Gemeenteraad

Donderdag 2 maart 2023

 

Aanwezig

 

Voorzitter:

Jolien Vrints

Burgemeester:

Sanne Van Looy

Schepenen:

Dirk Gerinckx, Elisabeth Joris, Dries Van Dyck, Yannis Leirs, Wouter Patho

Raadsleden:

Katleen Mintjens, Alain De Laet, Alexander Van Loon, Ingrid Vrints, Paul Van Ham, Kim Geys, Mieke Vermeyen, Peter Lacante, Kris Mintjens, Wim Vervloet, Eddy Krijnen, Gert Peeters, Dries De Vry, Tom Lauryssen, Dominique Defossez, Lennert Vorsselmans, Tinne Simons

Algemeen directeur:

Sven Brabants

 

Verontschuldigd

 

Raadslid:

Mieke Laenen

 

Vanaf punt 9 vervoegt Katleen Mintjens, raadslid, de vergadering.

Vanaf punt 15 vervoegt Dries Van Dyck, schepen, de vergadering.

 

 

De gemeenteraad, regelmatig bijeengeroepen door de voorzitter overeenkomstig artikel 22 van het gemeentedecreet, vergadert in het gemeentehuis op 2 maart 2023.

 

De voorzitter stelt vast dat de raad wettelijk is samengesteld.

 

De voorzitter verklaart de vergadering om 20.02 uur voor geopend voor de behandeling van de volgende punten:

 

OPENBARE ZITTING

Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Gemeenteraad - notulen en zittingsverslag zitting 26 januari 2023 - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

De vorige gemeenteraadszitting vond plaats op 26 januari 2023. De ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag die er betrekking op hebben worden ter goedkeuring voorgelegd.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 32

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikels 277 en 278 betreffende de opmaak van de notulen

 

Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, goedgekeurd in zitting van 31 januari 2019, artikels 31 en 32

 

Motivering

 

De gemeenteraad stelt vast dat de ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag van de zitting van 26 januari 2023 correct en volledig werden opgesteld.

Beraadslaging

 

Voorzitter Jolien Vrints geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

De gemeenteraad besluit bij 22 ja stemmen

 

Artikel 1 - de ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag van de gemeenteraadszitting van 26 januari 2023 goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Sport - reglement impulssubsidies voor erkende sportverenigingen - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Vorig jaar bij de beoordeling van de impulssubsidiedossiers over werkingsjaar 2021 kwamen er enkele vragen/bedenkingen naar boven. De dienst vrije tijd en de sportraad wensen daarom enkele items uit het impulssubsidiereglement aan te passen/te verduidelijken.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40

 

Gemeenteraadsbeslissing van 30 juni 2022 'Sport - reglement impulssubsidies voor erkende sportverenigingen - goedkeuring'

 

Verslag van de raad van bestuur van de sportraad van 15 november 2022 en 24 januari 2023

Verslag van de algemene vergadering van de sportraad van 24 januari 2023

 

Motivering

 

De aanpassingen en verduidelijkingen werden geformuleerd in samenspraak met de raad van bestuur van de sportraad van 15 november 2022 en 24 januari 2023 en ter kennis gegeven aan de algemene vergadering van de sportraad op 24 januari 2023.

Beraadslaging

 

Schepen Elisabeth Joris geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

De gemeenteraad besluit bij 22 ja stemmen

 

Artikel 1 - het impulssubsidiereglement voor de erkende sportverenigingen, goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 juni 2022 op te heffen vanaf 3 maart 2023.

 

Artikel 2 - onderstaand gemeentelijk reglement impulssubsidies voor erkende sportverenigingen goed te keuren en in te laten gaan vanaf 3 maart 2023:

 

REGLEMENT IMPULSSUBSIDIES VOOR ERKENDE SPORTVERENIGINGEN

(hierna genoemd: vereniging)

 

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

 

1.1. Terminologie

 

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

         Sport: activiteiten die individueel of in ploegverband worden beoefend met een competitief of recreatief karakter waarbij vooral de fysieke inspanning centraal staat

         Sportvereniging: een groepering van mensen die zich structureel en duurzaam heeft georganiseerd met als primaire doelstelling de beoefening van sport

         Erkende sportvereniging: een sportvereniging die erkend is door het gemeentebestuur op basis van het erkenningsreglement voor sportverenigingen goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 juni 2022 en eventuele latere wijzigingen

         Kalenderjaar: van 1 januari tot 31 december

         Jeugdsport: sportparticipatie van kinderen en jongeren tot en met 18 jaar

         Jeugdtrainer: sporttechnisch begeleider voor jeugdsport, persoon die binnen de vereniging training geeft aan jeugdleden en een sportspecifiek diploma of attest van, of erkend door de Vlaamse Trainersschool, heeft

         Jeugdsportcoördinator (hierna JSC): een jeugdtrainer die het jeugdsportbeleid in de vereniging coördineert op het sporttechnische, beleidsmatige en organisatorische vlak en de jeugdtrainers actief ondersteunt en begeleidt

         Opleiding: een kadervormingscursus georganiseerd, of erkend door de Vlaamse Trainersschool (VTS)

         Bijscholing: een bijscholingscursus georganiseerd door VTS of de sportfederatie, de provincie, de Sportregio of de gemeente

         Sportend lid: hieronder wordt verstaan: sporter, voorzitter, secretaris, penningmeester, trainer, scheidsrechter, tijdopnemer en jurylid die voorkomt op de ledenlijst van de vereniging

         Topsportvereniging: een vereniging die sport beroepsmatig beoefend

         Competitiesport op hoog niveau / topsport = beroepsmatige sportbeoefening.

 

1.2. Doelstelling

 

De vereniging ertoe aanzetten om meer en beter gekwalificeerde jeugdtrainers en jeugdsportcoördinatoren in te schakelen in de werking van de vereniging.

 

1.3. Kader

 

Dit reglement is opgemaakt in de geest van geldende overkoepelende wetten en decreten:

         wet van 14 november 1983 betreffende de controle op toekenning en de aanwending van gemeentelijke subsidies

         decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Dit subsidiereglement is raadpleegbaar op de website www.malle.be.

 

1.4. Voorwaarden

 

Een vereniging die wil genieten van deze impulssubsidie, moet door de gemeente erkend zijn. Verenigingen kunnen deze subsidie aanvragen als ze voldoen aan de volgende voorwaarden:

         de vereniging heeft een afzonderlijke actieve jeugdwerking op het grondgebied van Malle

         de vereniging heeft minimum 20% sportende leden die ingeschreven zijn in het bevolkingsregister van de gemeente Malle

         de vereniging heeft een zichtrekening in België op naam van de vereniging

         de vereniging biedt gedurende een sportseizoen minstens wekelijks of tweewekelijks een jeugdsportactiviteit aan

         de vereniging is géén topsportvereniging of géén vereniging die enkel competitiesport op hoog niveau aanbiedt

         wanneer de vereniging ophoudt te bestaan of de erkenning tussentijds, d.w.z. tussen het ogenblik van de subsidieaanvraag en het moment van uitbetaling van de subsidie, werd ingetrokken wordt er geen subsidie meer uitgekeerd

         de vereniging moet schuldenvrij zijn ten opzichte van de gemeente, behoudens goedgekeurde leningen door de gemeenteraad.

 

1.5. Krediet

 

De impulssubsidie wordt uitgekeerd binnen de perken van de door de gemeenteraad in het meerjarenplan goedgekeurde kredieten. Een vereniging kan geen subsidie voor hetzelfde doel ontvangen via andere gemeentelijke kanalen.

 

1.6. Termijn

 

Dit reglement is van toepassing voor de toewijzing en berekening van de subsidies vanaf kalenderjaar 2023 (werkingsjaar 2022).

 

HOOFDSTUK 2. Procedure en werkwijze

 

2.1. Aanvraagprocedure

 

De impulssubsidie kan men aanvragen door volgende hierna omschreven procedure te volgen:

         de vereniging richt, op eigen initiatief, de aanvraag tot subsidiëring via de dienst sport aan het college van burgemeester en schepenen (hierna genoemd: college) op de daarvoor bestemde aanvraagformulieren

         het reglement en de aanvraagformulieren zijn vanaf 1 februari beschikbaar bij de dienst sport en kunnen daar opgevraagd worden; voor kalenderjaar 2023 (werkingsjaar 2022) zijn de formulieren uitzonderlijk beschikbaar vanaf 3 maart 2023

         de subsidieaanvraag moet tijdig en correct ingediend worden uiterlijk op 31 maart van het betrokken jaar

         de vereniging die de aanvraag tot impulssubsidie te laat indient ontvangt minder of geen impulssubsidie:

         aanvragen ontvangen op 1 april t.e.m. 7 april: het op basis van de gescoorde punten berekende subsidiebedrag wordt automatisch verminderd met 25%. Het in mindering gebrachte bedrag wordt (samen met de eventueel andere in mindering gebrachte bedragen) verdeeld over de verenigingen die wel tijdig een aanvraag indienden en dit pro rata van de door deze verenigingen gescoorde punten

         aanvragen ontvangen op 8 april t.e.m. 14 april: het op basis van de gescoorde punten berekende subsidiebedrag wordt automatisch verminderd met 50%. Het in mindering gebrachte bedrag wordt (samen met de eventueel andere in mindering gebrachte bedragen) verdeeld over de verenigingen die wel tijdig een aanvraag indienden en dit pro rata van de door deze verenigingen gescoorde punten

         aanvragen ontvangen vanaf 15 april: er worden geen impulssubsidies meer toegekend.

 

De bewijslast van de tijdige indiening van de subsidieaanvraag en -dossier wordt gespecificeerd in de aanvraagformulieren en ligt bij de vereniging. Indien nodig, kan het college via de dienst sport steeds bijkomende informatie en/of bewijsstukken opvragen. Deze bijkomende informatie en/of bewijsstukken, ter verduidelijking van het ingediende dossier, moeten uiterlijk binnen de 10 dagen (datum van vraag geldt als aanvangsdatum) aan het college bezorgd worden via de dienst sport.

 

2.2. Toewijzingsprocedure

 

Het college vraagt het advies van de sportraad over de ingediende subsidieaanvragen. Het bepaalt, aan de hand van de bepalingen in onderhavig subsidiereglement en rekening houdend met het advies van de sportraad, de berekening van en het voorstel tot verdeling.

 

De subsidie in dit reglement vermeld, wordt daarbij slechts definitief uitbetaald als de vereniging erkend is door de gemeente op het moment van de uitbetaling.

 

De gemeente behoudt zich daarbij het recht voor de gegeven informatie documenten en bewijsstukken te controleren. Het college kan daarbij personen aanwijzen om alle gevraagde documenten in te zien en/of bijkomende inlichtingen te vragen, om de taak van toezicht op de naleving van onderhavig reglement te kunnen vervullen. Al deze stukken of inlichtingen zijn strikt vertrouwelijk en mogen maar gebruikt worden in verband met de subsidieverdeling.

 

Indien door een vereniging opzettelijk onjuiste gegevens zijn verstrekt of indien de gestelde voorwaarden niet zijn nageleefd, wordt door het college de uitbetaling van de subsidie geheel geschorst of teruggevorderd en wordt eventueel de betrokken vereniging uitgesloten van subsidie.

 

Het college maakt via de dienst sport het definitieve resultaat bekend aan de aanvragende vereniging en dit voor 15 november van het betrokken jaar. De subsidies worden uiterlijk op 31 december van het betrokken jaar aan de vereniging uitbetaald.

 

2.3. Beroep

 

Tegen elke beslissing die in het kader van dit reglement wordt genomen, kan de vereniging beroep aantekenen. Dat gebeurt uiterlijk binnen de 30 dagen na de bekendmaking van de beslissing met een schriftelijk en voldoende gemotiveerd bezwaarschrift, gericht aan het college. De bewijslast van de tijdige indiening van het bezwaarschrift ligt bij de vereniging.

 

Na onderzoek van het bezwaarschrift, zal het college een gemotiveerde beslissing treffen en de vereniging hierover inlichten. Hiertegen is geen administratief beroep mogelijk.

 

Over alle gevallen en uitzonderingen die niet voorzien zijn in dit reglement, beslist het college.

 

HOOFDSTUK 3: Subsidiebedrag

 

3.1. Berekening van de subsidie

 

Dit subsidiereglement tracht bij te dragen tot de kwaliteitsverbetering van de jeugdsportwerking en begeleiding van de jeugdsporters binnen de vereniging. Het impulssubsidiereglement beoogt dat meer verenigingen inzetten op een kwaliteitsvolle en doordachte jeugdwerking met en door inschakeling van meer en beter gekwalificeerde trainers. De subsidie wordt bepaald op basis van de beoordeling van de werking van de vereniging op het vlak van de hieronder omschreven en vastgestelde doelstellingen, criteria en parameters.

 

De subsidiëring wordt steeds bepaald op basis van de in het aanvraagdossier opgenomen gegevens en stavingstukken van de vereniging met betrekking tot het betreffende werkingsjaar.

 

De subsidie wordt daarbij verdeeld naar rato van het aantal behaalde punten door de vereniging volgens de hieronder vastgelegde bepalingen en puntenverdeling. Het beschikbaar gemeentelijk sportsubsidiebudget wordt gedeeld door het aantal gescoorde punten om een subsidiebedrag per punt te verkrijgen. Elk punt wordt daarbij omgezet in een subsidiewaarde. Hoe meer punten een vereniging haalt, hoe meer subsidie het in principe krijgt. Ingeval van laattijdige indiening wordt het te ontvangen subsidiebedrag verminderd of wordt er geen subsidie toegekend (zie artikel 2.1 aanvraagprocedure).

 

3.2. Samenstelling van de subsidie

 

A) Actieve jeugdsportcoördinator (JSC)

In de vereniging is een jeugdtrainer actief die fungeert als JSC en die het jeugdsportbeleid in de vereniging coördineert op het sporttechnische, beleidsmatige en organisatorische vlak en de jeugdtrainers actief ondersteunt en begeleidt.

