruimte’, ‘bedrijvigheid’, ‘recreatie’, het onderzoeksrapport ruimte voor bedrijvigheid en het locatieonderzoek sportieve recreatie.

 

Het voorontwerp beleidsplan ruimte Malle werd voor advies voorgelegd aan de gecoro en milieuraad van 20 februari 2024, aan de stuurgroep met het departement omgeving, de deputatie en de aangrenzende gemeenten en aan de gemeenteraadscommissie op 27 februari 2024.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikels 40 en 41

 

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, titel II Planning, hoofdstuk I Ruimtelijke beleidsplannen van 15 mei 2009

 

Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van nadere regels voor de opmaak, de vaststelling en de herziening van ruimtelijke beleidsplannen en tot wijziging van diverse besluiten van de Vlaamse Regering in het kader van de regeling van de ruimtelijke beleidsplanning van 30 maart 2018

 

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het geïntegreerde planningsproces voor ruimtelijke uitvoeringsplannen, planmilieueffectrapportage, ruimtelijke veiligheidsrapportage en andere effectbeoordelingen van 17 februari 2017

 

Decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, titel IV Milieueffect- en veiligheidsrapportage van 5 april 1995

 

Motivering

 

De opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk beleidsplan is een opportuniteit om in te spelen op actuele ruimtelijke vraagstukken waarop het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) geen antwoord (meer) biedt. Een actueel ruimtelijk kader is een belangrijke houvast om als gemeente een samenhangend en consequent ruimtelijk beleid te voeren. Beleidsplanning schept nieuwe kansen ten opzichte van de structuurplanning. Het laat toe meer strategisch te plannen, gericht op de noden en prioriteiten die in de gemeente spelen, in plaats van allesomvattend te moeten zijn.

 

Een ruimtelijk beleidsplan is opgebouwd uit een strategische visie en een set van beleidskaders. De strategische visie omvat een toekomstbeeld en een overzicht van belangrijke beleidsopties op lange termijn. Beleidskaders zijn operationeel van aard en hebben een kortere looptijd. Beleidskaders kunnen apart worden herzien, zelfs opgeheven. Het ruimtelijk beleid kan zo flexibel inzetten op een selectieve set van belangrijke beleidsonderwerpen. Aan elk beleidskader worden acties gekoppeld die uitvoering moeten geven aan het beleid. Het beleidsplan kan ondersteund worden door onderzoeksrapporten en de uitvoering wordt opgevolgd door monitoring en evaluatie.

 

Op basis van de opmerkingen over het voorontwerp beleidsplan ruimte werd een ontwerp-beleidsplan ruimte opgemaakt.

 

De strategische visie omvat een toekomstbeeld en een overzicht van belangrijke ambities op lange termijn, nl.:

         wonen in een dorp

         de kernen versterken

         de open ruimte maximaal beschermen

         ruimte voor recreatie en sport

         voorzieningen voor iedereen

         waar rust en bedrijvigheid samengaan

         de klimaatverandering: voorkomen en aanpassen

         duurzame en veilige mobiliteit

         erfgoed voor iedereen

         vlotte energietransitie

         toerisme dicht bij huis

         kwalitatieve ruimte voor onderwijs

         inspanningen voor een sterke landbouw

         nabije natuur.

 

Daarnaast omvat het beleidsplan ruimte vijf beleidskaders met meer concrete doelstellingen op korte termijn, namelijk kernversterking, niet-kerngebieden, open ruimtegebieden, recreatie en bedrijvigheid.

 

Het beleidskader ‘kernversterking’ doet een uitspraak over de manier waarop de gemeente haar kernen zal versterken. Onder kernen verstaan we de gebieden binnen de contouren voor kernversterking van het kwaliteitsplan. Centraal hierin staat de kwalitatieve manier van verdichten zonder het dorpse karakter te verliezen. Door op strategische plaatsen uit te breiden, te verdichten en te ontpitten wordt het mogelijk om groene vingers in de kernen te introduceren en de kernen zo verder op te waarderen. Een tweede grote aspect dat thuishoort in dit beleidskader is de opvolging en verdere uitwerking van de kernwinkelgebieden in de gemeente Malle.

 

Het beleidskader ‘niet-kerngebieden’ doet een uitspraak over de verschillende types niet-kerngebieden gelegen buiten de contouren voor kernversterking en reikt instrumenten aan om in de toekomst mee om te gaan. Voorbeelden hiervan zijn het beperken van bouwmogelijkheden van slecht gelegen percelen. We kunnen bijkomend, in synergie met het beleidskader kernversterking, bebouwing en voorzieningen op deze slecht gelegen percelen opgevangen in de kernen. Zo kunnen nieuwe groene verbindingen geschept worden en wordt verlinting tegengegaan.

 

Het beleidskader ‘groen en open ruimte’ doet uitspraak over de open ruimte in de gemeenten en hoe deze versterkt kan worden. Het biedt de mogelijkheid tendensen zoals verpaarding, vertuining en inname en versnippering van open ruimte tegen te gaan. Het is een hulpmiddel om zonevreemde bebouwing een halt toe te roepen. Daarnaast omvat het beleidskader de mogelijkheid gebieden te herbestemmen naar open ruimte, om aan landschapsontwikkeling te doen en om burgers te stimuleren hun percelen klimaatrobuust in te richten.

 

Het beleidskader ‘recreatie’ doet uitspraak over de recreatiemogelijkheden in de gemeente. Op sportief vlak is er nood aan nieuwe indoor en outdoor sportinfrastructuur. Dit gaat gepaard met een grote ruimtevraag. Het beleidskader reikt acties aan om de recreatieve sportinfrastructuur in de gemeente uit te breiden. Daarnaast bevat het hefbomen ter ontwikkeling van kwalitatieve gebiedsdekkende recreatieve netwerken en socio-culturele of sportieve infrastructuren. Ter onderbouwing van het beleidskader recreatie werd een locatieonderzoek ‘recreatie’ opgemaakt.

 

Het beleidskader ‘bedrijvigheid’ doet een uitspraak over de toekomst van de ruimte voor bedrijvigheid in Malle en speelt in op actuele ruimtelijke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen.

 

Om beter om te gaan met de groeiende druk op onze beschikbare ruimte, bakent het af welke bedrijvigheidsfuncties we kunnen verweven binnen de kernen en welke we best afzonderen op onze industrieterreinen. Het reikt oplossingen aan voor de ruimtelijke versnippering van bedrijventerreinen ten gevolge van de toegenomen KMO-ontwikkelingen en biedt een antwoord op de historisch gegroeide zonevreemdheid van vele ondernemingen in Malle. Tot slot biedt dit kader tools aan om de Malse bedrijventerreinen te transformeren tot toekomstbestendige sites: aangename werkomgevingen met een hoog ruimtelijk rendement, multimodaal ontsloten, met meer ruimte voor groen en water en een hoge beeldkwaliteit. Ter onderbouwing van het beleidskader werd een onderzoeksrapport ‘ruimte voor bedrijvigheid’ opgemaakt.

 

Overeenkomstig artikel 41 van het besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van nadere regels voor de opmaak, de vaststelling en de herziening van ruimtelijke beleidsplannen en tot wijziging van diverse besluiten van de Vlaamse Regering in het kader van de regeling van de ruimtelijke beleidsplanning, stelt de gemeenteraad het ontwerp-beleidsplan ruimte voorlopig vast. Na de voorlopige vaststelling wordt een openbaar onderzoek van 90 dagen georganiseerd.

 

Om de mogelijke effecten van het beleidsplan op mens en milieu in kaart te kunnen brengen, is een ontwerp-plan-milieueffectenrapport (plan-MER) opgemaakt. Dit rapport licht de milieueffecten van de verschillende ambities en acties uit het beleidsplan toe. Aan het ontwerp-plan-MER werd een niet-technische samenvatting toegevoegd. De niet-technische samenvatting is een samenvatting van het plan-MER die begrijpelijk is voor het publiek en toelaat om een voldoende zicht te krijgen op de milieueffecten van het plan of project, de alternatieven en de mogelijke of te nemen milderende maatregelen en/of compenserende maatregelen. Het plan-MER en niet-technische samenvatting gaan samen met het ontwerp beleidsplan ruimte in openbaar onderzoek.