 

Aanwezigheid: de vereniging beschikt over een JSC die met naam, taak en contactgegevens expliciet vermeld moet worden in de informatiebrochure en/of website/sociale mediapagina van de vereniging:

         zonder specifiek diploma JSC: 10 punten

         met attest instapmodule JSC (vroeger genaamd VTS-diploma JSC “basismodule”): 15 punten

         met diploma JSC VTS (vroeger genaamd VTS-diploma JSC “specialisatiemodule”): 25 punten

10, 15 of 25 punten

 

Bijscholing: de JSC volgt jaarlijks minimaal 1 beleidsmatige, sporttechnische of organisatorische bijscholing die aansluit bij zijn functie en doelstellingen binnen de vereniging.

10 punten

 

Organisatie: de JSC organiseert bijscholingen en vormingsmomenten voor de eigen jeugdtrainers.

5 punten per bijscholing / vormingsmoment met een maximum van 15 punten

 

Overleg: de JSC organiseert jaarlijks minstens 3 formele overlegvergaderingen met de eigen jeugdtrainers.

5 punten

 

Maximum 55 punten

 

B) Jeugdtrainers

De vereniging beschikt over een kwaliteitsvol en deskundig sporttechnisch kader dat de nodige opleiding genoten heeft. Jeugdtrainers hebben een sportspecifiek diploma of attest van, of erkend door de Vlaamse Trainersschool. Er worden punten toegekend volgens de referentietabel van de Vlaamse Trainersschool. De meest recente tabel wordt elk jaar samen met het aanvraagformulier aan de verenigingen bezorgd. Enkel het hoogste diploma komt per jeugdtrainer in aanmerking.

 

Waarderingsschaal 1                5 punten per jeugdtrainer

Waarderingsschaal 2 of 3         10 punten per jeugdtrainer

Waarderingsschaal 4 of 5         15 punten per jeugdtrainer

Waarderingsschaal 6              20 punten per jeugdtrainer

Waarderingsschaal 7 of 8         25 punten per jeugdtrainer

Maximum 150 punten

 

C) Bijscholing en/of opleiding van de jeugdtrainer

De jeugdtrainer volgt, met succes, een sporttechnische, tactische of sociaal-pedagogische bijscholing waarbij de vereniging de deelnamegelden betaalt of de bijscholing zelf organiseert. De bijscholingen moeten passen binnen de taken als jeugdtrainer in de vereniging en een effectieve meerwaarde bieden voor de jeugdtrainer binnen de verenigingsmissie en -opdracht. Indien de jeugdtrainer een sporttakspecifieke opleiding start bij de Vlaamse trainersschool, wordt dit extra gewaardeerd.

Als een jeugdtrainer niet slaagt voor een bijscholing, opleiding of module ervan dan mag de jeugdtrainer herkansen, maar wordt in het kader van dit reglement slechts de uren voor de eerste herkansing geteld.


Bijscholing jeugdtrainer: 0,5 punt/uur/jeugdtrainer

 

Jeugdtrainer in opleiding:

         VTS opleiding Aspirant Initiator: 5 punten/jeugdtrainer

         VTS opleiding Initiator, Instructeur B/Trainer B, trainer A: 15 punten/jeugdtrainer

Maximum 60 punten

 

Wanneer de vereniging inzake bijscholing en/of opleiding van de jeugdtrainer het maximum aantal punten, zijnde 60, overstijgt, mag de vereniging het surplus aan punten overdragen naar de bijscholing en/of opleiding van bestuurders, begeleiders en trainers in het werkingssubsidiereglement, maar dit slechts ten belope van het aantal punten dat wordt behaald door de bestuurders, begeleiders en trainers in het werkingssubsidiereglement en met een maximum van 20 punten.

 

D) Bijscholing of opleiding georganiseerd door of in samenwerking met de dienst sport

De vereniging krijgt extra punten per jeugdtrainer of –coördinator die bijscholingen volgen georganiseerd door of georganiseerd in samenwerking met de dienst sport.

 

Per door de dienst sport (mee-)georganiseerde bijscholing of opleiding

2,5 punten/jeugdtrainer of JSC

Maximum 30 punten

 

E) Duurzame ontwikkelingsdoelstellingen

De vereniging heeft aandacht voor de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen en gebruikt het logo van de doelstellingen waarvoor men aandacht heeft bij de promotie die men maakt voor de activiteit.

Aandacht voor min. 3 doelstellingen met gebruik van logo’s: 5 punten

Aandacht voor min. 6 doelstellingen met gebruik van logo’s: 10 punten

Maximum 10 punten

 

Bewijsstukken bij te voegen bij aanvraag:

         ledenlijst (1 januari van het jaar waarop de subsidie wordt aangevraagd)

         jeugdsportcoördinator (naam en diploma’s)

         deelnameattesten bijscholing JSC

         bewijs organisatie bijscholingen of vormingsmomenten van de JSC voor de eigen jeugdtrainers

         verslagen vergaderingen JSC met eigen jeugdtrainers (minimum 3)

         diploma’s jeugdtrainers

         deelnameattesten bijscholing en/of opleiding jeugdtrainers

         deelnameattesten bijscholing of opleiding georganiseerd door of in samenwerking met de dienst sport

         bewijs aandacht voor duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (min. 3 of min. 6).

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Sport - reglement werkingssubsidies voor erkende sportverenigingen - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Vorig jaar bij de beoordeling van de werkingssubsidiedossiers over werkingsjaar 2021 kwamen er enkele vragen/bedenkingen naar boven. De dienst sport en de sportraad wensen daarom enkele items uit het werkingssubsidiereglement aan te passen/te verduidelijken.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40

 

Gemeenteraadsbeslissing van 30 juni 2022 'Sport - reglement werkingssubsidies voor erkende sportverenigingen - goedkeuring'

 

Verslag van de raad van bestuur van de sportraad van 15 november 2022 en 24 januari 2023

Verslag van de algemene vergadering van de sportraad van 24 januari 2023

 

Motivering

 

De aanpassingen en verduidelijkingen werden geformuleerd in samenspraak met de raad van bestuur van de sportraad van 15 november 2022 en 24 januari 2023 en ter kennis gegeven aan de algemene vergadering van de sportraad op 24 januari 2023.

Beraadslaging

 

Schepen Elisabeth Joris geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt hoe nieuwe sportclubs op de hoogte worden gebracht.

 

Schepen Elisabeth Joris stelt dat wanneer een sportclub een erkenning aanvraagt, ze geïnformeerd kunnen worden.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat de sportclub dan zelf actie moet ondernemen.

 

Schepen Elisabeth Joris stelt dat de gemeente anders de sportclubs niet kan kennen.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt of andere gemeenten ook met punten werken.

 

Schepen Elisabeth Joris stelt dat Malle met punten werkt om op een objectieve en evenredige manier te kunnen werken.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat het wat lijkt alsof je terug op school zit. Niettemin is het wel een goed idee dat er subsidiëring voor sportclubs is.

 

De gemeenteraad besluit bij 22 ja stemmen

 

Artikel 1 - het werkingssubsidiereglement voor de erkende sportverenigingen, goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 juni 2022 op te heffen vanaf 3 maart 2023.

 

Artikel 2 - onderstaand gemeentelijk reglement werkingssubsidies voor erkende sportverenigingen goed te keuren en in te laten gaan vanaf 3 maart 2023:


REGLEMENT WERKINGSSUBSIDIES VOOR ERKENDE SPORTVERENIGINGEN

(hierna genoemd: vereniging)

 

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

 

1.1. Terminologie

 

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

         Sport: activiteiten die individueel of in ploegverband worden beoefend met een competitief of recreatief karakter waarbij vooral de fysieke inspanning centraal staat

         Sportvereniging: een groepering van mensen die zich structureel en duurzaam heeft georganiseerd met als primaire doelstelling de beoefening van sport

         Erkende sportvereniging: een sportvereniging die erkend is door het gemeentebestuur op basis van het erkenningsreglement voor sportverenigingen goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 juni 2022 en eventuele latere wijzigingen

         Kalenderjaar: van 1 januari tot 31 december

         Gediplomeerde lesgever: hieronder verstaan we: VTS-Aspirant Initiator - VTS-Initiator - VTS Trainer A of B - diploma opgenomen in de VTS assimilatietabel - bachelor of master LO - studenten geslaagd voor 2de jaar bachelor LO

         Opleiding: een kadervormingscursus georganiseerd, of erkend door de Vlaamse Trainersschool (VTS)

         Bijscholing: een bijscholingscursus georganiseerd door VTS of de sportfederatie, de provincie, de Sportregio of de gemeente

         Sportend lid: hieronder wordt verstaan: sporter, voorzitter, secretaris, penningmeester, trainer, scheidsrechter, tijdopnemer en jurylid die voorkomt op de ledenlijst van de vereniging

         Topsportvereniging: een vereniging die sport beroepsmatig beoefend

         Competitiesport op hoog niveau / topsport = beroepsmatige sportbeoefening.

 

1.2. Doelstelling

 

Zoveel mogelijk Mallenaren aan het sporten krijgen op een kwaliteitsvolle manier, zowel in recreatief, competitief, individueel als in groepsverband. Het bestuur heeft vertrouwen in de vereniging en gemeentelijke subsidiëring moet een stimulans zijn om kwalitatieve sport aan te bieden.

 

1.3. Kader

 

Dit reglement is opgemaakt in de geest van geldende overkoepelende wetten en decreten:

         wet van 14 november 1983 betreffende de controle op toekenning en de aanwending van gemeentelijke subsidies

         decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Dit subsidiereglement is raadpleegbaar op de website www.malle.be.

 

1.4. Voorwaarden

 

Een vereniging die wil genieten van deze werkingssubsidie, moet door de gemeente erkend zijn. Verenigingen kunnen deze subsidie aanvragen als ze voldoen aan de volgende voorwaarden:

         minimum 20% van de sportende leden is ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Malle

         de vereniging heeft een zichtrekening in België op naam van de vereniging

         de vereniging biedt gedurende een sportseizoen minstens wekelijks of tweewekelijks een sportactiviteit aan op het grondgebied van Malle

         de vereniging is géén topsportvereniging of géén vereniging die enkel competitiesport op hoog niveau aanbiedt

         wanneer de vereniging ophoudt te bestaan of de erkenning tussentijds, d.w.z. tussen het ogenblik van de subsidieaanvraag en het moment van uitbetaling van de subsidie, werd ingetrokken wordt er geen subsidie meer uitgekeerd

         de vereniging moet schuldenvrij zijn ten opzichte van de gemeente, behoudens goedgekeurde leningen door de gemeenteraad.

 

1.5. Krediet

 

De subsidie wordt uitgekeerd binnen de perken van de door de gemeenteraad in het meerjarenplan goedgekeurde kredieten. Een vereniging kan geen subsidie voor hetzelfde doel ontvangen via andere gemeentelijke kanalen.

 

1.6. Termijn

 

Dit reglement is van toepassing voor de toewijzing en berekening van de subsidies vanaf kalenderjaar 2023 (werkingsjaar 2022).

 

HOOFDSTUK 2. Procedure en werkwijze

 

2.1. Aanvraagprocedure

 

De werkingssubsidie kan men aanvragen door volgende hierna omschreven procedure te volgen:

         de vereniging richt, op eigen initiatief, de aanvraag tot subsidiëring via de dienst sport aan het college van burgemeester en schepenen (hierna genoemd: college) op de daarvoor bestemde aanvraagformulieren

         het reglement en de aanvraagformulieren zijn vanaf 1 februari beschikbaar bij de dienst sport en kunnen daar opgevraagd worden; voor kalenderjaar 2023 (werkingsjaar 2022) zijn de formulieren uitzonderlijk beschikbaar vanaf 3 maart 2023

         de subsidieaanvraag moet tijdig en correct ingediend worden uiterlijk op 31 maart van het betrokken jaar

         de vereniging die de aanvraag tot werkingssubsidie te laat indient ontvangt minder of geen werkingssubsidie:

         aanvragen ontvangen op 1 april t.e.m. 7 april: het op basis van de gescoorde punten berekende subsidiebedrag wordt automatisch verminderd met 25%. Het in mindering gebrachte bedrag wordt (samen met de eventueel andere in mindering gebrachte bedragen) verdeeld over de verenigingen die wel tijdig een aanvraag indienden en dit pro rata van de door deze verenigingen gescoorde punten

         aanvragen ontvangen op 8 april t.e.m. 14 april: het op basis van de gescoorde punten berekende subsidiebedrag wordt automatisch verminderd met 50%. Het in mindering gebrachte bedrag wordt (samen met de eventueel andere in mindering gebrachte bedragen) verdeeld over de verenigingen die wel tijdig een aanvraag indienden en dit pro rata van de door deze verenigingen gescoorde punten

         aanvragen ontvangen vanaf 15 april: er worden geen werkingssubsidies meer toegekend.

 

De bewijslast van de tijdige indiening van de subsidieaanvraag en -dossier wordt gespecificeerd in de aanvraagformulieren en ligt bij de vereniging. Indien nodig, kan het college via de dienst sport steeds bijkomende informatie en/of bewijsstukken opvragen. Deze bijkomende informatie en/of bewijsstukken, ter verduidelijking van het ingediende dossier, moeten uiterlijk binnen de 10 dagen (datum van vraag geldt als aanvangsdatum) aan het college bezorgd worden via de dienst sport.

 

2.2. Toewijzingsprocedure

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt het advies van de sportraad over de ingediende subsidieaanvragen. Het bepaalt, aan de hand van de bepalingen in onderhavig subsidiereglement en rekening houdend met het advies van de sportraad, de berekening van, en het voorstel tot verdeling.

 

De subsidie in dit reglement vermeld, wordt daarbij slechts definitief uitbetaald als de vereniging erkend is door de gemeente op het moment van de uitbetaling.

 

De gemeente behoudt zich daarbij het recht voor de gegeven informatie, documenten en bewijsstukken te controleren. Het college kan daarbij personen aanwijzen om alle gevraagde documenten in te zien en/of bijkomende inlichtingen te vragen, om de taak van toezicht op de naleving van onderhavig reglement te kunnen vervullen. Al deze stukken of inlichtingen zijn strikt vertrouwelijk en mogen maar gebruikt worden in verband met de subsidieverdeling.

Indien door een vereniging opzettelijk onjuiste gegevens zijn verstrekt of indien de gestelde voorwaarden niet zijn nageleefd, wordt door het college de uitbetaling van de subsidie geheel geschorst of teruggevorderd en wordt eventueel de betrokken vereniging uitgesloten van subsidie.

 

Het college van burgemeester en schepenen maakt via de dienst sport het definitieve resultaat bekend aan de aanvragende vereniging en dit voor 15 november van het betrokken jaar. De subsidies worden uiterlijk op 31 december van het betrokken jaar aan de vereniging uitbetaald.

 

2.3. Beroep

 

Tegen elke beslissing die in het kader van dit reglement wordt genomen, kan de vereniging beroep aantekenen. Dat gebeurt uiterlijk binnen de 30 dagen na de bekendmaking van de beslissing met een schriftelijk en voldoende gemotiveerd bezwaarschrift, gericht aan het college. De bewijslast van de tijdige indiening van het bezwaarschrift ligt bij de vereniging.

 

Na onderzoek van het bezwaarschrift, zal het college een gemotiveerde beslissing treffen en de vereniging hierover inlichten. Hiertegen is geen administratief beroep mogelijk.

 

Over alle gevallen en uitzonderingen die niet voorzien zijn in dit reglement, beslist het college van burgemeester en schepenen.

 

HOOFDSTUK 3: Subsidiebedrag

 

3.1. Berekening van de subsidie

 

De subsidie wordt bepaald op basis van de beoordeling van de werking van de vereniging op het vlak van de hieronder omschreven en vastgestelde doelstellingen, criteria en parameters.

 

De subsidiëring wordt steeds bepaald op basis van de in het aanvraagdossier opgenomen gegevens en stavingstukken van de vereniging met betrekking tot het betreffende werkingsjaar.

 

De mogelijke subsidie voor de vereniging bestaat uit een basissubsidie en een kwaliteitssubsidie.

Beide onderdelen van de subsidie worden verdeeld naar rato van het aantal door de vereniging behaalde punten volgens de hieronder vastgelegde bepalingen en puntenverdeling. Het beschikbaar gemeentelijk sportsubsidiebudget wordt gedeeld door het totaal aantal gescoorde punten om een subsidiebedrag per punt te verkrijgen. Elk punt wordt daarbij omgezet in een subsidiewaarde. Hoe meer punten een vereniging behaalt, hoe meer subsidie het in principe krijgt. Ingeval van laattijdige indiening wordt het te ontvangen subsidiebedrag verminderd of wordt er geen subsidie toegekend (zie artikel 2.1 aanvraagprocedure).

 

3.2. Samenstelling van de basissubsidie

 

De basissubsidie wordt toegekend naar rato van het aantal behaalde punten door de verenigingen die  een subsidieaanvraag indienen volgens volgende bepalingen:

 

A) LEDENAANTALLEN

 

Het aantal regelmatig actieve sportende leden ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Malle op 1 januari van het jaar waarop de subsidie wordt aangevraagd.

 

Totaal regelmatig actieve sportende leden: 1 punt/lid met een maximum van 150 punten

Maximum 150 punten

 

B) TRAININGSUREN

 

Het aantal trainingsuren per week in een vast uurrooster.

 

Training onder leiding van een gediplomeerde lesgever: 2 punten per uur

Training onder leiding van een niet-gediplomeerde lesgever: 0,50 punt per uur

Maximum 100 punten

 

C) WEDSTRIJDEN

 

Het aantal wedstrijddagen per jaar in de eigen sporttak (geen competitiesport op hoog niveau en geen topsport) en waarbij een rangschikking wordt opgemaakt.

 

Deelname aan een wedstrijd in de eigen sporttak: 1 punt per wedstrijddag

Maximum 25 punten

 

3.3. Samenstelling van de kwaliteitssubsidie

 

De kwaliteitssubsidie wordt toegekend naar rato van het aantal behaalde punten door de verenigingen die een subsidieaanvraag indienen volgens hierna volgende bepalingen.

 

De toekenning van de kwaliteitssubsidie gebeurt op basis van een aantal hoofdmodules en één bijmodule. De verschillende modules zijn facultatief, dus niet verplicht. Een vereniging kiest zelf hoeveel en aan welke modules ze wil voldoen. Per module kunnen punten bijverdiend worden. Alle gescoorde punten van de hoofd- en bijmodules worden samengeteld en in rekening gebracht.

 

KWALITEITSMODULE 1: de vereniging is een gestructureerde organisatie

 

De basis van een goede sportwerking is een goede en transparante organisatiestructuur met welomschreven doelstellingen en aan te wenden mensen en middelen.

 

Vzw-structuur: de vereniging is een vzw met een duidelijk omschreven statutair doel.

60 punten

 

Bestuursvergaderingen: de vereniging organiseert en houdt minimum 4 bestuursvergaderingen per jaar.

10 punten

 

Maximum 70 punten

 

KWALITEITSMODULE 2: de vereniging heeft een actieve sportwerking

 

De vereniging heeft vanuit haar doelstellingen een sportaanbod waarmee ze de bevolking op regelmatige basis en op gestructureerde wijze aanzet tot sporten. De vereniging besteedt daarbij aandacht aan de kwaliteit van het aanbod en begeleiding op sporttechnisch, sportpedagogisch en sportmedisch gebied. De vereniging erkent haar maatschappelijke functie in de lokale maatschappij en helpt mee aan de realisatie van activiteiten van de dienst sport of sportraad.

 

Jeugdwerking: de vereniging heeft een actieve jeugdwerking. De vereniging krijgt hiervoor enkel punten als de vereniging niet in aanmerking komt voor impulssubsidies.

20 punten

 

Participatie lokaal sportbeleid: de vereniging verleent per jaar minimaal 1 keer medewerking (administratief, logistiek, vrijwilligers, …) aan een activiteit van de gemeentelijke dienst sport of sportraad.

15 punten

 

Deelname vergaderingen raad van bestuur sportraad: de vereniging volgt het gemeentelijk sportbeleid op de voet en een afgevaardigde van de vereniging is lid van de raad van bestuur van de gemeentelijke sportraad.

15 punten

 

Deelname algemene vergadering sportraad: de vereniging volgt het gemeentelijk sportbeleid op de voet en neemt deel aan de volledige algemene vergadering van de gemeentelijke sportraad.

10 punten

 

Aandacht kansengroepen: de vereniging heeft aandacht voor en organiseert drempelverlagende initiatieven voor of doet specifieke inspanningen naar de specifieke kansengroepen binnen de gemeente (anderstaligen, kansarmen, houders vrijetijdspas, …).

15 punten

 

Organisatie van open sportinitiatieven buiten de dagelijkse werking: de vereniging organiseert drempelverlagende sportinitiatieven voor de inwoners buiten de dagdagelijkse werking waarbij:

         deze sportinitiatieven openstaan voor niet-leden

         de initiatieven op het grondgebied van Malle doorgaan

         een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid en sportongevallen ook wordt afgesloten voor niet-leden

         er verschillende communicatiekanalen gebruikt worden om de initiatieven aan te kondigen.

5 punten

 

Maximum 80 punten

 

KWALITEITSMODULE 3: de vereniging heeft aandacht voor duurzame kwaliteitszorg in haar organisatie en realisatie van haar doel(en)

 

De vereniging is een dynamische organisatie die oog en oor heeft voor de behoeftes van de leden en wil werken aan de duurzame kwaliteitsverbetering van haar werking. Ze wil haar leden het beste bieden via het realiseren van de doelstellingen.

 

Bijscholing en/of opleiding bestuurders, begeleiders en trainers: de vereniging stimuleert sporttechnische, sportmedische, sportpedagogische of sportbestuurlijke bijscholing en/of opleiding van haar bestuurders, begeleiders, scheidsrechters, trainers, vrijwilligers of verenigingswerkers.
Bijscholings- en opleidingsuren van jeugdtrainers en jeugdsportcoördinatoren komen hier enkel in aanmerking als de vereniging niet in aanmerking komt voor impulssubsidies.

Als een bestuurder, begeleider of trainer niet slaagt voor een bijscholing, opleiding of module ervan dan mag de bestuurder, begeleider of trainer herkansen, maar wordt in het kader van dit reglement slechts de uren voor de eerste herkansing geteld.


Wanneer in het impulssubsidiereglement de vereniging inzake bijscholing en/of opleiding van de jeugdtrainer het maximum aantal punten, zijnde 60, overstijgt, mag de vereniging het surplus aan punten overdragen naar de bijscholing en/of opleiding van bestuurders, begeleiders en trainers in het werkingssubsidiereglement, maar dit slechts ten belope van het aantal punten dat wordt behaald door de bestuurders, begeleiders en trainers in het werkingssubsidiereglement en met een maximum van 20 punten.

 

2 punten per uur bijscholing of opleiding met een maximum van 100 punten

 

Ledenvergadering: de vereniging voert een doelgerichte en open communicatie naar haar leden en organiseert minstens 1 ledenvergadering per jaar.

20 punten

 

Tevredenheidsonderzoek leden: de vereniging organiseert een schriftelijk onderzoek bij de leden of ouders met betrekking tot het beleid.

20 punten

 

Maximum 140 punten

 

BIJMODULE

 

De objectieven van de bijmodule liggen meestal in het verlengde of sluiten aan bij een van de hoofdmodules.

 

Informatie: de vereniging heeft een website, pagina, blad of informatiebrochure met actuele informatie. De vereniging vermeldt in haar externe communicatie duidelijk zichtbaar het recentste logo van de gemeente Malle, samen met de vermelding “met steun van de gemeente Malle”. Indien de vereniging over een website beschikt, legt de vereniging een link naar de website van de gemeente Malle “www.malle.be.”.

         website, pagina, blad of informatiebrochure met actuele informatie: 10 punten

         vermelding logo gemeente Malle + met steun van de gemeente Malle: 10 punten

         link naar de website van de gemeente Malle: 10 punten.

Maximum 30 punten

 

Vrijwilligers: de vereniging beschikt over een formele informatienota die de rechten en plichten van haar vrijwilligers en verenigingswerkers duidelijk omschrijft en voldoet aan de minimale verzekeringsvoorwaarden voor haar vrijwilligers en verenigingswerkers.

10 punten

 

Samenwerkingsverband vereniging/school: de vereniging werkt samen met een andere sportvereniging of school uit Malle.

20 punten

 

Duurzame ontwikkelingsdoelstellingen: de vereniging heeft aandacht voor de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen en gebruikt het logo van de doelstellingen waarvoor men aandacht heeft bij de promotie die men maakt voor de activiteit.

Aandacht voor min. 3 doelstellingen met gebruik van logo’s: 5 punten

Aandacht voor min. 6 doelstellingen met gebruik van logo’s: 10 punten

Maximum 10 punten

 

Maximum 70 punten

 

Bewijsstukken bij te voegen bij aanvraag:

         ledenlijst (1 januari van het jaar waarop de subsidie wordt aangevraagd)

         diploma’s lesgevers

         statuten (voor vzw’s)

         verslagen van bestuursvergaderingen (minimum 4)

         bewijs actieve jeugdwerking (jeugdleden)

         bewijs medewerking aan een activiteit van de gemeentelijke dienst sport of sportraad

         bewijs aandacht voor of specifieke inspanningen naar specifieke kansengroepen

         bewijs organisatie open sportinitiatieven buiten de dagelijkse werking

         deelnameattesten bijscholingen en opleidingen bestuurders, begeleiders en trainers

         verslag algemene ledenvergadering

         bewijs schriftelijk onderzoek

         bewijs website, pagina of infobrochure met actuele info

         bewijs vermelding logo gemeente Malle + met steun van de gemeente Malle

         bewijs link naar website van de gemeente Malle

         infonota vrijwilligers en verenigingswerkers

         bewijs samenwerking met andere sportvereniging of school uit Malle

         bewijs aandacht voor duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (minimum 3 of minimum 6).

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Mondiaal beleid - toekenning noodhulp via Consortium 12-12 - kennisneming

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Het subsidiereglement mondiaal beleid, goedgekeurd door de gemeenteraad van 31 maart 2022, voorziet dat maximum 12.000 euro van het bedrag voorzien voor projectondersteuning kan toegekend worden aan noodhulp naar aanleiding van natuurrampen, humanitaire rampen of gewapende conflicten.

 

Het college van burgemeester en schepenen kan, na advies van de Mondiale Raad, beslissen om eenmalig een bedrag toe te kennen.

 

Het college van burgemeester en schepenen van 20 februari 2023 verleent goedkeuring aan het voorstel om een gift ten bedrage van 2.000 euro over te maken aan het Consortium 12-12 op het rekeningnummer BE19 0000 0000 1212 voor hulp aan de bevolking van Syrië en Turkije.

 

Juridische gronden

 

Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 20 februari 2023 'Mondiaal beleid - toekenning noodhulp via het Consortium 12-12 - goedkeuring'

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40

 

Beslissing van de gemeenteraad van 31 maart 2022 'Subsidiereglement mondiaal beleid - aanpassing - goedkeuring'

 

Motivering

 

De gemeenteraad wenst expliciet in kennis te worden gesteld van de verstrekte giften in het kader van noodhulp.

 

Financiële gevolgen

 

Volgnummer

MJP000939

Omschrijving

Subsidie - mondiale verenigingen

Beschikbaar krediet

90.000 euro

Raming (inclusief btw)

2.000 euro

Vastlegging (inclusief btw)

2.000 euro

Beraadslaging

 

Schepen Elisabeth Joris geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

De gemeenteraad besluit

 

Artikel 1 - kennis te nemen van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 20 februari 2023 om een gift ten bedrage van 2.000 euro over te maken aan het Consortium 12-12 op het rekeningnummer BE19 0000 0000 1212 voor hulp aan de bevolking van Turkije en Syrië.