Beraadslaging

 

Burgemeester Sanne Van Looy geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

Raadslid Kris Mintjens stelt voor om het punt uit te stellen. Hij licht toe veel tijd en energie in het punt te hebben gestoken. Het werd in de commissie besproken, maar er wordt niets mee gedaan. Raadslid Kris Mintjens geeft enkele voorbeelden:

         op pagina 12 met betrekking tot de verkaveling Oude Holstraat staat nog 2030

         er zit een fout plan in met betrekking tot de detailhandelskern

         de feestzaal van de Melkkit valt buiten de detailhandelskern

         de tuin achter de wasserette valt buiten de detailhandelskern

         wat is de 3-30-300 maatregel; niemand wist het

         er staat dat de gemeente grote industriële bedrijven wil; daar is evenwel geen ruimte voor; het is een foute benadering

         heel wat industrieterrein is zonevreemd; pas het plan aan zodat het niet meer zonevreemd is

         neem het stuk achter het bos tot aan de tangent ook mee zodat je desgevallend sportinfrastructuur nog kan uitbreiden indien het nodig is in de toekomst.

Tot slot wijst raadslid Kris Mintjens er op dat er 8 documenten werden verkregen voor bespreking in de commissie en dat er nu 11 documenten goed te keuren zijn.

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat de 3-30-300 maatregel op pagina 52 wordt uitgelegd. Er zijn in Malle zowel kleinere KMO's als grote bedrijven. Dit moet ook vanuit een bovenlokaal standpunt bekeken worden. Voor zonevreemde bedrijven zal een oplossing gevonden worden. Niemand wil iets anders aan BMW, Crossfit of Albert Heijn dan wat er vandaag is.

 

Burgemeester Sanne Van Looy wijst erop dat in de strategische visie ook de knelpunten staan benoemd en in de actietabel de oplossingen.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het RUP Hooybergh ruimer kan.

 

Dat er nu 11 documenten voorliggen, is omdat er ook een aantal technische documenten bij zitten, op de commissie werd alles inhoudelijk besproken, aldus burgemeester Sanne Van Looy.

 

Tot slot wijst burgemeester Sanne Van Looy erop dat ze voor de Oude Holstraat geen problemen verwacht. Tegen 2030, betekent ook nu, aldus burgemeester Sanne Van Looy.

 

Raadslid Kris Mintjens stelt dat het interessant zou zijn om een werkgroep samen te stellen, dan zou het plan meer gefinetuned kunnen worden.

 

Burgemeester Sanne Van Looy verwijst naar de publieke raadpleging en de besprekingen in de commissie. De gemeenteraad is meer betrokken dan vroeger, wat niet wil zeggen dat het een en ander geëvalueerd kan worden en kan bekeken worden hoe een werkgroep kan werken. Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat nu enkel nog aangepast kan worden wat in het kader van het openbaar onderzoek wordt aangekaart.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt voor om het punt uit te stellen en het nog eens in de commissie te bespreken.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt voor om volgende maand een commissie te organiseren zodat eventuele vragen nog bekeken kunnen worden. Als het punt wordt uitgesteld valt het openbaar onderzoek in de zomer, wat niet goed is.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt zich te zullen onthouden aangezien de uitnodiging voor de commissie niet was doorgekomen.

 

Raadslid Alex Van Loon stelt dat het nuttig is om de gemeenteraad intensiever te betrekken. Hij verwijst naar het verslag van de gecoro. De gecoro was van mening dat nog onvoldoende rekening was gehouden met hun opmerkingen.

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat de gecoro nog betrokken zal worden.

 

Raadslid Alex Van Loon licht toe dat zijn fractie zich zal onthouden. Het is een goede basis om van te vertrekken. De kwaliteit van het document is goed.

 

De gemeenteraad besluit bij 14 ja stemmen en 8 onthoudingen (Katleen Mintjens, Alain De Laet, Alexander Van Loon, Paul Van Ham, Mieke Laenen, Kris Mintjens, Eddy Krijnen, Tom Lauryssen)

 

Artikel 1 - het ontwerp-beleidsplan ruimte Malle bestaande uit:

         een strategische visie van 20 maart 2024 met referentie 134892_08_REP_vF

         het beleidskader 'kernversterking' van 13 maart 2024 met referentie 134892_10_REP_vD

         het beleidskader 'niet-kerngebieden' van 13 maart 2024 met referentie 134892_11_REP_vD

         het beleidskader 'groen en open ruimte' van 19 maart 2024 met referentie 134892_09_REP_vE

         het beleidskader 'recreatie' van 13 maart 2024 met referentie 134892_07_REP_vC

         het beleidskader 'bedrijvigheid' van 13 maart 2024 met referentie 134892_05_REP_vC

         het locatieonderzoek ‘recreatie’ van 13 maart 2024 met referentie 134892_04_REP_vC

         het onderzoeksrapport ‘ruimte voor bedrijvigheid van 13 maart 2024 met referentie 134892_06_REP_vC

         de procesnota van 13 maart 2024 met referentie 134892_12_REP_vB

voorlopig vast te stellen.

 

Artikel 2 - kennis te nemen van het ontwerp-plan-milieueffectrapport van 13 maart 2024 met referentie 134892_13_REP_vB en de bijhorende niet-technische samenvatting van 13 maart 2024 met referentie 134892_13_REP_vA.

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Omgeving - gemeentelijk reglement over wonen in eigen streek - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

In verschillende Vlaamse gemeenten zijn de vastgoedprijzen zo hoog dat minder kapitaalkrachtige inwoners geen eigen woning meer kunnen verwerven in hun streek. Zij moeten noodgedwongen uitwijken naar gemeenten waarmee ze amper of geen band hebben. Om dit fenomeen van sociale verdringing tegen te gaan, werkte de Vlaamse Regering een nieuwe regeling uit. Die biedt lokale besturen de kans om kavels of woningen voor te behouden voor mensen met wortels in de gemeente.

 

Via het decreet van 23 juni 2023 over wonen in eigen streek en het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 2023 tot uitvoering van het decreet van 23 juni 2023 over wonen in eigen streek

wil de Vlaamse overheid lokale besturen in de duurste Vlaamse gemeenten een instrument geven om de minder kapitaalkrachtige, plaatselijke bevolking te helpen bij een woningaankoop. De regeling Woning In Eigen Streek (WIES) geldt sinds 27 januari 2024.

 

De Vlaamse Regering stelt zesjaarlijks de lijst van gemeenten vast (telkens 1 jaar voor de gemeentelijke legislatuur), waarbij ze onder andere rekening houdt met de mediaanprijzen van woningen in het Vlaams Gewest. Malle komt voor op die lijst en is dus een WIES-gemeente. Gemeenten kiezen vervolgens zelf om via een gemeentelijk reglement in te stappen in WIES.

 

Er werd een ontwerp voor een gemeentelijk reglement over wonen in eigen streek opgemaakt.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikels 40 en 41

 

Decreet over wonen in eigen streek van 23 juni 2023

 

Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 23 juni 2023 over wonen in eigen streek van 8 december 2023

 

Motivering

 

Malle heeft haar sociaal bindend objectief ruimschoots behaald. Conform de gemeentelijke visie sociaal wonen wenst het bestuur op middellange termijn in te zetten op betaalbaar wonen voor gezinnen, starters of alleenstaanden die in de gemeente willen blijven wonen maar niet genoeg kapitaal hebben om in Malle een doorsnee woning te kopen en ook niet in aanmerking komen voor een sociale koop- of huurwoning.

 

Huidige projecten met betaalbaar wonen missen impact op lange termijn. Woningen kunnen na enkele jaren vaak met winst worden doorverkocht. Zo vloeit de financiële tussenkomst van de gemeente niet terug naar de doelgroep die het nodig heeft.

 

Het bestuur wil mensen met een band met Malle de kans geven om in de eigen gemeente te blijven wonen. Dit valt onder de actie AC000214 'We voeren een doordacht en toekomstgericht woonbeleid' in het meerjarenplan 2020-2025 van gemeente Malle.

 

Door een gemeentelijk reglement over wonen in eigen streek kan het bestuur deze actie (minstens gedeeltelijk) realiseren.