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Omgeving - ontwerp beleidsplan ruimte provincie Antwerpen - advies aan de deputatie -  deels gunstig, deels ongunstig - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Elk bestuurlijk niveau legt via beleidsplanning het gewenste uitzicht van de ruimte vast. Dit gebeurde tot voor kort via de opmaak van ruimtelijke structuurplannen. Als vervolg op de ruimtelijke structuurplanning trad de regeling rond de opmaak van beleidsplannen sinds 5 mei 2018 in werking. Dit systeem van beleidsplanning creëert een decretale basis om ruimtelijke beleidsplannen op de drie bestuursniveaus (gewest, provincies en gemeenten, met een mogelijkheid voor intergemeentelijke planning) vast te stellen.

 

De opmaak van het beleidsplan ruimte Vlaanderen (BRV) is in volle voorbereiding. Intussen is ook de provincie Antwerpen aan de slag gegaan met de opmaak van een beleidsplan.

 

Het provinciaal beleidsplan ruimte Antwerpen (PBRA) bevat de visie op de ruimtelijke ontwikkeling in de provincie Antwerpen tot 2050. Het bestaat enerzijds uit de strategische visie voor de lange termijn en anderzijds uit een set van beleidskaders die op middellange termijn zorgen voor de uitvoering van die visie.

 

De strategische visie van het PBRA bevat vier ruimtelijke principes en zeven strategieën die de basis vormen voor het ruimtelijk beleid in de provincie Antwerpen.

 

De provincie stelt volgende vier ruimtelijke principes voor:

  1. zuinig ruimtegebruik: meer doen met dezelfde ruimte
  2. veerkracht: ruimte die tegen een stoot kan
  3. nabijheid en bereikbaarheid: ruimte en mobiliteit versterken elkaar
  4. eigenheid: een open dialoog tussen de lokale eigenheid en nieuwe maatschappelijke trends

 

Deze ruimtelijke principes worden vertaald in zeven strategieën:

  1. offensieve open ruimte: natuur, landbouw, water en recreatie vormen een samenhangend en functioneel geheel
  2. samenhangend ecologisch netwerk: onafgebroken netwerken doorheen open en bebouwde ruimte
  3. van versnippering naar bundeling: de meerwaarde door bundeling investeren in open ruimte
  4. multimodale vervoersknopen: synergie tussen de uitbouw van multimodale vervoersknopen en ruimtelijke ontwikkeling
  5. sluitend locatie beleid voor (hoog) dynamische functies: voorzieningen en bedrijven op strategische rendementslocaties
  6. levendige kernen: aangenaam leven in een netwerk van kwaliteitsvolle dorps- en stadskernen
  7. energietransitie: een fundamentele bijdrage van het ruimtelijk beleid aan de energietransitie

 

Naast de strategische visie bestaat het PBRA uit drie beleidskaders. Een beleidskader bevat operationele beleidskeuzes voor de middellange termijn en actieprogramma's voor een thema of voor een gebiedsdeel. Beleidskaders beschrijven onder meer hoe en met wie de gewenste ruimtelijke ontwikkeling wordt gerealiseerd.

 

Het PBRA omvat drie beleidskaders:

         verdichten en ontdichten van de ruimte

         levendige kernen

         sterke netwerken: ruimte en mobiliteit

 

De provincieraad besluit conform artikel 2.1.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) tot de opmaak van een provinciaal beleidsplan ruimte Antwerpen. De deputatie neemt de nodige maatregelen voor de opmaak en de vaststelling ervan. De provincieraad keurde op 27 oktober 2022 drie ontwerpen goed: een ontwerp van provinciaal beleidsplan ruimte Antwerpen, een ontwerp-plan-MER (MilieuEffectenRapport) en een voorstel voor het aanduiden van onderdelen van de gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen (GRS) die niet langer geldig zijn. De opmaak van het gemeentelijk ruimtelijk beleidsplan werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 24 november 2022.

 

Een van de te volgen stappen bij de opmaak van het beleidsplan betreft de raadpleging van het publiek met inbegrip van een openbaar onderzoek over de voorlopig vastgestelde visie en de voorlopig vastgestelde beleidskaders. Het openbaar onderzoek over het ontwerp beleidsplan loopt van 16 december 2022 tot en met 15 maart 2023. In die periode kan de gemeente ook een advies formuleren.

 

De gemeenteraad kan voor 15 maart 2023 een advies formuleren over het ontwerp beleidsplan en kan reageren op de nota over de aangeduide onderdelen uit het GRS. Aangezien de intenties van het beleidsplan belangrijke gevolgen heeft voor de ruimtelijke toekomstmogelijkheden in Malle, wenst het college van burgemeester en schepenen onderstaande motivatie voor te leggen aan de gemeenteraad ter advisering aan de provincie Antwerpen.

 

De milieuraad van de gemeente Malle heeft op 17 januari 2023 een gunstig advies verleend over het ontwerp PBRA. Het plan is ambitieus en de doelstellingen kunnen onderschreven worden. Het valt echter af te wachten hoe de effectieve realisatie ervan zal verlopen.

 

De gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening (gecoro) van de gemeente Malle werd om advies gevraagd, doch heeft geen advies verleend over het PBRA.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 en 41

 

Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening van 15 mei 2009, Titel II Planning

 

Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van nadere regels voor de opmaak, de vaststelling en de herziening van ruimtelijke beleidsplannen en tot wijziging van diverse besluiten van de Vlaamse Regering in het kader van de regeling van de ruimtelijke beleidsplanning van 30 maart 2018

 

Motivering

 

1. Categorisering dorpskernen

 

In het beleidskader ‘levendige kernen’ is een categorisering opgenomen van alle dorpskernen in de provincie Antwerpen.

 

Deelgemeente Westmalle is in dat beleidskader aangeduid als dorpskern en deelgemeente Oostmalle als een dorpskern met potentie. Het beleidskader stelt de volgende ruimtelijke consequenties voorop voor respectievelijk dorpskernen en dorpskernen met potenties:

 

         ‘Dorpskernen’ zijn geschikt om lokaal een beperkte huishoudenstoename op te vangen in verhouding tot hun profiel. Daarom kunnen ze maar de helft van de verwachte huishoudenstoename behouden. De andere helft van de toename wordt herverdeeld naar de stedelijke kernen en de strategische dorpskernen.

 

         ‘Dorpskernen met potenties en stedelijke dorpen’ behouden hun eigen huishoudenstoename, maar vangen geen extra huishoudens op. Ze kunnen in functie van hun ambitieniveau groeien richting strategische dorpskernen en bijkomende huishoudens opvangen of het profiel van een gewone dorpskern behouden. Dit moet steeds in evenwicht zijn met de huidige maat van de kern en het vooropgestelde ambitieniveau.

 

Aan de gemeentebesturen wordt gevraagd om:

         de voorgestelde kerntypering in hun eigen gemeentelijk beleid(splan) te implementeren

         de kerntypes binnen de eigen gemeente (in het bijzonder het kerntype ‘dorpskern met potenties’ en ‘dorpskern’) te verfijnen en

         kernen af te bakenen in het (toekomstig) gemeentelijk beleidsplan ruimte zodat dit mee kan genomen worden in de afweging van RUP’s en vergunningen, als motieven van goede ruimtelijke ordening.

 

Advies gemeente Malle

 

De categorisering van het PBRA verdeelt de gemeente Malle in twee aparte dorpskernen. De gemeente Malle wil een ruimtelijk beleid voeren waarbij de twee dorpskernen evenwaardig behandeld worden. De gemeente Malle en zeker de dorpskern van deelgemeente Westmalle is de voorbije jaren heel sterk geëvolueerd. Beide dorpskernen hebben immers gelijkaardige regionale voorzieningen en knooppuntwaarde. Deelgemeente Westmalle huisvest o.a. een ziekenhuis, woonzorgcentra, enkele middelbare scholen en heel wat winkelvoorzieningen. Deelgemeente Oostmalle huisvest o.a. een woonzorgcentra, enkele middelbare scholen en heel wat winkelvoorzieningen. Beide kernen zijn goed toegankelijk via gewestwegen en zijn voorzien van een uitgebreid openbaar vervoer netwerk.

 

Het beleidsplan ruimte van gemeente Malle wordt op korte termijn opgestart. In dit beleidsplan zal de categorisering van onze dorpskernen verder verfijnd en geïmplementeerd worden in navolging van het PBRA. We willen versterken waar nodig, maar wensen geen verstedelijking van onze landelijke gemeente.

 

De gemeente Malle benadrukt daarbij dat ze autonoom bevoegd is om haar woonbeleid uit te stippelen.

 

Bovendien wenst de gemeente Malle te wijzen op een mogelijke strijdigheid tussen het beleidsplan ruimte Vlaanderen en het provinciaal beleidsplan. Het Vlaams regeerakkoord stipuleert dat ook landelijke kernen kunnen worden versterkt met het oog op het opvangen van de demografische groei. In het beleidskader ‘levendige kernen’ van het beleidsplan van de provincie is kernversterking ook een opdracht voor zowel ‘dorpskernen’ als ‘dorpskernen met potenties’, maar lijkt dan respectievelijk een beperkte huishoudenstoename te kunnen opvangen of bijkomende huishoudens opvangen. Hier lijkt de provincie Antwerpen een andere invulling te geven aan het begrip ‘kernversterking’ aangezien kernversterking niet overal een demografische groei mag opvangen. Als er geen bijkomend woonaanbod gecreëerd mag worden, is er geen drijfveer om kernen te versterken. De gemeente Malle wil inzetten op kwalitatieve kernversterking en het opvangen van bijkomende huishoudens zonder haar landelijke identiteit te verliezen.

 

2. Onderdelen van het GRS die strijdig zijn met het ontwerp PBRA

 

Eén van de gevolgen van het ontwerp PBRA is dat onderdelen van het thans van toepassing zijnde gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) die hiermee strijdig zijn, geschrapt zullen worden. Eind december 2022 werd een brief van de provincie ontvangen met daarin het overzicht van bepalingen die niet langer geldig zullen zijn eens het beleidsplan van de provincie definitief wordt vastgesteld.

 

Volgende doorstreepte passages uit het GRS zijn strijdig met het PBRA en zullen geschrapt worden, tenzij de gemeenteraad van de gemeente Malle adviseert om van delen in de visie van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan te bevestigen dan wel te schrappen.

 

  1. Elementen van de gewenste nederzettingsstructuur p. 203 (kaart 5)

 

Volgende elementen zijn structuurbepalend:

- de kern van Westmalle als het hoofddorp type I, waarin de nadruk ligt op inbreiding en verdichting;

- de kern van Oostmalle als woonkern: ook hier wordt gestreefd naar inbreiding en verdichting,

woonuitbreidingsgebieden komen niet in aanmerking voor ontwikkeling;

- de verkavelingen aansluitend bij de kernen, die verder kunnen opgevuld worden en wiens relatie met de kern dient versterkt te worden;

- de woonbossen, waar het bestaande karakter dient behouden te worden en verdichting niet wenselijk is;

- de groene corridors die dienen gevrijwaard te worden en waar de (lint)bebouwing niet naar elkaar toe mag groeien: ter hoogte van de Trappistenabdij, ter hoogte van Hooybergh en ten westen en ten oosten van de kern van Westmalle;

- de steenweglinten, waar een menging van wonen en werken aanwezig is, aansluitend bij de kern;

- linten in het noordelijke agrarische gebied en Schepersdijk, die landschappelijk ingepast dienen te

worden. Het gaat voor het merendeel om zonevreemde woningen;

- woonkorrels waarin de woonfunctie wordt bevestigd met beperkte mogelijkheden.

 

Visie ontwerp beleidsplan van de provincie Antwerpen

 

De provincie Antwerpen stelt voor om de doorstreepte passage te schrappen omdat in het ontwerp-beleidskader ‘levendige kernen’ – Uitdaging: huishoudenstransitie, p. 51 staat dat we geen verdere ontwikkeling willen van perifere gebieden (buiten de kernen) als woonlocatie. Het wonen buiten kernen stimuleren we niet en remmen we het liefst af. Verouderde woningen op slecht gelegen locaties buiten de kernen kunnen beter niet meer verbouwd, maar afgebroken worden. Bovenstaande passages stimuleren het zonevreemd wonen buiten de kern. Het provinciaal beleid wil dit afbouwen.

 

Advies gemeente Malle

 

De gemeente Malle kan zich vinden in het standpunt dat zonevreemd wonen buiten de kernen niet gestimuleerd wordt. Dit is in overeenstemming met de visie van het kwaliteitsplan. Het afremmen van zonevreemd wonen buiten de kernen gaat te ver. Momenteel bestaan er immers basisrechten voor zonevreemde constructies.

 

Indien de provincie dit standpunt behoudt, dan stellen we ons vragen bij de rechtszekerheid van deze woningen en welke planschademechanismen de provincie aan dit beleid kan koppelen.

 

  1. Bedrijvigheid - Ontwikkelingsperspectieven voor de ruimtelijk-economische structuur – Zeepakker p. 222

 

Zeepakker

Momenteel bevindt het gebied zich in een zone voor milieubelastende industrie en grenst het aan het woongebied. Om de hinder naar de woonomgeving te beperken en een overgang te maken van

milieubelastende industrie (De Schaaf – Delften) naar woongebied, wordt geopteerd deze zone om te zetten in een zone voor KMO en dienstverleningsgebied. Bovendien betekent deze herbestemming een bestendiging van het huidige gebruik. Een nieuwe bestemming als KMO is dan ook haalbaar, maar het moet wel de bedoeling zijn nieuwe initiatieven daartoe te beperken. Commerciële activiteiten kunnen enkel binnen de bestaande gebouwen (huidige toestand), niet in nieuwe gebouwen. Kleinhandel die verweefbaar is in het woonweefsel is niet toegelaten, noch grote winkelketens, die ingeplant moeten worden in de stedelijke gebieden

 

Ook hier kan de ontsluiting van activiteiten best niet rechtstreeks en individueel langs de N12 gebeuren en is de uitbouw van een gemeenschappelijke buffer naar de open ruimte ten noorden van de kern van zeer groot belang.

 

Vandaag is vanuit de open ruimte het onderscheid tussen zones met een goed uitgebouwde buffer (oostzijde Etap bv) en andere zones (bv. westzijde Etap en achterzijde verkaveling Leemstraat) al overduidelijk. Aan dit aspect is de grootste zorg te besteden om de kwaliteit van de open ruimte te vrijwaren.

 

Visie ontwerp beleidsplan van de provincie Antwerpen

 

De provincie Antwerpen stelt voor om de doorstreepte passage te schrappen omdat in het ontwerp-beleidskader ‘verdichten en ontdichten van de ruimte’ – Bedrijvigheid, p. 46 staat dat we ook op de bedrijventerreinen voldoende waakzaam moeten blijven voor de noden van de specifieke ruimtevragers zoals het vrijwaren van grote kavels voor grootschalige ruimtevragers, of het voorbehouden van kavels langsheen onze bevaarbare waterwegen voor watergebonden bedrijvigheid, of ruimte voor bedrijven die belang hechten aan nabijheid van specifieke vestigingsmilieu zoals de haven, het spoor, …

 

Als we de bedrijventerreinen maximaal willen vrijwaren voor bedrijven die niet verweefbaar zijn met een woonfunctie, dan worden er best geen bijkomende beperkingen opgelegd aan de type bedrijvigheid op een bedrijventerrein. Uiteraard gaan we bij het bepalen van de ontwikkelingsmogelijkheden (stimuleren of ontmoedigen van bijkomend economisch aanbod), altijd uit van de kenmerken van de ruimte en omgeving (mobiliteit, draagkracht, …) en de karakteristieken van de bedrijvigheid (activiteit, energievraag, …).

 

  1. Bedrijvigheid - Ontwikkelingsperspectieven voor de ruimtelijk-economische structuur – visie en concepten – Zeepakker p. 226

 

De visie binnen dit RUP dient gestaafd te zijn aan de gewenste ruimtelijke structuur van de gemeente en de specifieke voorwaarden en beleidsopties die in het structuurplan naar voor worden geschoven.

- in de noordelijke open ruimte: behoud van de bedrijven, ook op lange termijn, maar met beperkingen

naar de open ruimte waarden, beperkt uitbreiden en herbouwen is toegestaan.

- in de landbouwenclaves, de zuidelijke bossen en de open ruimte corridors: uitdoofbeleid, enkel

onderhouds- en instandhoudingswerken, geen uitbreidingen, niet herbouwen.

- voor de zonevreemde concentraties van baanwinkels (N12 ten oosten van Oostmalle en N14): zie

verder 1.3;

- voor de zonevreemde bedrijven die gelegen zijn in één van de mogelijke uitbreidingszones van De

Schaaf – Delften (Hooybergh, Zeepakker, Zoerselbaan) dient nagegaan te worden of deze kunnen

opgenomen worden in de nieuwe bestemming. In Zeepakker stelt zich het probleem van de

commerciële activiteiten daar aanwezig, die niet conform de huidige bestemming zijn. Commerciële

activiteiten en dienstverlening zijn enkel aanvaardbaar binnen de huidige gebouwen. Verdere

aansnijding van het gebied (nieuwe gebouwen) kan enkel in functies van KMO en ambachtelijke

bedrijven.

 

Visie ontwerp beleidsplan van de provincie Antwerpen

 

De provincie Antwerpen stelt voor om de doorstreepte passage te schrappen omdat in het ontwerp-beleidskader ‘levendige kernen’ – Verweving, p. 22-23 staat dat alle activiteiten die verweefbaar zijn, zich prioritair in de kernen moeten vestigen. Vooral in de kernen willen we verweving stimuleren tussen wonen, werken, horeca, recreatie en andere voorzieningen van het handelsapparaat.

 

In het ontwerp-beleidskader ‘Levendige kernen’ – Uitdaging: Detailhandel, p. 40 staat ook dat de kernwinkelgebieden het merendeel van de detailhandelsvestigingen herbergen. In de kernwinkelgebieden kunnen alle soorten winkels, ongeacht hun grootte en aanbod, in principe hun plaats vinden.

 

In het ontwerp-beleidskader ‘verdichten en ontdichten van de ruimte’ – Bedrijvigheid, p. 48 staat dat bedrijventerreinen a priori voorbehouden blijven voor bedrijvigheid die niet in een kern kan verweven worden. Daarnaast staat in hetzelfde beleidskader onder hoofdstuk ‘detailhandel’ op p. 54 dat er in principe geen detailhandel op bedrijventerreinen is toegestaan.

 

  1. Bedrijvigheid - Ontwikkelingsperspectieven voor de ruimtelijk-economische structuur – Zeepakker p. 234

 

Na het verdichten van De Schaaf – Delften en de ontwikkeling van de Hooybergh, komen volgende plekken in aanmerking, als nieuwe regionale bedrijventerreinen:

- Zeepakker: omvormen bestemming naar KMO, voorzien groene buffer naar het noorden, geen

rechtstreekse ontsluiting op N12

- Zoerselbaan: als laatste aan te snijden, ontsluiting via De Schaaf – Delften, vrijwaren bestaande buffer

 

Visie ontwerp beleidsplan van de provincie Antwerpen

 

De provincie Antwerpen stelt voor om de doorstreepte passage te schrappen omdat in het ontwerp-beleidskader ‘verdichten en ontdichten van de ruimte’ – Bedrijvigheid, p. 46 staat dat we ook op bedrijventerreinen voldoende waakzaam moeten blijven voor de noden van specifieke ruimtevragers zoals het vrijwaren van grote kavels voor grootschalige ruimtevragers, of het voorbehouden van kavels langsheen onze bevaarbare waterwegen voor watergebonden bedrijvigheid, of ruimte voor bedrijven die belang hechten aan de nabijheid van specifieke vestigingsmilieus zoals de haven, het spoor, …

 

Advies gemeente Malle

 

Het schrappen van deze bepalingen uit het ruimtelijk structuurplan van de gemeente bedreigt de toekomstmogelijkheden van de huidige activiteiten op deze site gezien ze strijdig zijn met de huidige gewestplanbestemming van milieubelastende industrie. 

 

De gemeente Malle wenst de huidige activiteiten op de site Zeepakker te bestendigen. De invulling van de huidige site is historisch gegroeid en grotendeels vergund. De site is gelegen in het centrum van deelgemeente Westmalle in de onmiddellijke omgeving van woningen. Ruimtelijk gezien zitten de huidige functies op een gepaste locatie. Milieubelastende industrie hoort eerder thuis op onze bedrijventerreinen dan in de dorpskernen.

 

De gemeente Malle stelt zich de vraag welke oplossingen er voorzien worden indien de provincieraad dit standpunt wil behouden.

 

  1. Bedrijvigheid - Ontwikkelingsperspectieven voor de ruimtelijk-economische structuur – oude tramsite  p. 225

 

De oude tramstatie is gelegen op de rand van het woongebied, omringd door landbouwgebied. De

excentrische ligging en de nabijheid van de open ruimte maakt dat het geen geschikte locatie meer is voor bedrijvigheid. In plaats daarvan dient een herbestemming naar agrarisch gebied te gebeuren, aansluitend bij de omgeving.

 

Visie ontwerp beleidsplan van de provincie Antwerpen

 

De provincie Antwerpen stelt voor om de doorstreepte passage te schrappen omdat bij de ontwikkelingsperspectieven voor de ruimtelijk-economische structuur p. 44-45 staat dat we willen inzetten op duurzame groei van industriële, ambachtelijke en logistieke zones. Nieuwe economische ruimtevragen willen we maximaal voorzien binnen de bestaande goed gelegen ruimte. Dit is een ambitie die zich zowel in de kernen als op de bedrijventerreinen situeert. We willen de bestaande economische ruimte maximaal behouden, versterken en optimaliseren.

 

Vanuit het uitgangspunt ‘behoud van ruimte, niet van de plek’ zetten we maximaal in op het behouden van de bestaande capaciteit. Op goed gelegen locaties zetten we in op hoger rendement, optimalisatie en herstructurering. Door de passage uit het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan verdwijnt er ruimte voor bedrijvigheid, wat niet in overeenstemming is met het provinciaal beleidsplan ruimte Antwerpen.

 

Het laten uitdoven van een KMO-terrein zonder compensatie op een andere locatie doet de hoeveelheid economische ruimte in de provincie dalen. Dit is niet in overeenstemming met de bepalingen uit het beleidskader.

 

Advies gemeente Malle

 

Er is ruimtelijk geen bezwaar tegen het behoud van deze KMO-zone. Er moet wel over gewaakt worden dat de invulling geen negatieve impact heeft op het aangrenzende woongebied en agrarisch gebied en dat de nodige buffering wordt voorzien.

 

  1. Bedrijvigheid - Ontwikkelingsperspectieven voor de ruimtelijk-economische structuur – visie en concepten – Kappelakkers (oude tramsite), Slachterijstraat en Salphensebaan p. 225

 

Kapelakkers

 

Slachterijstraat

Salphensebaan

 

Wanneer de economische activiteiten in een aantal kleinere industrieterreinen uitdoven, dient een nieuwe bestemming gezocht te worden. Momenteel stelt dit probleem zich in het gebied langs Kappelakkers, Slachterijstraat en Salphensebaan.

 

De bedrijvigheid in de Salphensebaan is enkel bereikbaar via een woonwijk en ligt bovendien op de grens van het bebouwde weefsel. Daarom is bij uitdoving van de huidige activiteit, geen nieuwe bedrijvigheid gewenst. In plaats daarvan dient een herbestemming naar agrarisch gebied te gebeuren, aansluitend bij de omgeving.

 

Visie ontwerp beleidsplan van de provincie Antwerpen

 

De provincie Antwerpen stelt voor om de doorstreepte passage te schrappen omdat in het ontwerp-beleidskader ‘Verdichten en ontdichten van de ruimte’ – Bedrijvigheid, p. 44-45 staat dat we willen inzetten op duurzame groei van industriële, ambachtelijke en logistieke zones. Nieuwe economische ruimtevragen willen we maximaal voorzien binnen de bestaande goed gelegen ruimte. Dit is een ambitie die zich zowel binnen de kernen als op de bedrijventerreinen situeert. Wij willen de bestaande economische ruimte maximaal behouden, versterken en optimaliseren. Vanuit het uitgangspunt ‘behoud van ruimte, niet van plek’ zetten we maximaal in op het behouden van de bestaande capaciteit. Op goed gelegen locaties zetten we in op hoger rendement, optimalisatie en herstructurering. Door de passage uit het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan verdwijnt er ruimte voor bedrijvigheid, wat niet in overeenstemming is met het provinciaal beleidsplan ruimte Antwerpen.

 

Het laten uitdoven van een KMO-terrein op een andere locatie doet de hoeveelheid economische ruimte in onze provincie dalen. Dit is niet in overeenstemming met de bepalingen uit het beleidskader.

 

Advies gemeente Malle

 

Kapelakkers (oude tramsite)

 

Er is ruimtelijk geen bezwaar tegen het behoud van deze KMO-zone. Er moet wel over gewaakt worden dat de invulling geen negatieve impact heeft op het aangrenzende woongebied en agrarisch gebied en dat de nodige buffering wordt voorzien.

 

Slachterijstraat

 

Op 24 april 2006 werd het bijzonder plan van aanleg (BPA) ‘Slachthuis’ goedgekeurd waarbij de gewestplanbestemming van milieubelastende industrie werd omgevormd naar een zone voor volkswoningbouw, vrijstaande, halfopen en gesloten woningen. Momenteel is deze site bijna volledig bebouwd volgens de bestemming van het BPA. Het schrappen van deze bepaling uit het GRS is bijgevolg zonder voorwerp geworden.

 

Salphensebaan

 

Op deze site is het bedrijf Oostmalle Cars gevestigd. Voor deze activiteit zijn er stedenbouwkundige vergunningen en milieuvergunningen afgeleverd. De bestendiging van deze activiteit in zijn huidige omvang is ruimtelijk weinig problematisch. Er bestaat geen bezwaar tegen het schrappen van deze bepaling uit het GRS voor deze locatie gezien de huidige vergunde invulling van de site.

 

Een uitbreiding van de huidige activiteiten op deze locatie is ruimtelijk niet wenselijk, gezien de perifere ligging van de KMO-zone, de aangrenzende woonomgeving, het grenzen aan landschappelijk waardevol agrarisch gebied, waardevol groen en bosgebied en de aanwezigheid van Europees beschermd habitatrichtlijngebied op minder dan 1 km.

 

  1. Bedrijvigheid - Ontwikkelingsperspectieven voor de ruimtelijk-economische structuur – visie en concepten – Zeepakker en KMO-zone BPA ‘Voorkensheide’ p. 230

 

KMO-zone BPA ‘Voorkensheide’

 

Als strategie met betrekking tot het herstructureren van de baanwinkels gelden volgende principes:

- het (ruimtelijk) vastleggen van de bestaande concentraties en beperkingen opleggen met betrekking tot de uitbouw van deze zones. Het gaat om:

- Zeepakker: zone voor milieubelastende industrie. Hier zijn commerciële activiteiten enkel toegelaten in de bestaande gebouwen, nieuwe inplantingen zijn niet toegelaten;

- langsheen de N12, ten oosten van Oostmalle: het gaat om zonevreemde locaties, die bovendien excentrisch gelegen zijn ten opzichte van de kern. Hier zijn daarom ook geen verdere ontwikkelingen mogelijk en een uitdoofbeleid wordt gehandhaafd;

- langsheen de N14: het gaat om KMO-zone (BPA Voorkensheide). De bestaande situatie wordt bestendigd. Verdere ontwikkelingen zijn niet mogelijk. De bestemming blijft behouden.

- geen nieuwe inplantingen buiten deze zones ‘moratorium’

 

Visie ontwerp beleidsplan van de provincie Antwerpen

 

De provincie Antwerpen stelt voor om de doorstreepte passage te schrappen omdat in het ontwerp-beleidsplan ‘Levendige kernen’ – Verweving, p. 22-23 staat nl. dat alle activiteiten die verweefbaar zijn, zich prioritair in de kernen moeten vestigen. Vooral in kernen willen we verweving stimuleren tussen wonen, werken, horeca, recreatie en andere voorzieningen en het handelsapparaat.