 

De financiële draagkracht van de gemeente voor de toepassing van dit reglement wordt bepaald door de ontvangsten van gemeente Malle als gevolg van de toepassing van het belastingreglement op de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden of voor stedenbouwkundige handelingen in het kader van projecten van meergezinswoningen, woonerven of groepswoningbouw tot op de datum van de omgevingsvergunning waarop het decreet en dit reglement van toepassing worden verklaard door de vergunningverlenende overheid.

 

WIES-gemeenten kunnen overdrachtsvoorwaarden laten gelden voor bepaalde gronden en de daarop gebouwde woningen. Alleen personen die aan bepaalde voorwaarden voldoen, kunnen zo een grond en de daarop gebouwde woning kopen.

 

De overdrachtsvoorwaarden zoals voorzien in het gemeentelijke reglement gelden voor de volgende gronden en de daarop gebouwde woningen:

         nieuwe verkavelingen die ten minste vijf loten bestemd voor woningbouw bevatten

         nieuwe groepswoningbouwprojecten van eengezinswoningen die ten minste vijf woongelegenheden tellen

         een project dat op zichzelf niet voldoet aan de bovenstaande voorwaarden maar dat samen met de omgevingsvergunningen die de laatste vijf jaar voor de aanvraag, vermeld in bovenstaande punten, zijn verleend voor verkavelingen of groepswoningbouw met betrekking tot percelen die aan de projectgrond grenzen, wel voldoet aan de bovenstaande voorwaarden.

 

Groepswoningbouwprojecten van appartementen zijn uitgesloten uit het toepassingsgebied van het gemeentelijk reglement omwille van de langetermijndoelstelling die het bestuur beoogt met dit reglement alsook rekening houdende met de beschikbare financiële middelen van het bestuur voor de toepassing van dit reglement.

 

De overdrachtsvoorwaarde geldt voor het volgende percentage: 40% voor ‘publieke gronden’ en 20% voor ‘private gronden’, telkens verminderd met het percentage voor de verwezenlijking van een sociaal of geconventioneerd woonaanbod.

 

Alleen de volgende kandidaat-kopers kunnen deze grond en de woning erop kopen:

         De kandidaat woonde minstens vijf jaar onafgebroken in de gemeente van het project in kwestie, en dit in de voorbije tien jaar vooraf aan de overdrachtsdatum.

         Er gelden inkomensgrenzen. Deze bedragen zijn dezelfde inkomensgrenzen als voor koopwoningen van Vlabinvest. Ze worden jaarlijks geïndexeerd.

         Wie in de aangekochte woning gaat wonen, mag op geen enkele manier een andere eigendom hebben of moet deze binnen het jaar na het verlijden van de akte van de hand doen.

         De kandidaat is ingeschreven in de bevolkingsregisters.

 

Het reglement schrijft voor welke bewijsstukken moeten bezorgd worden om te bewijzen dat de kandidaat voldoet aan deze voorwaarden.

 

Het reglement beschrijft ook de inschrijvings- en toewijzingsprocedure.

 

De gemeente Malle geeft de koper een financiële tussenkomst via grondaandelen, voor 50% van de schattingsprijs. De gemeente kan ook zelf de grond verwerven.

 

Daartegenover staan een aantal verplichtingen voor de koper:

         Als de koper de WIES-grond en/of WIES-woning overdraagt aan een derde, moet hij/zij/hun de financiële tussenkomst terugbetalen aan de gemeente. Dit wordt gebaseerd op de schattingsprijs van de grondaandelen bij overdracht.

         De koper moet de woning 20 jaar lang bewonen. Als de koper hieraan niet voldoet, moet hij een vergoeding betalen aan de WIES-gemeente.

Beraadslaging

 

Burgemeester Sanne Van Looy geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

Raadslid Alex Van Loon vraagt of de verstrenging om het voor te behouden voor de eigen gemeente destijds niet door het grondwettelijk hof werd vernietigd.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat dat niet het geval was.

 

Raadslid Alex Van Loon vraagt of er een mogelijkheid is om via een bouwverordening goedkopere woningen op te leggen aan ontwikkelaars.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat dat niet het geval is en dat men afhankelijk is van de goede wil van de projectontwikkelaar in dat geval.

 

Raadslid Kris Mintjens verwijst naar een project in Hoogstraten waar het destijds wel is gebeurd en stelt dat het hem raar lijkt dat een gemeente dat niet zou kunnen opleggen.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het een rechtsonzekere toestand blijft. Door dit reglement wordt de onzekerheid weg genomen.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt hoeveel je kan realiseren met de beschikbare 150.000 euro.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het afhankelijk zal zijn van dossier tot dossier.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat het om een viertal dossiers zal gaan waarschijnlijk.

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat de middelen die nu via de belasting op een ontwikkeling worden geïnd, ingezet worden. Het staat uiteraard elke politieke partij vrij om er meer middelen voor in te zetten.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat er commentaar zal komen wie er wel en wie er niet voor in aanmerking komt.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat hij de 20 jaar niet goed begrijpt als het grondaandeel toch altijd terug naar de gemeente komt.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het grondaandeel terug naar de gemeente komt, maar dat er een vergoeding tegenover staat.

 

Raadslid Alex Van Loon stelt dat het destijds een idee was om ook de opbrengst van de belasting op onbebouwde percelen in te zetten.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het een politieke keuze is om dit al dan niet te doen.

 

De gemeenteraad besluit bij 22 ja stemmen

 

Artikel 1 - het gemeentelijk reglement over woning in eigen streek goed te keuren:

 

Gemeentelijk reglement over wonen in eigen streek

 

Artikel 1 – Definities

 

In dit reglement wordt verstaan onder:
1° datum van inschrijving: de datum waarop de potentiële kandidaat-WIES-koper het inschrijvingsformulier met een beveiligde zending aan de gemeente Malle bezorgt
2° inschrijvingstermijn: de datum die de gemeente Malle bepaalt waarbinnen de potentiële kandidaat-WIES-koper zich kan inschrijven conform artikel 4 van dit reglement
3° landmeter-expert: de landmeter-expert die is ingeschreven op het tableau van de beoefenaars van het beroep, vermeld in artikel 3 van de wet van 11 mei 2003 tot oprichting van federale raden van landmeters-expert en op wie het koninklijk besluit van 15 december 2005 tot vaststelling van de voorschriften inzake de plichtenleer van de landmeter-expert van toepassing is
4° overdracht: de verkoop of verhuring voor meer dan negen jaar van een onroerend goed, de inbreng van een onroerend goed in een vennootschap, de vestiging of overdracht van een recht van erfpacht of opstal en elke andere eigendomsoverdracht ten bezwarende titel, met uitzondering van:
a) huwelijkscontracten en hun wijzigingen
b) contracten aangaande de mandeligheid
c) akten aangaande de fusie van rechtspersonen en de met fusie gelijkgestelde verrichtingen
d) akten, opgemaakt naar aanleiding van de overdrachten, vermeld in artikel 4.38, §4 en §5, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021
5° schattingsprijs: de raming van de waarde van de grondaandelen op basis van objectieve regels, die wordt vastgesteld in een schattingsverslag
6° schattingsverslag: het verslag van de landmeter-expert, de landcommissie of de Vlaamse Belastingdienst waarin de schattingsprijs wordt bepaald
7° WIES: wonen in eigen streek
8° WIES-gemeente: een gemeente die is opgenomen in de lijst van de gemeenten die binnen het toepassingsgebied van het decreet over wonen in eigen streek vallen en die door de Vlaamse Regering zesjaarlijks wordt vastgesteld
9° WIES-grond: de bijzondere kwalificatie van de grond die is aangewezen krachtens artikel 4, §3, derde lid van het decreet over wonen in eigen streek
10° WIES-koper: een persoon als vermeld in artikel 5 van het decreet over wonen in eigen streek
11° WIES-woning: de bijzondere kwalificatie van de woning die is aangewezen krachtens artikel 4, §3, derde lid van het decreet over wonen in eigen streek
12° WIES-lijst: lijst van potentiële kandidaat-WIES-kopers die zich hebben geregistreerd bij de gemeente Malle en als kandidaat-WIES-koper voor een WIES-project blijven gelden gedurende de periode dat de WIES-woningen of -gronden voor verkoop worden aangeboden
13° WIES-register: het register vermeld in artikel 7 van dit reglement.