 

In het ontwerp-beleidskader ‘Levendige kernen’- uitdaging: Detailhandel, p. 40 staat ook dat kernwinkelgebieden het merendeel van de detailhandelsvestigingen herbergen. In de kernwinkelgebieden kunnen alle soorten winkels, ongeacht hun grootte en aanbod, in principe hun plaats vinden.

 

In het ontwerp-beleidskader ‘Verdichten en ontdichten van de ruimte’ - bedrijvigheid, p. 48 staat dat bedrijventerreinen a priori voorbehouden blijven voor bedrijvigheid die niet in een kern kan verweven worden. Daarnaast staat in hetzelfde beleidskader onder het hoofdstuk ‘Detailhandel’ op p. 54 dat er in principe geen detailhandel op bedrijventerreinen toegestaan is.

 

Advies gemeente Malle

 

Zeepakker

 

Het schrappen van deze bepalingen uit het ruimtelijk structuurplan van de gemeente bedreigt de toekomstmogelijkheden van de huidige activiteiten op deze site gezien ze strijdig zijn met de huidige gewestplanbestemming van milieubelastende industrie. 

 

De gemeente Malle wenst de huidige activiteiten op de site Zeepakker te bestendigen. De invulling van de huidige site is historisch gegroeid en grotendeels vergund. De site is gelegen in het centrum van Westmalle in de onmiddellijke omgeving van woningen. Ruimtelijk gezien zitten de huidige functies op een gepaste locatie. Milieubelastende industrie hoort eerder thuis in onze bedrijventerreinen dan in de dorpskernen.

 

KMO-zone BPA ‘Voorkensheide’

 

Op de site in het BPA ‘Voorkensheide’ zitten momenteel Speed-8-Classics (verkoop oldtimers), 2wheels (verkoop motorvoertuigen), Inspiration decors (verhuur van decors, themadecoratie, props en rekwisieten), Aqua-park (zwembaden, sauna’s, …) en Fintro. In het BPA is deze zone ingekleurd als ambachtelijke zone waar volgende bestemmingen toegelaten kunnen worden:

De huidige activiteiten zijn strijdig met de bepalingen van het geldende BPA. De bepalingen in het GRS hebben tot doel om de huidige functies op deze locatie te bestendigen. Het schrappen van deze bepalingen uit het GRS bedreigt de toekomstmogelijkheden van de huidige activiteiten op deze site.

 

De gemeente Malle wenst de huidige activiteiten op deze locatie te bestendigen. In de nabije omgeving van deze ambachtelijke zone is een woonomgeving aanwezig. De huidige aanwezige activiteiten hebben slechts een beperkte impact op de woonomgeving en overschrijden de draagkracht van deze omgeving niet.

 

Tot slot vraagt de gemeente Malle om rekening te houden met de eigenheid van de industrieterreinen op grondgebied van de gemeente Malle zoals ze tot op vandaag uitgegroeid zijn. In de praktijk situeren zich thans bedrijven die niet onder de noemer milieubelastende industrie te categoriseren zijn maar wel hun weg hebben gevonden naar de bedrijventerreinen omdat de aard van de bedrijvigheid niet inpasbaar is op andere stukken grond. Het gaat vaak om kleine en middelgrote ondernemingen die ook een economische ruimtevraag hebben maar op problemen botsen omdat het niet gaat om een milieubelastende ruimtevraag. Ook voor deze bedrijven moeten toekomstperspectieven worden geboden.

Beraadslaging

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht onderhavig punt toe.

 

Raadslid Alex Van Loon stelt akkoord te zijn met het advies. Hij licht toe dat de indruk gewekt wordt dat de provincie industriegebied wil vrijwaren. Als Malle de zone aan Zeepakker wil wijzigen naar bijvoorbeeld woonzone, gaat de provincie dan in beroep gaan?

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het een terechte bedenking is. Het is op zich niet onlogisch dat de provincie industriegebied wil vrijwaren. Als industriegebied vandaag voor andere zaken wordt gebruikt, dan gaat men greenfields moeten aansnijden. De redenering die gemaakt wordt, is op zich logisch, maar de Zeepakker is natuurlijk een situatie die historisch gegroeid is en waar de provincie zelf in het verleden ook mogelijk vergunningen heeft afgeleverd. Dit zou zo moeten kunnen behouden blijven.

 

De gemeenteraad besluit bij 21 ja stemmen en 1 onthouding (Wim Vervloet)

 

Artikel 1 – kennis te nemen van de adviesvraag van de provincie Antwerpen over het ontwerp beleidsplan ruimte Antwerpen.

 

Artikel 2 – een gunstig advies te verlenen voor:

         het behoud van de KMO-zone oude tramsite

         het behoud van de KMO-zone Salphensebaan

 

Artikel 3 – een voorwaardelijk gunstig advies te verlenen voor:

         het niet verder stimuleren van wonen buiten de kernen op voorwaarde de vigerende basisrechten voor zonevreemde constructies gewaarborgd blijven

 

Artikel 4 – een ongunstig advies te verlenen voor:

         de categorisering van de dorpskern van Oostmalle als dorpskern met potentie en de dorpskern van Westmalle als dorpskern. De gemeente Malle is autonoom bevoegd voor haar eigen woonbeleid en wil een ruimtelijk beleid voeren waarbij de twee dorpskernen evenwaardig behandeld worden en waarbij het opvangen van bijkomende huishoudens mogelijk is via kwalitatieve kernversterking, maar zonder het verlies van haar landelijke identiteit.

         het behoud van de zone voor milieubelastende industrie Zeepakker. De gemeente Malle wenst de huidige activiteiten op de site Zeepakker te bestendigen.

         het behoud van de zone voor milieubelastende industrie Slachterijstraat. De bestemming van deze zone werd gewijzigd naar een zone voor volkswoningbouw, vrijstaande, halfopen en gesloten woningen door het BPA ‘Slachthuis’.

         het behoud van de ambachtelijke zone BPA ‘Voorkensheide’. De gemeente Malle wenst de huidige activiteiten op deze locatie te bestendigen.

 

Artikel 5 – te vragen rekening te houden met de historische ontwikkeling van niet-milieubelastende bedrijven op de huidige economische ruimte en hun toekomst- en uitbreidingsmogelijkheden niet te hypothekeren.

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Overheidsopdrachten - lastvoorwaarden en gunningswijze 2023005 - weg -en rioleringswerken in Stijn Streuvelslaan (project nr. K-11-089) - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

De riolering in de Stijn Streuvelslaan is aan vernieuwing toe, zowel de riolering als de heraanleg van de weg wordt door Pidpa verzorgd. Pidpa treedt op als aanbestedende overheid.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad

 

Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

 

Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht

 

Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen

 

Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36

 

Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen

 

Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen

 

Motivering

  

In het kader van de opdracht “Weg-en rioleringswerken in Stijn Streuvelslaan" werd een bestek met nr. K-11-089 opgesteld door Pidpa.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen, de volledige kost wordt gedragen door Pidpa.

Beraadslaging

 

Schepen Yannis Leirs geeft toelichting bij onderhavig punt.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt of de waterdoorlatende betontegels in een verharde ondergrond worden gelegd.

 

Schepen Yannis Leirs stelt het te zullen navragen.

 

De gemeenteraad besluit bij 22 ja stemmen

 

Artikel 1 - het bestek met nr. K-11-089 “Weg-en rioleringswerken in Stijn Streuvelslaan”, opgesteld door Pidpa, goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten.

 

Artikel 2 - dat bovengenoemde opdracht gegund wordt bij wijze van de openbare procedure.

 

Artikel 3 - dat de aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Interpellatie over het verdelen van gele dozen met medische informatie

 

Raadslid Alex Van Loon licht onderhavig punt toe:

"In de gemeenteraad van 26 november 2020 vroeg ik of Malle overwoog om voor alle inwoners boven 65 jaar een gele doos te voorzien met medische informatie. De doos wordt bewaard in de koelkast en is bedoeld om bij noodgevallen hulpverleners te informeren over aandoeningen, allergieën en medicijnen. De koelkast is een herkenbare plek voor hulpverleners, waardoor zij veel tijd kunnen besparen.

 

Het antwoord van het schepencollege was toen dat de gemeente Malle het voorstel zou voorleggen aan de eerstelijnszone. Onlangs vernam ik dat einde 2022 elke 80-plusser in Malle, Schilde, Wijnegem, Zandhoven en Zoersel een gele doos kon ophalen in de apotheek.

 

Ik vraag me af waarom dit beperkt blijft tot de 80-plussers. In Balen, Mol en Retie krijgen alle inwoners boven 65 jaar, personen met een beperking en chronisch zieken die thuis wonen zo’n gele doos.

 

De kostprijs lijkt me alvast geen probleem te vormen. In een debat in de gemeenteraad van Zoersel stelde een schepen destijds dat de aankoop van een gele doos minder dan 1 EUR kost.

 

Ik stel ook voor om de inhoud van de gele brooddoos uit te breiden met een vermissingsfiche voor personen met dementie, contactgegevens van de huisarts en van naaste familie en met concrete info waar een huisdier terecht kan bij een ziekenhuisopname van zijn baasje."

 

Raadslid Alex Van Loon stelt volgende vragen:

         "Waarom is de gele doos enkel aan 80-plussers bezorgd en niet aan inwoners tussen 65 en 80 jaar?

         Wordt overwogen om de gele doos ook te bezorgen aan personen met een beperking en chronisch zieke personen?

         Wat vindt het schepencollege van mijn voorstel om de inhoud van de gele brooddoos uit te breiden met een vermissingsfiche voor personen met dementie, contactgegevens van de huisarts en van naaste familie en met concrete info waar een huisdier terecht kan bij een ziekenhuisopname van zijn baasje?"

 

Schepen Elisabeth Joris geeft een toelichting. Volgende elementen komen onder andere aan bod:

         De oorsprong van de gele doos lag bij de seniorenraad. Het idee werd meegenomen naar de eerstelijnszone. Er is toen gekozen voor de uitrol van een proefproject bij 80-plussers. Het project zal geëvalueerd worden.

         Via de website van Orion kan een papier met betrekking tot dementie mee in de brooddoos gestoken worden.

         Het voorstel van de dieren is waardevol. Dit wordt meegenomen naar de eerstelijnszone.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Interpellatie over het parkeren aan de cohousing in de Kasteellaan

 

Raadslid Wim Vervloet licht onderhavig punt toe:

"Op de gemeenteraad van 27 mei 2021 en 26 augustus 2021 hield ik al eens een tussenkomst over de parkeermogelijkheid, parkeergelegenheid en parkeerproblematiek ter hoogte van het Cohousing project in de Kasteellaan.

 

In het Cohousing project zou privé auto bezit sterk worden afgeraden (doch kan men dit niet verbieden). Men moet dus rekenen op de goodwil van de bewoners.

 

Er werd toen gesteld dat wanneer er toch gebruik gemaakt zou worden van privé auto’s, de gemeente naar de aanvrager kijkt om het nodige in orde te brengen. De nodige garanties zouden door de aanvrager ook gegeven zijn.

 

Als ik nu enkele omwonenden hoor zouden er verscheidene bewoners toch in het bezit zijn van een privé auto.

Daarnaast werden er nog steeds geen markeringen geschilderd aan de doorrit naar achter waar de deelauto normaal gezien zou moeten staan.

 

Als we de afgelopen jaren naar het parkeerbeleid kijken en naar wat er de laatste tijd gaande is aan o.a. het hopping punt in Oost- en het bergplein in Westmalle om maar enkele voorbeelden te geven. Dan zie ik toch steeds dezelfde problematiek terugkomen."

 

Raadslid Wim Vervloet stelt volgende vragen:

         "Er zou één deelauto voorzien zijn. Naar wat ik hoor zou deze er (nog) niet zijn.

         Heeft de gemeente al contact gehad met de aanvrager aangezien er wel privéauto’s zouden zijn en men toch de nodige garanties gekregen heeft van de aanvrager.

         Worden de markeringen om te parkeren zo snel mogelijk in orde gebracht ter hoogte van de doorgang. En kan men daarnaast bij de huizen met een oprit in de straat een markering aanbrengen verboden te parkeren.

         Wat wanneer men zich niet aan de afspraken houdt."

 

Burgemeester Sanne Van Looy geeft een toelichting. Volgende elementen komen onder andere aan bod:

        Er wordt verwezen naar wat er reeds gezegd is tijdens de vorige gemeenteraad.

        Er is een deelauto beschikbaar.

        De afspraken werden nog eens in herinnering gebracht.

        De aanvrager moet zelf een sticker hangen.

        Er kan niet verboden worden dat mensen een auto meenemen.

        Het project wordt bekeken als voorbeeld voor wonen voor senioren.

 

Raadslid Wim Vervloet stelt voorspeld te hebben dat dit ging gebeuren. Hij wijst er op dat er ook nog witte lijnen getrokken moeten worden en dat er altijd een auto voor de inrit staat. Bovendien is de parkeerdruk groter geworden. Raadslid Wim Vervloet raadt aan om lijnen te trekken om aan te duiden waar wel en niet geparkeerd mag worden.

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat er niet voor een garage of een inrit geparkeerd mag worden. Dat is de wegcode. Op gewestwegen wordt er al wel eens signalisatie voorzien omdat de inrit daar soms meer verstopt zit. Daar wordt met tegels gewerkt.

 

Raadslid Wim Vervloet stelt te begrijpen dat het niet overal gebeurt, maar op drukke plaatsen zou het toch een meerwaarde zijn. Hij wijst er op dat vooraan aan de pizzeria wel witte lijnen staan.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat de bewoners er ook nog maar net wonen en dat alles zich nog wat moet zetten.