14° melder: de persoon die een WIES-grond of WIES-woning wil overdragen en de WIES-gemeente daarvan op de hoogte brengt conform artikel 5, §1, eerste lid, van Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 23 juni 2023 over wonen in eigen streek

15° beveiligde zending: een van de volgende betekeningswijzen:

a) een aangetekende brief

b) een afgifte tegen ontvangstbewijs

c) een elektronische aangetekende zending

16° inschrijvingsformulier: het formulier zoals toegevoegd als bijlage 1 aan dit reglement

17° verklaring op eer: het formulier zoals toegevoegd als bijlage 2 aan dit reglement

 

Artikel 2 – Toepassingsgebied – projecten

 

§ 1 Het college van burgemeester en schepenen kan de toepassing van het decreet opnemen als voorwaarde bij omgevingsvergunningen die het voorwerp zijn van de volgende projecten:

1° een project waarvoor een omgevingsvergunning tot het verkavelen van gronden wordt aangevraagd, waarbij er minstens vijf loten bestemd voor woningbouw worden gecreëerd

2° een project waarvoor een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen wordt aangevraagd voor groepswoningbouwprojecten van eengezinswoningen die ten minste vijf woongelegenheden omvatten
3° een project dat op zichzelf niet voldoet aan de voorwaarden, vermeld in punt 1° of 2°, maar dat samen met de omgevingsvergunningen die de laatste vijf jaar voor de aanvraag, vermeld in punt 1° of 2°, zijn verleend voor verkavelingen of groepswoningbouw met betrekking tot percelen die aan de projectgrond grenzen, wel voldoet aan de voorwaarden, vermeld in punt 1° of 2°. Voor dit project worden de percentages, vermeld in paragraaf 3, berekend op het geheel van de percelen die in aanmerking worden genomen en bevat het project het aantal WIES-gronden of WIES-woningen dat voor al die percelen moet worden verwezenlijkt, in voorkomend geval onder aftrek van de WIES-woningen of WIES-gronden in de andere voor de berekening in aanmerking komende omgevingsvergunningen.

Het project, vermeld in het eerste lid, 3°, omvat het project waarvoor een omgevingsvergunning tot het verkavelen van gronden of een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen wordt aangevraagd:
1° door dezelfde natuurlijke persoon of rechtspersoon, of door een verbonden natuurlijke persoon als vermeld in artikel 1:20, 2°, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen
2° door een met een onderneming verbonden of geassocieerde vennootschap als vermeld in artikel 1:20 en 1:21 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

 

De bijzondere voorwaarden, vermeld in het eerste lid, zijn slechts van toepassing op de projecten, vermeld in het eerste en tweede lid, in zoverre de omgevingsvergunning tot het verkavelen van gronden of een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen wordt aangevraagd, nadat dit gemeentelijk reglement in werking is getreden.

§ 2 In afwijking van paragraaf 1 zijn de projecten, zoals opgenomen in artikel 4 §2 van het decreet over wonen in eigen streek, niet onderworpen aan de bijzondere voorwaarden.
 

§ 3 Het college van burgemeester en schepenen kan overdrachtsvoorwaarden opleggen op de projecten zoals vermeld in paragraaf 1, die niet zijn uitgesloten met toepassing van paragraaf 2, voor:
1° 40% van het aantal te verwezenlijken woningen of kavels bestemd voor woningbouw, verminderd met het percentage voor de verwezenlijking van een sociaal woonaanbod of geconventioneerde huurwoningen, voor gronden die eigendom zijn van de entiteiten, vermeld in artikel I.3 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018
2° 20% van het aantal te verwezenlijken woningen of kavels bestemd voor woningbouw, verminderd met het percentage voor de verwezenlijking van een sociaal woonaanbod of geconventioneerde huurwoningen, voor die gronden die eigendom zijn van andere natuurlijke personen of rechtspersonen dan deze vermeld in artikel I.3 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
 

§ 4 Het college van burgemeester en schepenen houdt bij de beslissing om overdrachtsvoorwaarden op te leggen aan de projecten, vermeld in dit artikel, rekening met de volgende criteria:

1° de financiële draagkracht van de gemeente die wordt bepaald door de ontvangsten van gemeente Malle als gevolg van de toepassing van het belastingreglement op de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden of voor stedenbouwkundige handelingen in het kader van projecten van meergezinswoningen, woonerven of groepswoningbouw tot op de datum van de omgevingsvergunning waarop het decreet en dit reglement van toepassing worden verklaard door de vergunningverlenende overheid

2° het type woningen, waarbij het de voorkeur geniet om het beschikbare krediet aan te wenden voor een percentage van het grondaandeel voor eengezinswoningen (in verkavelingen of woonerven) en hiermee die personen te ondersteunen die de intentie hebben om zich voor lange tijd in Malle te vestigen.


De aanvrager van de omgevingsvergunning, vermeld in paragraaf 1, vermeldt in zijn aanvraag welke gronden of woningen worden voorzien om te voldoen aan het percentage bepaald in § 3. De gronden en woningen die zijn aangewezen, zijn de WIES-gronden en de WIES-woningen.

 

Artikel 3 – Toepassingsgebied – personen

 

§ 1 De WIES-gronden en de WIES-woningen kunnen alleen worden overgedragen aan personen die voldoen aan al de volgende voorwaarden:
1° de persoon is tijdens een periode van twintig jaar vóór de datum van de overdracht ten minste tien jaar onafgebroken ingeschreven in de bevolkingsregisters, vermeld in artikel 1, §1, eerste lid, 1°, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten, van de gemeente Malle
2° de persoon voldoet aan de voorwaarden over het onroerend bezit en inkomen die blijk geven van een minder kapitaalkrachtige situatie zoals bepaald in hoofdstuk 4 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 23 juni 2023 over wonen in eigen streek
3° de persoon is ingeschreven in de bevolkingsregisters, vermeld in artikel 1, §1, eerste lid, 1°, van de voormelde wet.

Echtgenoten, wettelijk of feitelijk samenwonenden van de persoon aan wie een WIES-grond of WIES-woning wordt overgedragen en die de WIES-woning of de woning op de WIES-grond mee gaan bewonen, voldoen ook aan de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, 2° en 3°.

 

§ 2 De overdrachtsvoorwaarden zijn niet van toepassing in de gevallen zoals opgenomen in artikel 6 van het decreet over wonen in eigen streek.

 

Artikel 4 – Inschrijving en toewijzing

 

§ 1 In geval van een project waarop het college van burgemeester en schepenen het WIES-reglement van toepassing heeft gemaakt, stelt de gemeente een lijst op van de kandidaat-kopers die voldoen aan de overdrachtsvoorwaarden, vermeld in artikel 3 van dit reglement.

 

§ 2 De gemeente Malle maakte de intentie om een WIES-woning of WIES-grond over te dragen minstens veertien dagen voor de start van de inschrijvingstermijn bekend op de gemeentelijke website.

 

De inschrijvingstermijn bedraagt 30 dagen vanaf de start van de inschrijvingstermijn. Behoudens daarvan wordt afgeweken, gaat de inschrijvingstermijn in op de vijftiende dag na voormelde bekendmaking, vermeld in het eerste lid van §2, op de gemeentelijke website.

 

Bij de bekendmaking, vermeld in het eerste lid van §2, wordt minstens de volgende informatie gevoegd:

1° de informatie over de WIES-grond of WIES-woning, zijnde:

  1. de ligging en een gedetailleerde beschrijving
  2. het lot- en kadasternummer
  3. de oppervlakte
  4. het stedenbouwkundige uittreksel of de stedenbouwkundige inlichtingen en de geldende bodemattesten;  
  5. in voorkomend geval, het verdelingsplan of de basisakte
  6. in voorkomend geval, het lastenboek
  7. de beoogde vorm van overdracht
  8. de verkoopprijs of de financiële voorwaarde waaronder de WIES-grond of WIES-woning zou worden overgedragen

2° in voorkomend geval, het bedrag van de financiële tussenkomst
3° de start en het einde van de inschrijvingstermijn
4° informatie over de wijze van inschrijving
5° het inschrijvingsformulier en de verklaring op eer.