 

Raadslid Kris Mintjens verwijst naar het project van De Bonten Os waar hij zelf het parkeervak en het plantvak moest opschuiven en een tegel moest voorzien. Dat heeft 3.700 euro gekost. Als de gemeente dat wil, dan moet het bij iedereen opgelegd worden.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat voor alle bezorgdheden reeds lang geleden werd verwittigd. Het blijkt nu een gewoon woonproject te zijn en nu zit de gemeente met de problemen. De bouwheer heeft het goed gespeeld, aldus raadslid Paul Van Ham.

 

Burgemeester Sanne Van Looy vraagt of er objectieve vaststellingen gedaan zijn.

 

Raadslid Wim Vervloet stelt dat best gewoon eens in de straat gekeken wordt.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Interpellatie over adviezen

 

Raadslid Tom Lauryssen licht onderhavig punt toe:

"Bij de notulen van het CBS op 12/12/2022 las ik dat er een voorwaardelijke vergunning werd gegeven voor de heraanleg van een pony/paardenpiste.

 

Hierbij heeft 1 iemand een klacht ingediend.

 

Blijkbaar is er op basis van deze éne klacht op dit dossier een volledige wijziging geweest en heeft het CBS dit advies blindelings gevolgd.

 

We profileren ons als zogenaamde zorggemeente en ook als kindvriendelijke gemeente, of vergis ik mij hierin?"

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt volgende vragen:

         "Zijn we als gemeente echt uit op enkel theoretische beslissingen, en negeren we het menselijke aspect?

         Hoe gaat men dit toekomstgericht aanpakken?

         Kan dit herbekeken worden op het CBS?"

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat de omgevingsvergunningsaanvraag behandeld werd in navolging van een handhavingstraject. Er werd samen gezocht naar een oplossing. De verleende vergunning is die oplossing. Bij de meeste aanvragen is er een openbaar onderzoek. Iedereen kan een bezwaar indienen. Er werd in dit dossier een bezwaar ingediend. Maar los van het bezwaar is het logisch dat een groene buffer voorzien wordt gelet op de woonomgeving. Tegen de verleende omgevingsvergunning is geen beroep ingediend. De gemeente gaat er dan ook van uit dat iedereen het eens is met de vergunning.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt om de groenbuffer eens samen te vatten.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat dit in de vergunning moet nagezien worden.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat 5 meter moet voorzien worden, maar dat dan de toegang tot de stal in gedrang komt.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat als de aanvrager niet akkoord was, hij in beroep kon gaan.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat het spijtig is dat de groenbuffer geen rekening houdt met de stal.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het eigenlijk toch niet de bedoeling kan zijn om individuele dossiers in de gemeenteraad te gaan bespreken.

 

Raadslid Wim Vervloet stelt dat hij het probleem kent en dat hij raadslid Tom Lauryssen voor een stuk volgt. Er zouden ook andere oplossingen mogelijk moeten zijn.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Interpellatie over het vliegveld Malle

 

Raadslid Tom Lauryssen licht onderhavig punt toe:

"Sinds kort is bekend geraakt dat er drastisch onthard gaat worden op het voormalige Navo vliegveld in Malle om hier een stukje Europese topnatuur tot stand te brengen. Allemaal mooi en flaterend maar elke medaille heeft een keerzijde.

 

In hoeverre heeft Malle hier mee onderhandeld in dit dossier?"

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt volgende vragen:

         "Wat is de totale kostprijs van de ontharding

         Is er bekeken naar een alternatief

         Men spreekt om eerst de gevaarlijke stoffen te verwijderen alvorens over te gaan tot ontharding. Mogen we weten welke stoffen of producten dit zijn?

         Langs welke dorpskern zullen de vrachtwagens gaan afvoeren richting haven? Op welke manier, ruw of gebroken?"

 

Schepen Wouter Patho geeft een antwoord. Volgende elementen komen onder andere aan bod:

        Het ontharden is geen doel op zich, maar zal er voor zorgen dat er topnatuur in Malle kan komen. Het is goed dat Vlaanderen zo snel actie neemt.

        Destijds werd de gemeente bij het dossier betrokken wanneer het over de bestemming ging.

        Wat de kosten zijn, daar heeft de gemeente geen zicht op.

        Voor het verwijderen van verharding is geen omgevingsvergunning nodig. Voor het verwijderen van gebouwen is mogelijk wel een vergunning nodig. Dat is afhankelijk van het volume van de gebouwen.

        Beton wordt gebroken, blijft ter plaatse en wordt later stelselmatig afgevoerd.

        De zand en keienzone in de funderingslaag wordt uitgezeefd. De keien worden afgevoerd en hergebruikt. Het zand blijft ter plaatse.

        Gevaarlijke afvalstoffen worden afgevoerd conform de bestaande regelgeving.

 

Raadslid Tom Lauryssen stelt dat op sociale media werd geopperd om gewoon grond over de verharding te kappen, zo kan je de verhardingen later misschien nog terug gebruiken.

 

Schepen Wouter Patho stelt dat naar een bepaalde bodem gegaan moet worden, dat zal waarschijnlijk niet gaan als er beton onder blijft zitten. Schepen Wouter Patho geeft aan niet op de hoogte te zijn welke afwegingen Vlaanderen gemaakt heeft.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt wat dat van de gevaarlijke afvalstoffen betekent.

 

Schepen Wouter Patho stelt dat bijvoorbeeld aan teerhoudend asfalt gedacht zou kunnen worden.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt wat de nadelen zijn van de werken op het bestaand natuurgebied.

 

Schepen Wouter Patho stelt dat er via de meest innovatieve technieken gewerkt zal moeten worden.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt hoeveel CO2 uitstoot er zal zijn. Raadslid Tom Lauryssen stelt dat er heel wat bomen voor nodig zijn om het te compenseren.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat er een strenge natuurtoets wordt opgelegd en dat er conform het bodemdecreet zal gewerkt worden.

 

Schepen Wouter Patho licht toe dat volgens de gegeven toelichting de afvoer via Lille zou gebeuren omdat het de kortste weg is naar de autostrade.

 

Raadslid Eddy Krijnen vraagt of de gemeente op de hoogte gehouden wordt van eventuele verontreiniging.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat de gemeente conform de regelgeving op de hoogte zal gehouden worden.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Interpellatie over het fietspad tussen Westmalle en Sint-Antonius

 

Raadslid Paul Van Ham licht onderhavig punt toe:

"Burgemeester,

Collega’s,

“Weinig tot geen schot in de zaak voor nieuw fietspad tussen Westmalle en Sint-Antonius” konden we lezen in de GVA.

Sinds juni vorig jaar werd er geen enkel bijkomend akkoord gesloten voor de noodzakelijke

grondverwervingen voor de aanleg van een nieuw, veilig fietspad tussen Westmalle en Sint-Antonius.

In september voerde de Fietsersbond samen met de gemeenten Zoersel en Malle er nog nochtans

actie voor een snellere realisatie. “Gedaan met surplacen”, klonk het toen hoopvol.

 

Het enige dat er gebeurde, is dat er bijkomend 12 aktes werden verleden voor gronden waarvoor voordien al een akkoord bestond. Dat vernam Vlaams parlementslid Katrien Schryvers (CD&V) in antwoord op een parlementaire vraag.

 

Uit die info die Schryvers kreeg blijkt dat in juni 2022 er in totaal al 76 aktes waren verleden, terwijl er daarnaast nog voor 15 grondinnames een akkoord was gesloten met de eigenaar, maar de akte nog moest worden verleden. Volgens nieuwe cijfers die het parlementslid opvroeg, stond eind januari 2023 de teller voor het aantal verleden aktes op 88, en was er sprake van 3 akkoorden waarvoor de akte nog moet worden verleden.

 

“Er is met andere woorden op meer dan zes maanden tijd geen enkel bijkomend akkoord gesloten”, reageert het parlementslid onthutst.

 

Kortom, niettegenstaande de beloftes en intenties geformuleerd tijdens de actie van de Fietsersbond september laatstleden gaat het ‘surplacen’ gewoon verder."

 

Raadslid Paul Van Ham stelt volgende vragen:

         "Heeft het college, zoals beloofd in september een brief verstuurd naar de minister?

         Zo ja, wat was het antwoord?

         Hebben de NV-A collega's, de directe link met de Vlaamse Overheid, nog andere initiatieven genomen?

         Welke stappen gaat het college nog nemen om een en ander te deblokkeren?"

 

Schepen Dirk Gerinckx dankt om het dossier mee warm te houden en geeft een toelichting waarbij onder andere volgende elementen aan bod komen:

         Er werd een brief gestuurd naar minister Peeters om ze uit te nodigen om mee te komen fietsen. Ze heeft geantwoord en voorgesteld om een digitaal overleg te houden. Na het overleg werd bevestigd dat ze de bekommernissen van de gemeente deelt en stelde ze dat er geld voorzien was.

         Ondertussen is gebleken dat budgetten staan ingepland, maar dat ze nog niet zijn goedgekeurd. Bovendien is het zo dat er voor deze regio maar één iemand bezig is met de voorbereiding van onteigeningen. Dat werkt niet. Het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) heeft geopperd om een externe onderhandelaar aan te stellen of via een systeem te werken waarbij er een zitdag is in het gemeentehuis waar dan iemand van AWV aanwezig is. Op 8 maart wordt hierover meer informatie verwacht.

 

Schepen Dirk Gerinckx stelt de kanalen in Brussel aan te spreken en roept op dat elke fractie dit ook doet.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat dossiers als het hoppinpunt misschien als hefboom kunnen gebruikt worden.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Interpellatie over de vernieuwing en herstelling van wegen op het industrieterrein van Malle - aanleg fietspad

 

Raadslid Paul Van Ham licht onderhavig punt toe:

"Burgemeester,

Collega’s,

In het verslag van het college van 29/12/22 las ik dat de plaatsingsprocedure voor de opdracht 2022009 ‘ereloonovereenkomst voor de vernieuwing en herstelling van wegen op het Industrieterrein van Malle – aanleg fietspad’ werd stopgezet en dat de opdracht niet werd gegund."

 

Raadslid Paul Van Ham stelt volgende vragen:

         "Waarom werd dit stopgezet?

         Is het college nog zinnens dit opnieuw op te starten?

         Zo ja, wanneer?"

 

Schepen Yannis Leirs licht toe dat het initieel ingeschreven bedrag niet voldoende bleek te zijn. Daarnaast zijn er stijgende kosten waardoor er gesnoeid moest worden in de budgetten. Er werd hierover met het bedrijvenpark gecommuniceerd. Zij konden zich hierin vinden, mits een aantal aanpassingen, zoals bijvoorbeeld de aanpassing van het brandregime van de straatverlichting. Wanneer blijkt dat er voldoende middelen voor handen zijn, zal de procedure terug opgestart worden.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat het dossier dan geschrapt is om budgettaire redenen. Andere dossiers zullen dan niet geschrapt zijn. Waar zit de afweging dan juist?

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat de budgetten nog waren geraamd voor er een grote materialencrisis is gekomen. Extra budget zou sowieso vrijgemaakt moeten worden om het dossier haalbaar te maken. Bij de opmaak van de meerjarenplanning was er nog geen ruimte om die kost bij te passen.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat het dossier dan misschien gesplitst moet worden, enerzijds in de wegenwerken en anderzijds in de aanleg van een fiets- en voetpad.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat dit zeker nog eens bekeken kan worden, maar had begrepen dat het best in één dossier gebeurde. In de loop van het komende jaar zal niettemin duidelijk worden of het project haalbaar is en of de nodige bijpassingen al dan niet kunnen voorzien worden.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Interpellatie over het voorstel tot uitsluiting van het ingenieursbureau Infrabo van toekomstige projecten

 

Raadslid Kris Mintjens licht onderhavig punt toe:

"Naar aanleiding van mijn vraag aan het CBS om de digitale plannen van de herinrichting van het Bergplein, welke werden opgemaakt door Ingenieursbureau Infrabo, ter beschikking te krijgen wil ik dit punt even ter discussie brengen.

 

Graag hadden wij een digitale kopij van dit plan willen gebruiken om samen met enkele mensen binnen onze partij een oefening te maken in hoeverre het ontwerp kan worden aangepast. De bedoeling is een positieve en creatieve inbreng te leveren om een ruim draagvlak te creëren voor dit gevoelige dossier en dit volledig gratis 😊.

 

De vraag om deze digitale tekeningen te bekomen werd door het CBS gesteld aan Infrabo. Blijkt dat dit moeilijk ligt voor het studiebureau die na enig aandringen enkel een tekening in PDF wilde aanleveren en geen digitale tekening in DWG.

 

Wetende dat de gemeente Malle een aanzienlijk ereloon betaalt aan dit bureau om dit project uit te voeren en wetende dat je dan ook recht heb op deze plannen onder welke vorm dan ook, vinden wij dit een onaanvaardbare houding van dit Ingenieursbureau. Zo behandel je een goede en solvabele klant als de gemeente Malle niet!!!!"

 

Raadslid Kris Mintjens stelt volgende vragen:

         "Graag een laatste poging/vraag aan ingenieursbureau Infrabo om deze plannen alsnog ter beschikking te krijgen onder een DWG formaat

         Indien op deze vraag niet wordt ingegaan binnen de 10 dagen na vraagstelling, dit studiebureau uit te sluiten voor alle toekomstige projecten."

 

Burgemeester Sanne Van Looy geeft een toelichting. Volgende elementen komen aan bod:

         Het lijkt op het eerste zicht een eenvoudige vraag, waar vanuit een buikgevoel een eenvoudig antwoord op gegeven kan worden. Gevoelsmatig is de eerste reactie ook om die plannen, als we ze hadden, gewoon te bezorgen. Niettemin is de vraag complexer en het antwoord genuanceerder dan dat. Het gaat in sé over de rol van een gemeenteraadslid en de afspraken waaraan een gemeente zich in het kader van behoorlijk bestuur ook moet houden.

         De vragen gaan enerzijds over het inzagerecht van een raadslid en anderzijds over de regels met betrekking tot het auteursrecht en de bepalingen met betrekking tot de overheidsopdracht in het bestek.