 

§ 3 De inschrijvings- en toewijzingsprocedure wordt als volgt bepaald:

1° De potentiële kandidaat-WIES-koper bezorgt uiterlijk binnen de vermelde inschrijvingstermijn onder § 2 (d.i.  binnen de 30 dagen vanaf de start van de inschrijvingstermijn) zijn kandidatuur middels het inschrijvingsformulier met bijlagen met een beveiligde zending aan de gemeente Malle.

Het inschrijvingsformulier bevat de volgende bijlagen:

  1. bewijsstukken waaruit blijkt dat de potentiële kandidaat-WIES-koper voldoet aan de voorwaarden zoals vermeld in artikel 3 van dit reglement. Minstens worden volgende bewijsstukken gevoegd:
    1. een bewijs van woonst van de potentiële kandidaat-WIES-koper, dat niet ouder is dan één maand
    2. een attest van de gezinssamenstelling van de potentiële kandidaat-WIES-koper, dat niet ouder is dan één maand
    3. een uittreksel van het kadaster toe waaruit blijkt dat de potentiële kandidaat-WIES-koper over geen andere onroerende goederen of eigendommen beschikt
    4. de loonfiches van de laatste zes maanden van de potentiële kandidaat-WIES-koper en kopie van het laatst ontvangen aanslagbiljet in de personenbelasting van de potentiële kandidaat-WIES-koper
  2. een verklaring op eer waarin de potentiële kandidaat-WIES-koper verklaart dat hij/zij voldoet aan de voorwaarden zoals vermeld in artikel 3 van dit reglement en dat alle informatie te goeder trouw en naar waarheid werd verstrekt.

De kandidatuurstelling voor de toewijzing van een WIES-grond of WIES-woning impliceert de voorafgaandelijke en onvoorwaardelijke goedkeuring van de kandidaat met de bijzondere overdrachtsvoorwaarden, vermeld in artikel 3.

2° De gemeente Malle bezorgt de potentiële kandidaat-WIES-koper binnen veertien dagen na de dag waarop ze het voormelde inschrijvingsformulier heeft ontvangen, een ontvangstmelding met een beveiligde zending.

3° Binnen veertien dagen na de dag waarop de ontvangstmelding is verstuurd, beoordeelt de gemeente Malle de volledigheid van de inschrijving. Als de inschrijving onvolledig of niet ondertekend is door de potentiële kandidaat-WIES-koper, meldt de gemeente Malle met een beveiligde zending aan de potentiële kandidaat-WIES-koper binnen veertien dagen na de dag waarop de ontvangstmelding is verstuurd, welke stukken of elementen ontbreken. De potentiële kandidaat-WIES-koper bezorgt de gemeente Malle binnen veertien dagen na de dag waarop hij de voormelde melding dat de inschrijving onvolledig is of niet ondertekend is, ontvangen heeft, de ontbrekende stukken of elementen, of hij ondertekent de inschrijving.

4° De gemeente Malle beoordeelt uiterlijk binnen zestig dagen nadat de inschrijvingstermijn is verstreken, of de potentiële kandidaat-WIES-koper voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 3 van dit reglement.

5° Als de gemeente Malle oordeelt dat de potentiële kandidaat-WIES-koper voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 3 van dit reglement, wordt hij als kandidaat-WIES-koper ingeschreven op de lijst van kandidaat-WIES-kopers, vermeld in artikel 7, §1, van het voormelde decreet, volgens de datum van de inschrijving.

6° Als de datum van de inschrijving dezelfde is, krijgt de kandidaat-WIES-koper die het langst is ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Malle voorrang. Als meerdere kandidaat-WIES-kopers de WIES-woning of WIES-grond samen willen aankopen, volstaat het dat één van hen het langst is ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Malle.

7° De kandidaat-WIES-koper wordt met een beveiligde zending op de hoogte gebracht van zijn rang op de lijst van kandidaat-WIES-kopers, vermeld in artikel 7, §1, van het decreet over wonen in eigen streek.

8° Als de WIES-gemeente oordeelt dat de potentiële kandidaat-WIES-koper niet voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 3 van dit reglement, deelt hij de voorwaarden die niet vervuld zijn, met een beveiligde zending mee aan de potentiële kandidaat-WIES-koper.

9° Binnen dertig dagen vanaf de derde werkdag die volgt op de datum van de beveiligde zending met de kennisgeving, vermeld in het eerste lid, kan de potentiële kandidaat-WIES-koper een gemotiveerd administratief beroep instellen via een beveiligde zending gericht aan het college van burgemeester en schepenen.

10° Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak over het beroep, vermeld in het tweede lid, binnen dertig dagen na de derde werkdag die volgt op de datum van de beveiligde zending waarbij het voormelde administratief beroep aan de gemeente Malle is meegedeeld.

11° De gemeente Malle schrapt de inschrijvingsdossiers na de termijn van negen maanden, vermeld in artikel 7, §9, vierde lid, van het decreet van 23 juni 2023.

12° Als de inschrijvingen die ontvangen zijn binnen de gekozen inschrijvingstermijn, behandeld zijn, wijst het college van burgemeester en schepenen uit de lijst van kandidaat-WIES-kopers, vermeld in artikel 7, §1, van het decreet over wonen in eigen streek kandidaat-WIES-koper aan die het eerst is ingeschreven conform artikel 7, §9, derde lid, van het voormelde decreet. De aangewezen kandidaat-WIES-koper en de melder worden met een beveiligde zending op de hoogte gebracht.

Als er geen overeenkomst met de aangewezen kandidaat-WIES-koper wordt gesloten en de termijn van negen maanden, vermeld in artikel 7, §9, vierde lid, van het voormelde decreet, nog niet verstreken is, wijst het college van burgemeester en schepenen een volgende kandidaat-WIES-koper aan in de volgorde van de datum van inschrijving op de lijst van kandidaat-WIES-kopers, vermeld in artikel 7, §1, van het voormelde decreet.

13° Bij de overdracht van een WIES-grond of WIES-woning, neemt de instrumenterende ambtenaar in alle onderhandse en authentieke akte de volgende elementen op:

         een verwijzing naar het decreet;

         een verwijzing naar artikel 3, dat volledig wordt geciteerd;

         een verwijzing naar dit gemeentelijk reglement

         een verwijzing naar de omgevingsvergunning op basis waarvan een grond of woning de kwalificatie van WIES-grond of WIES-woning krijgt.

 

§4 Voor de toepassing van paragraaf 3 worden persoonsgegevens als vermeld in artikel 7 §4 van het decreet over wonen in eigen streek verwerkt.

 

Artikel 5 – Financiering

 

De gemeente Malle verleent als WIES-gemeente een financiële tussenkomst ten voordele van de WIES-koper gebaseerd op de schattingsprijs van de grondaandelen die de WIES-koper in eigendom verwerft, of verwerft de grondaandelen zelf. In geval van een financiële tussenkomst bedraagt deze 50% van de schattingsprijs van de grondaandelen.

 

Het engagement van de gemeente Malle om een financiële tussenkomst te verlenen, wordt voor wat betreft de WIES-grond slechts uitgevoerd na het bekomen van een definitieve en uitvoerbare omgevingsvergunning voor een project zoals vermeld in artikel 2 § 1 van dit reglement.


De gemeente Malle betaalt het bedrag van de financiële tussenkomst, vermeld in het eerste lid, op een geblokkeerde rekening bij de instrumenterende ambtenaar die de WIES-koper bepaalt. Het bedrag wordt vrijgegeven ten voordele van de verkoper na het verlijden van de akte en maakt deel uit van de aankoopprijs die de WIES-koper betaalt.

Het bedrag van de financiële tussenkomst, vermeld in het eerste lid, wordt door de instrumenterende ambtenaar opgenomen in de te verlijden akte, evenals de vermelding dat dit bedrag van de financiële tussenkomst overeenkomstig artikel 11 van het decreet over wonen in eigen streek moet worden terugbetaald op het moment van een overgang bij leven of overlijden, met uitzondering van het geval, vermeld in artikel 11, §2 van het voormelde decreet.

 

Artikel 6 – Vervroegde terugbetaling

 

Als de WIES-koper het bedrag van de financiële tussenkomst vervroegd wil terugbetalen, verloopt de procedure als volgt:

1° Hij brengt hij de gemeente Malle, die de financiële tussenkomst verstrekt heeft, met een beveiligde zending op de hoogte;

2° Binnen zestig dagen na de kennisgeving, vermeld in het eerste lid, wijst de gemeente Malle een landmeter-expert, de landcommissie of de Vlaamse Belastingdienst aan om een schattingsverslag van de grondaandelen op te stellen, tenzij het schattingsverslag op basis waarvan de financiële tussenkomst is verleend, is opgemaakt minder dan zes maanden vóór de kennisgeving, vermeld in het eerste lid.

3° De gemeente Malle draagt de kosten voor de opmaak van het schattingsverslag, vermeld in het tweede lid.

4° De gemeente Malle bezorgt het schattingsverslag, vermeld in het tweede lid, met een beveiligde zending aan de WIES-koper en vermeldt daarbij het bedrag dat moet worden terugbetaald.

5° Binnen zestig dagen vanaf de derde werkdag die volgt op de datum van de beveiligde zending, vermeld in het vierde lid, betaalt de WIES-koper het bedrag, vermeld in het vierde lid, terug op een rekening die de gemeente Malle aanwijst.

6° De gemeente Malle registreert de vervroegde terugbetaling van de financiële tussenkomst in het WIES-register.

 

Artikel 7 – Bewoningsvoorwaarden

 

De WIES-koper bewoont de WIES-woning die is aangekocht met toepassing van het decreet over wonen in eigen streek, binnen één jaar vanaf de datum waarop de akte is verleden. De voormelde termijn wordt geschorst als de woning nog moet worden gebouwd tot op het ogenblik dat de woning definitief wordt opgeleverd.

Als de WIES-koper een WIES-grond heeft aangekocht of een ander zakelijk recht verworven heeft op de WIES-grond met toepassing van dit decreet, wordt op die grond een woning gerealiseerd die de WIES-koper bewoont binnen vijf jaar vanaf de datum waarop de akte is verleden.

 

Als de WIES-koper de WIES-grond of WIES-woning niet gedurende twintig jaar zelf bewoont, of de voorwaarden, vermeld in het eerste of tweede lid, niet naleeft, betaalt de WIES-koper de WIES-gemeente een vergoeding, zoals door de Vlaamse Regering bepaalt volgens artikel 11 §1 van het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 23 juni 2023 over wonen in eigen streek.

 

Artikel 8 – WIES-register

 

De gemeente Malle houdt een WIES-register bij waarin de volgende gegevens zijn opgenomen:
1° WIES-woningen en WIES-gronden met een verwijzing naar de omgevingsvergunning op basis waarvan een grond of woning de kwalificatie van WIES-grond of WIES-woning krijgt
2° in voorkomend geval, de verleende financiële tussenkomsten
3° in voorkomend geval, de terugbetaling van de financiële tussenkomsten
4° in voorkomend geval, de vervroegde terugbetalingen van de financiële tussenkomsten
5° de meldingen vermeld in artikel 5 van het Besluit van de Vlaamse Regering over wonen in eigen streek.

 

Artikel 9 – Inwerkingtreding en bekendmaking

 

§ 1 Het reglement treedt in werking op 1 april 2024.

 

§ 2 Het reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en artikel 287 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

 

Bijlage 1 – Inschrijvingsformulier

 

Ondergetekende stelt zich hierbij kandidaat voor de aankoop van een WIES-grond / WIES-woning (schrappen wat niet past) te Malle.

 

De inschrijvingstermijn voor de WIES-grond / WIES-woning (schrappen wat niet past) start op ……………………… en eindigt op ……………………… waarna de toewijzing gebeurt op basis van het gemeentelijk reglement over woning in eigen streek dat werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 maart 2024.

 

Ondergetekende is op de hoogte van de voorwaarden en de verplichtingen die zijn opgenomen in voornoemd gemeentelijk reglement voor de verkoop van WIES-gronden en WIES-woningen in de gemeente Malle.

 

Inlichtingen met betrekking tot de potentiële kandidaat-WIES-koper:

 

1) Potentiële kandidaat-WIES-koper

Naam en voornaam: ……………………………………………………………………………………………………

Adres: …………………………………………………………………………………………………………………………

Geboortedatum: …………………………………………………………………………………………………………

Geboorteplaats: …………………………………………………………………………………………………………

Rijksregisternummer: …………………………………………………………………………………………………

 

Vul onderstaande gegevens (2) enkel in als je de WIES-woning of woning op de WIES-grond samen met je echtgeno(o)t(e) / samenwonende partner / feitelijk samenwonende partner gaat bewonen.

 

2) Echtgeno(o)t(e)/ wettelijk samenwonende partner / feitelijk samenwonende partner

Naam en voornaam: ……………………………………………………………………………………………………

Adres: …………………………………………………………………………………………………………………………

Geboortedatum: …………………………………………………………………………………………………………

Geboorteplaats: …………………………………………………………………………………………………………

Rijksregisternummer: …………………………………………………………………………………………………

 

Een bewijs van woonst en een attest van de gezinssamenstelling van de potentiële kandidaat-WIES-koper, die niet ouder mogen zijn dan één maand, worden bij dit inschrijvingsformulier gevoegd. De potentiële-kandidaat-WIES-koper vraagt deze zelf op via Mijn Burgerprofiel.

 

De potentiële kandidaat-WIES-koper voegt ook een uittreksel van het kadaster toe waaruit blijkt dat de potentiële kandidaat-WIES-koper over geen andere onroerende goederen of eigendommen beschikt. De potentiële-kandidaat-WIES-koper vraagt dit uittreksel zelf op via www.myminfin.be.

 

De potentiële kandidaat-WIES-koper voegt tot slot loonfiches toe van de laatste zes maanden en van het laatst ontvangen aanslagbiljet in de personenbelasting.

 

De potentiële kandidaat-WIES-koper voegt, voor zover nodig, bijkomende stavingstukken aangaande de beoordelingscriteria.

 

Opgemaakt te …………………………………………… op ……………………………………………

 

Handtekening potentiële kandidaat-WIES-koper

 

Handtekening echtgenoot/samenwonende partner

 

 

Bijlage 2 – Verklaring op eer

 

De potentiële kandidaat-WIES-koper verklaart op eer dat zij voldoen aan de beoordelingscriteria opgenomen in het gemeentelijk reglement over wonen in eigen streek dat werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 maart 2024.

 

De potentiële kandidaat-WIES-koper verklaart op eer dat zij geen onroerende goederen bezit gelegen in het buitenland.

 

De kandidaat-koper verklaart op eer dat het inschrijvingsformulier te goeder trouw en naar waarheid werd ingevuld.

 

Opgemaakt te …………………………………………… op ……………………………………………

 

Handtekening potentiële kandidaat-WIES-koper

 

Handtekening echtgenoot/samenwonende partner

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Lokaal Energie- en Klimaatpact - rapportering 2023 - kennisneming

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Op 30 september 2021 keurde de gemeenteraad het afsluiten van het Lokaal Energie- en Klimaatpact met de Vlaamse overheid goed.

 

Op 28 oktober 2021 keurde de gemeenteraad het gemeentelijk Klimaatactieplan goed, dat werd opgesteld in het kader van het Burgemeestersconvenant.

 

Door ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact engageert het lokaal bestuur zich om in eerste instantie het Burgemeestersconvenant 2030 te ondertekenen en uit te werken.

 

Verder engageren de lokale besturen zich om een gemiddelde jaarlijkse primaire energiebesparing van minstens 2,09% in hun gebouwen te realiseren (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed) en om de CO2-uitstoot van hun eigen gebouwen en technische infrastructuur met 40% te reduceren in 2030 ten opzichte van 2015. De opmaak van een vastgoedstrategie geldt hierbij als een goede eerste stap om investeringen in te plannen.

 

Daarnaast engageert elke stad of gemeente zich tot de volledige toepassing van led-technologie in de openbare verlichting tegen 2030 alsook de opmaak van lokale warmte- en sloopbeleidsplannen. Ook wordt er ingezet op het verhogen van het draagvlak voor hernieuwbare energie, waaronder het engagement om geen heffing op hernieuwbare energie-installaties in te voeren en bestaande, zoals de heffing op pylonen van windmolens, af te bouwen.