         Een dwg-bestand slaat alle data van een ontwerp op. Bijvoorbeeld het ontwerp zelf, maar ook geometrische gegevens, kaarten, foto's, metadata enzovoort die bij het dwg-bestand horen. Van 2D tot 3D en van vectortekening tot oppervlaktemodel, in een dwg-bestand worden alle gegevens vastgelegd. Die veelzijdigheid verhoogt ook de gebruiksmogelijkheden. Er zitten zo dus ook bijvoorbeeld lagen en een bibliotheek achter die door Infrabo werden ontwikkeld en waarop een auteursrecht lijkt te rusten.

         Meestal bekomt de gemeente allerlei ontwerpplannen in PDF-formaat en niet in dwg-formaat. Als een dossier afgerond is, wordt een as-built plan gevraagd. Op dat moment kan daar wel een dwg-bestand bij zitten.

         Met betrekking tot het inzagerecht wordt op glad ijs getreden. Het inzagerecht is uitgebreid voor raadsleden, maar niet onbeperkt. Bovendien moet het inzagerecht verband houden met de taken van de gemeenteraad die bestaan uit de voorgestelde beslissingen die het college van burgemeester en schepenen bespreken en erover stemmen, de begroting bespreken en erover stemmen en het controlerecht uitoefenen. Het inzagerecht heeft voornamelijk betrekking op dat controlerecht. Het inzagerecht dient om zich te kunnen inwerken en voorbereiden op de gemeenteraad. Het inzagerecht betekent echter niet automatisch een recht op afschrift. Bijvoorbeeld kan een raadslid documenten waar een auteursrecht op rust inkijken, maar er daarom geen afschrift van krijgen. Dat bevestigt ook het Agentschap Binnenlands Bestuur. De gemeente is dus op zoek gegaan naar een oplossing om zo goed als mogelijk tegemoet te komen aan de vraag van raadslid Kris Mintjens. Het plan van de bestaande toestand werd dan ook in PDF-formaat bezorgd. Op die manier kan men zich inwerken en voorbereiden op de gemeenteraad.

         Er is geen enkele reden om niet met Infrabo samen te werken. Ze werken conform het bestek.

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht nog toe dat ze hoorde dat een PDF-formaat gemakkelijk om te zetten zou zijn in een dwg-formaat.

 

Burgemeester Sanne Van Looy wijst er tot slot op dat de grenzen van de deontologie worden benaderd. Infrabo gaf aan dat ze telefoon hebben gekregen van raadslid Kris Mintjens. Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat ze niet bij het telefoongesprek was en dat ze niet weet wat er als dan niet gezegd is, maar Infrabo gaf aan dat er op een onvriendelijke en dreigende wijze geëist werd om plannen in dwg-formaat over te maken en als dat niet zou gebeuren dat er dan voor gezorgd zou worden dat de gemeente Malle nooit meer met Infrabo zou samenwerken. Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het haar geen goede evolutie lijkt dat raadsleden zelf contact opnemen met een dienstverlener van de gemeente Malle om dergelijke boodschap te geven, uiteraard in de veronderstelling dat wat Infrabo aangeeft, klopt. Burgemeester Sanne Van Looy citeert uit het handboek 'De Gemeenteraad': "Een gemeenteraadslid heeft geen persoonlijke bestuursbevoegdheid. Alleen door en in de gemeenteraad kan hij deelnemen aan het bestuur van de gemeente. In de gemeenteraad heeft hij medezeggenschap over alle zaken die door de voorzitter van de gemeenteraad aan de beraadslaging en stemming worden onderworpen tenzij een decretale bepaling hem dat recht uitdrukkelijk ontzegt."

 

Raadslid Kris Mintjens stelt dat hij een secretaresse aan de lijn heeft gehad. Hij stelde teleurgesteld te zijn in de houding van Infrabo. Er wordt van een mug een olifant gemaakt, het gaat gewoon over een eenvoudig bestand. Raadslid Kris Mintjens stelt dat hij het gewoon invoert en er dan kan op beginnen tekenen. Het gaat hier over eindeloze regelgeving en muggenzifterij, die waarschijnlijk wel juist zal zijn. De essentie van de zaak wordt evenwel vergeten. Raadslid Kris Mintjens stelt gewoon te willen mee denken over en bijdragen aan het Bergplein. Hij stelt het plein ook te kunnen gaan meten. Dat duurt twee dagen, terwijl Infrabo het gewoon van het schap kan halen. De gemeente is klant en betaalt veel geld. Het is bedroevend dat inbreng op deze manier wordt geblokkeerd. Er wordt eindeloos geëmmerd over regelgeving, terwijl het daar eigenlijk niet over gaat. De fractie wil gewoon mee helpen. Met een dwg-formaat kan dat gemakkelijker dan met een PDF-formaat.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het hem siert dat hij zich wil inzetten, maar het bestuur moet zich ook correct gedragen en moet een code nalezen.

 

Raadslid Kris Mintjens stelt dat daar het land aan ten onder gaat op lange termijn. De administratie is gedoemd om uit te breiden. Waar ik vroeger één blad moest indienen voor een dossier, heb ik nu veertig bladzijden nodig om een dossier in te dienen. Het is nu eenmaal zo, maar het werkt niet.

 

Raadslid Paul Van Ham geeft nog mee dat een PDF-formaat omzetten naar een dwg-formaat enkel kan als het een bewerkbaar PDF-bestand is. Hij vermoedt dat het aangeleverde bestand geen bewerkbare PDF is.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Interpellatie over het gebruik van de pastorij aan de Berckhovenstraat voor het voltrekken van een huwelijk

 

Raadslid Kris Mintjens licht onderhavig punt toe:

"Recent werd me de vraag gesteld waarom de pastorij gelegen aan de Berckhovenstraat in Westmalle niet mag gebruikt worden voor het voltrekken van een huwelijk. Blijkbaar werd deze vraag gesteld aan onze Burgemeester Sanne van Looy, welke te kennen gaf dat dit niet mogelijk was.

 

Wij vinden echter dat het ter beschikking stellen van onze mooie pastorij voor het voltrekken van een huwelijk zeker moet kunnen. Dit biedt bovendien de mogelijkheid om in dezelfde locatie aansluitend aan de ceremonie een receptie aan de genodigden aan te aanbieden. Een ideale combinatie en dit naar analogie met het kasteel De Renesse in Oostmalle.

 

Daar bestaat wel de mogelijkheid om zowel in het oude gemeentehuis als in het kasteel te huwen."

 

Raadslid Kris Mintjens stelt volgende vragen:

         "Om welke reden zou onze mooie pastorij niet in aanmerking komen om een huwelijk te voltrekken?

         Waarom zou dit in onze deelgemeente Oostmalle wel kunnen en in Westmalle niet?"

 

Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat er drie trouwlocaties bepaald zijn in de gemeente: het gemeentehuis, het oud gemeentehuis in Oostmalle en het kasteel in Oostmalle. De pastorij zou een mooie locatie kunnen zijn, maar dan moet het er wel voor ingericht worden. De grootste ruimte is 40m², de trouwzaal in het gemeentehuis is 51m². Vanaf je met wat volk bent, is het dus snel te klein. De pastorij wordt vandaag de dag ook gebruikt voor allerlei activiteiten en tentoonstellingen. Door er een trouw te laten doorgaan, zou je heel wat weekends hypothekeren aangezien een trouw meestal heel lang vooraf wordt vastgelegd, meestal meer dan een jaar vooraf. Verenigingen kunnen evenwel maximaal een jaar vooraf hun activiteiten vastleggen. Niettemin wordt naar een oplossing gezocht voor de mensen in kwestie.

 

Raadslid Kris Mintjens stelt dat de zolder toch een grotere ruimte is.

 

Burgemeester Sanne Van Looy betwijfelt of het er voor voorzien is. Niettemin zijn er drie locaties die voorbehouden zijn voor trouwen. Als we nog een locatie exclusief moeten voorbehouden, gaan er ook wel wat verenigingen in de rats komen.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat het toch niet zo een probleem kan zijn, dat als het vrij is, er een trouw kan doorgaan. De gemeenteraad kan toch beslissen om er een vierde locatie aan toe te voegen.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt als je er mensen wil trouwen, je het ook zo wel moet inrichten en dan bezet je de ruimte voor langere tijd.

 

Raadslid Kris Mintjens vraagt of er de mogelijkheid is om het te onderzoeken.

 

Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het onderzocht is.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023
Overzicht punten

GR van 02 maart 2023

 

Vragen en mededelingen

 

         Raadslid Paul Van Ham verwijst naar een e-mail in verband met de leegstandsheffing die iedereen van de gemeenteraad heeft gehad. Men probeert al heel lang te ontwikkelen, maar de visies veranderen constant. De mensen lopen de muren op. Het college van burgemeester en schepenen besliste om de leegstandsheffing te vragen, terwijl de burgemeester in een mail zelf aangeeft dat het juridisch onzeker is dat deze gevraagd kan worden.
Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat de visie niet constant verandert. Als er ontwerpen worden ingediend die niet in overeenstemming zijn met de goede ruimtelijke ordening, is het aan de ontwikkelaar om er iets mee te doen.
Raadslid Paul Van Ham stelt dat de dienst ruimtelijke ordening in een e-mail naar de dienst financiën stelt dat de burgemeester het innen van de leegstandsheffing juridisch moeilijk haalbaar acht, maar dat er toch mee doorgegaan moet worden.
Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat er tot nu toe nog maar één ontwerp geweest is van een architect die stelt er op vrijwillige basis mee bezig te zijn.

         Raadslid Lennert Vorsselmans vraagt of voor de sporthal en De Notelaar de toiletten nog beschikbaar zijn als openbaar toilet nu er met een badge systeem wordt gewerkt.
Burgemeester Sanne Van Looy stelt dat het een terechte opmerking is die ze vorige week ook gekregen heeft. Er zal geïnventariseerd worden wanneer de infrastructuur open is.
Schepen Elisabeth Joris stelt dat er gewerkt wordt met de seniorenraad aan een plan wanneer je waar terecht kan.
Schepen Wouter Patho vult nog aan dat plaspunten zoals bijvoorbeeld in het gemeentehuis enkel open zijn tijdens de kantooruren.

         Raadslid Kris Mintjens stelt blij te zijn dat het jeugdcomplex 10 jaar geworden is en stelt blij te zijn dat er een drumstel en een basversterker is aangekocht. Niettemin is het onaanvaardbaar dat de muziekwinkel van het dorp geen vraag tot offerte heeft gekregen. Voorzitter Jolien Vrints stelt dat het dossier bekeken zal worden.

         Raadslid Eddy Krijnen vraagt of de fietspaden die er aan de Lierselei zouden komen iets van de lange adem is.
Schepen Dirk Gerinckx stelt dat het inderdaad soms de processie van Echternach lijkt.

         Raadslid Eddy Krijnen stelt dat er aan de ingang van Albert Heijn twee eilandjes gekomen zijn. Hij vraagt of er verlichting komt.
Schepen Dirk Gerinckx stelt hierover volgende week meer informatie te krijgen, maar meent dat er giraffennekken komen.
Raadslid Eddy Krijnen wijst erop dat het voorsorteren aan Albert Heijn nu niet meer gaat.

         Raadslid Ingrid Vrints wijst op de wanorde aan fietsen aan bushalte aan Etap.
Schepen Dirk Gerinckx stelt dat de fietsen iets meer naar het hoekje aan Etap zouden moeten staan. Er is gevraagd of er iets van fietsenstalling kan voorzien worden.

         Raadslid Ingrid Vrints stelt dat er aan de Turnhoutsebaan 174 een groot gat uit het asfalt is.

         Raadslid Tom Lauryssen vraagt hoe het staat met de oversteekplaats aan de Lierselei.
Schepen Dirk Gerinckx stelt dat dit mee wordt opgenomen in het verdere ontwerp van de Lierselei.

         Raadslid Tom Lauryssen wijst erop dat afval te vroeg wordt buiten gezet. Soms wordt er ineens een GAS-boete uitgedeeld, soms niet.
Schepen Wouter Patho stelt dat er getracht wordt om er op verschillende periodes extra aandacht voor te hebben.
Raadslid Tom Lauryssen stelt dat men misschien niet altijd de richtlijnen begrijpt. Misschien kan men de richtlijnen of brieven niet lezen. Zijn deze in het Nederlands, vraagt raadslid Tom Lauryssen.
Schepen Wouter Patho antwoordt dat de brieven in het Nederlands worden geschreven.

         Raadslid Wim Vervloet stelt vast dat het halteren van bussen op de rijbaan het doorgaand verkeer hindert.
Schepen Dirk Gerinckx stelt dat in het kader van de modal shift er meer op de baan gehalteerd wordt.
Raadslid Wim Vervloet stelt dat De Lijn niet alleen op de baan is.

         Raadslid Kris Mintjens stelt dat de mensen van Fiberklaar 12m² zoeken om een cabine te plaatsen. Zij zouden bij alle gemeenten medewerking krijgen, maar in Malle zouden ze de deur gewezen worden.
Burgemeester Sanne Van Looy licht toe dat de mensen van Fiberklaar zijn langs geweest en dat ze zelf een aantal voorstellen hebben gedaan.

         Raadslid Dries De Vry verwijst naar de festiviteiten in mei van de verbroedering. Er is een receptie voor de gastgezinnen. Komende zondag is er een receptie om 14 uur in De Notelaar. De raadsleden zijn ook welkom.

         Raadslid Gert Peeters stelt dat hij zondag naar de winkel ging en niet kon parkeren aan Albert Heijn. Van wie is de eigendom, vraagt hij zich af.
Verschillende raadsleden stellen dat de eigendom van Peeters is.

         Schepen Elisabeth Joris nodigt de raadsleden uit voor het schoolfeest van De Horizon op 25 maart 2023.

         Raadslid Tom Lauryssen vraagt wat er met de oude bushalte aan Albert Heijn gaat gebeuren. Schepen Dirk Gerinckx stelt op dit moment niet te weten wat er exact gaat komen.

         Raadslid Eddy Krijnen vraagt of er meer nieuws is over de heraanleg van de parking aan de voetbal in Oostmalle.

 Schepen Dirk Gerinckx meent dat het in 2024 gebudgetteerd staat.

 

 

Publicatiedatum: 03/04/2023