 

Tot slot engageert elke stad of gemeente zich om burgers, bedrijven en verenigingen te stimuleren om samen de concrete en zichtbare streefdoelen uit de 4 werven te behalen. Samenwerking tussen gemeenten wordt aangemoedigd zodat de impact van lokale initiatieven vergroot wordt. Het bereiken van deze streefdoelen draagt ook bij tot het bereiken van de globale doelstelling zoals vooropgesteld in het Burgemeestersconvenant 2030.

 

Malle moet jaarlijks minstens 107.816 euro besteden aan acties die kaderen in het Lokaal Energie- en Klimaatpact. De cofinanciering vanuit Vlaanderen bedraagt 50 %, zijnde 53.908 euro. Deze bedragen kunnen jaarlijks licht wijzigen naargelang het aantal aangesloten steden en gemeenten.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikels 40 en 41

 

Besluit van de Vlaamse regering van 4 juni 2021 tot toekenning van een subsidie aan de Vlaamse gemeenten voor klimaatacties ter uitvoering van het Lokaal Energie- en Klimaatpact

 

Motivering

 

Het Lokaal Energie- en Klimaatpact schrijft voor dat steden en gemeenten jaarlijkse inhoudelijk rapporteren aan het Agentschap Binnenlands Bestuur met betrekking tot de voortgang inzake het bereiken van de doelstellingen. De gemeenteraad moet kennis nemen van deze rapportering. Het besluit van de gemeenteraad moet voor 1 mei 2024 samen met de rapportering worden overgemaakt. Het is dan ook aangewezen om de rapportage reeds voor te leggen aan de gemeenteraad van 28 maart 2024.

Beraadslaging

 

Schepen Wouter Patho geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt wat sceptisch te staan ten opzichte van het klimaatpact. Er wordt weinig van landbouw gezegd.

 

Schepen Wouter Patho stelt dat het belangrijk is om als lokaal bestuur een aantal zaken na te streven. Landbouwers zijn een belangrijke partner.

 

Raadslid Alex Van Loon vraagt naar de opstart van de samenwerking met Zonnewind.

 

Schepen Wouter Patho stelt dat Zonnewind zich in eerste instantie gaat richten tot het bedrijventerrein.

 

De gemeenteraad besluit

 

Artikel 1 - kennis te nemen van de rapportering 2023 in het kader van het Lokaal Energie- en Klimaatpact.

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Vragen en mededelingen

 

         Raadslid Alain De Laet stelt dat in de vervoerregioraad de wijziging van een hoppinpunt in Malle werd besproken. Hij vraagt of dit gaat over het hoppinpunt aan 'de wissel'. Schepen Dirk Gerinckx stelt dat het gaat over het hoppinpunt aan Schepersdijk. Het gaat over de wijziging van lokaal naar regionaal hoppinpunt waardoor er meer subsidies verkregen kunnen worden.

         Raadslid Alain De Laet stelt dat er een arrest is toegekomen met betrekking tot de juridische procedure met betrekking tot de Mostheuvellaan. Hij vraagt wat duiding bij het arrest. Er wordt ook cassatieadvies gevraagd. Raadslid Alain De Laet vraagt zich af of het niet beter is om eens terug aan de tafel te gaan zitten met de bewoners. Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat er op 16 april een gesprek voorzien is en stelt er volgende gemeenteraad op terug te zullen komen.

         Raadslid Alain De Laet verwijst naar de put in de weg in zijn straat. Het is nu al maanden zo. Hij vraagt hoe het een en ander planmatig wordt ingepland. Schepen Yannis Leirs licht toe dat op 19 februari een melding bij Pidpa is gemaakt nadat de gemeente ter plaatste was geweest. Er werd een camera inspectie gedaan. Er zit een fit in de riolering. De aannemer van Pidpa moet het probleem oplossen. Die werkt volgens een prioriteitenlijst. In afwachting van de oplossing van Pidpa werd de put door de gemeente gevuld, aldus schepen Yannis Leirs. Raadslid Alain De Laet stelt dat het al van voor 19 februari was. Hoe lang gaat het nu nog duren bij Pidpa? Zou het niet zinvol zijn om de bewoners te informeren. Schepen Yannis Leirs licht toe dat het terecht is dat de bewoners geïnformeerd moeten worden.

         Raadslid Tom Lauryssen licht toe dat er al een tijdje paaltjes staan aan de Kapelakkers.

         Raadslid Tom Lauryssen vraagt hoe men het probleem met het water aan het fietspad aan de BMW heeft opgelost. Schepen Yannis Leirs licht toe dat men een straatkolk heeft gemaakt en het water in de riolering gaat.

         Raadslid Gert Peeters licht toe dat er een vrachtwagen regelmatig gevaarlijk achteruit in 't Schildeken rijdt. Schepen Dirk Gerinckx licht toe dat het gesignaleerd werd en er contact wordt opgenomen.

         Raadslid Tom Lauryssen stelt dat er pasfoto's in het gemeentehuis gemaakt kunnen worden, maar dat er een bedrag voor aangerekend wordt en in omliggende gemeenten niet. Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat er niets voor aangerekend wordt.

         Raadslid Tom Lauryssen vraagt aandacht voor de staat van de verkeersborden. Schepen Yannis Leirs licht toe dat er een plan is om systematisch verkeersborden te reinigen en vervangen.

         Raadslid Tom Lauryssen licht toe dat de paaltjes in de Dorpsweg zijn weg gehaald. Hij vraagt of die vervangen worden want dat is nu een gat.

         Raadslid Paul Van Ham stelt dat er achteraan in de Steenovenstraat een pomp 24 op 24 uren aan het draaien is.

         Raadslid Kris Mintjens stelt heel kwaad te zijn geweest op de burgemeester, maar dat hij ondertussen gekalmeerd is. Bij de overdracht van de aandelen van het kasteel in Westmalle werd iedereen bewierookt behalve Oost West, Progressief Malle en Vlaams Belang, terwijl deze partijen voor de aankoop hadden gestemd. Er zaten mensen op de eerste rij die tegen hebben gestemd.

         Raadslid Kris Mintjens stelt dat bij de opening van het kasteel er een geweldige sfeer heerste. De medewerkers en vrijwilligers hebben geweldig werk geleverd.

         Raadslid Kris Mintjens stelt dat aan het dak van het gemeentehuis enkele leien ontbreken en dat de houten rastering zichtbaar is.

         Schepen Yannis Leirs licht toe dat de onbekende boom in de Slachterijstraat reeds gerooid was, enkel de stronk was er nog.

         Raadslid Tom Lauryssen stelt dat als er zaken die uitgeleend worden stuk gaan door slijtage, dan moet enkel de laatste betalen. Hij vraagt om dit recht te zetten. Schepen Yannis Leirs stelt dat gebruiksslijtage niet wordt aangerekend, vandalisme wel.

         Raadslid Tom Lauryssen vraagt aandacht voor de staat van de banken.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Interpellatie over het militair vliegveld

 

Raadslid Tom Lauryssen licht onderhavig punt toe:

"Reeds eerder stelde ik de vraag over het verwijderen van afvalstoffen bij de ontharding van het militair vliegveld in Malle. Bij opzoekwerk zijn er toch wel wat artikels terug te vinden waarin te lezen staat dat defensie zulke terreinen weer verkoopt wegens verontreinigingen."

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt volgende vragen:

         "Is er hier al meer over geweten?

         Zo ja, over welke verontreiniging spreekt men?

         Had men weet van deze verontreiniging bij de verkoop?

         Hoe worden deze vernield en/of afgevoerd?"

 

Schepen Wouter Patho geeft een antwoord. Volgende elementen komen onder andere aan bod:

         Het Agentschap Natuur en Bos heeft twee weken geleden een stand van zaken gegeven.

         Er is een omgevingsvergunning waarin staat op welke manier de sloopwerken moeten gebeuren en hoe er met eventuele vervuiling moet worden omgegaan.

         De verontreiniging valt goed mee. Er is geen bodemverontreiniging. Asbest is er wel in de gebouwen terug te vinden.

 

Raadslid Eddy Krijnen vraagt of er mensen van de NAVO bij op de vergadering waren. De NAVO zou gezegd hebben dat het vliegveld intact moet blijven en terug hersteld zou moeten worden.

 

Schepen Dirk Gerinckx licht toe dat er drie soortgelijke vliegvelden waren als in Malle. Nu zijn er nog twee, maar de privé vliegvelden kunnen ook gebruikt worden.

 

Schepen Wouter Patho licht toe dat de NAVO er eigenlijk niets meer mee te maken heeft. Defensie is geen eigenaar meer.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2024
Overzicht punten

GR van 28 maart 2024

 

Interpellatie over het problematische nachtleven in het centrum van Westmalle

 

Raadslid Paul Van Ham licht onderhavig punt toe:

"Burgemeester,

Wederom een paar vragen over het problematische nachtleven in het centrum van Westmalle.

De laatste weken worden we weer voortdurend gecontacteerd door radeloze buurtbewoners, met

als hoogtepunt een paar filmpjes van zondagmorgen 10/03 om 5h ‘s morgens (zie bijlage).

Ze spreken voor zich.

Niettegenstaande verschillende interpellaties vanuit de oppositie, talloze e-mails, telefoons van de

getroffen omwonenden en verschillende krantenartikelen sinds 2021, blijven de problemen zich voor

doen. En ze worden jammer genoeg week na week weer groter.

Om moedeloos van te worden.

De buurt voelt zich nog steeds niet gehoord. En al zeker niet als ze via facebook mogen lezen:

“Sanne Van Looy in gesprek over hangjongeren.

Wat een naam ook. Want er hangen minstens evenveel hangouderen rond op onze bankjes. Wij

werken aan een positief verhaal door ons dorp levendig maar leefbaar te houden”

 

Ik vond het dan ook onvoorstelbaar dat ik bij een onlangs verleende vergunning mocht lezen:

“Het ingekomen bezwaar kan als volgt worden samengevat:

De bezwaarindieners vrezen voor zware geluidsoverlast …. Zij zijn van mening dat de feestvierenden

bij een dergelijke bezetting een uitweg naar de tuin en de straat zullen zoeken, wat overlast

veroorzaakt voor de omwonenden. Ze verwijzen daarbij naar de overlast in het verleden door de

bezoekers van ‘Hofke’ en ‘The Missing Link’ en zijn van mening dat hieruit lessen moeten getrokken

worden.

Het college neemt omtrent het bezwaarschrift volgend standpunt in:

….. Het gedrag van de bezoekers is geen stedenbouwkundig aspect en valt onder het aspect van

ordehandhaving. Het bezwaar wordt niet weerhouden.”

Inderdaad Burgemeester, het problematische nachtleven valt onder het aspect van ordehandhaving

en hebben we tijdens vorige interpellaties duidelijk proberen maken.

U bent hoofd van de bestuurlijke politie en verantwoordelijk voor de veiligheid op het grondgebied

van de gemeente. (VVSG/kennisitem - Art. 135 §2 NGW - De rechtsgrond voor jou als burgemeester

om een actueel probleem aan te pakken dat niet op basis van de gemeentelijk politieverordening

gevat kan worden)

Wij willen opnieuw aandringen om onmiddellijk actie te ondernemen om de buurt opnieuw leefbaar

te maken."

 

Raadslid Paul Van Ham stelt volgende vragen en suggesties:

         "Erkent u, burgemeester, dat er een probleem is in het centrum van Westmalle?

         Zo ja, hoe ziet u als burgemeester uw decretale opdracht van ordehandhaving?

         Waarom geen afkoelingsperiode (1 of 2 maanden) via een tijdelijk plaatsverbod voor het Zwanenstraatje, Schaggelenweg, …?

         Waarom kan de handhaving niet opgevoerd worden? (anoniem, preventieve controles, ..)

         Waarom kunnen er geen camera’s geplaatst worden?

         Kan er niet wat meer verlichting voorzien worden in de buurt? (om 23h doven veel lichtpunten)"

 

Burgemeester Sanne Van Looy geeft een antwoord. Volgende elementen komen onder andere aan bod:

         Het uitgaansleven beroert iedereen. Het is één van de grootste zorgen als burgemeester.

         Het gesprek moet blijvend aangegaan worden.

         Levendig maar leefbaar is het motto.

         In een stedenbouwkundige vergunning wordt een stedenbouwkundige beoordeling gemaakt. Een vergunning weigeren voor een eventueel probleem, doet de gemeente niet.

         Er is een enorme inzet vanuit de politie.

         Er zijn onverwachte geluidsmetingen, er is een weekendploeg, er zijn extra vuilbakken, er is extra verlichting (al vragen sommige bewoners minder verlichting omdat het een aanzuigpool zou zijn), er zijn extra politieploegen (soms in burger), er wordt met een lidkaartensysteem in The Missing Link gewerkt, er is een communicatiecampagne gevoerd, het hamburgerkraam is weg, er is gratis sanitair opgelegd, er is het alcoholverbod enzovoort.

         De burgemeester is hoofd van de bestuurlijke politie, dat gaat voornamelijk over het preventieve luik. De burgemeester is geen hoofd van de operationele politie.

         In het kader van de bevoegdheden met betrekking tot bestuurlijke politie is er het voornemen geweest om een sluiting op te leggen.

         Een plaatsverbod kan tegen een specifieke dader voor maximaal één maand en maximaal twee keer verlengbaar. Als er iemand gevat wordt, zal niet nagelaten worden om een plaatsverbod te beslissen.

         Voor camera's is krediet voorzien. Het camerabeleid wordt uitgewerkt, er worden samenwerkingsovereenkomsten uitgewerkt. Dit is nodig vooraleer van start te kunnen gaan.

         De gemeente doet wat ze kan.

         Alle ideeën zijn bespreekbaar.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat het probleem er nog altijd is. Een versterkt toezicht gedurende twee maanden is essentieel. Raadslid Paul Van Ham vraagt om hierover in overleg te gaan met de politie en de andere burgemeesters van de zone.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat er acties zijn gepland. Handhaving wordt opgedreven.

 

Raadslid Paul Van Ham verwijst naar problemen in Schilde aan Briard. Daar werd sterk op gewerkt en het probleem is nu opgelost. Raadslid Paul Van Ham vraagt om controles op het moment dat de bus stopt. Controleer iedereen die eraf stapt.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat er enkele jaren geleden een bloeiend uitgaansleven in Malle was. Nu is er bijna niets meer. Alles wordt nu gefixeerd op één punt. Hij vraagt of er niet meer gespreid kan worden. Daar moet de gemeente ook in investeren. Geef meer mogelijkheden om uit te gaan, aldus raadslid Tom Lauryssen.

 

Burgemeester Sanne Van Looy bevestigt dat er in veel omliggende gemeenten geen uitgaansvriendelijk beleid wordt gevoerd en dat het haar eveneens frustreert.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat het investeren in jeugdhuizen, ze vernieuwen, kan helpen.

 

Raadslid Eddy Krijnen vraagt wat de boete voor wildplassen is.

 

Burgemeester Sanne Van Looy antwoordt dat deze maximaal 375 euro is.

 

Raadslid Eddy Krijnen stelt dat er veel gepatrouilleerd wordt, maar meestal maar met twee. Die twee gaan niet tussen een massa van 30 personen staan.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat er uiteraard ondersteuning is wanneer dit nodig blijkt.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt vanaf wanneer je hangouder bent.

 

Schepen Elisabeth Joris stelt dat hangen als iets negatiefs gepercipieerd wordt, wat het eigenlijk niet is.

 

Raadslid Paul Van Ham verwijst naar de problematiek met bommetjes. Als je hoort wat die bommetjes betekenen, dan is handhaving zeker zo belangrijk. Een bommetje staat voor de plaats waar er substanties gedeald worden.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat er eind september wetgeving in voege gaat waarbij er een verbod is op pyrotechnisch materiaal. Er zal nog een besluit volgen in Malle tot de nieuwe wetgeving er is zodat het verbod in Malle er ook nog tot eind september is.

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht nog toe dat er op 10 april een vergadering is met een delegatie van de buurtbewoners.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat best heel de buurt wordt uitgenodigd.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2024