Gemeenteraad

Donderdag 28 maart 2019

 

Aanwezig

 

Voorzitter:

Dirk Gerinckx

Burgemeester:

Harry Hendrickx

Schepenen:

Sanne Van Looy, Dries Van Dyck, Wim Jordens, Wouter Patho

Raadsleden:

Thierry van der Straten Waillet, Katleen Mintjens, Alain De Laet, Alexander Van Loon, Walter Vermeylen, Ingrid Vrints, Paul Van Ham, Kim Geys, Maria Vermeyen, Peter Lacante, Mieke Laenen, Kris Mintjens, Wim Vervloet, Eddy Krijnen, Gert Peeters, Jolien Vrints, Dries De Vry, Tom Lauryssen

Algemeen directeur:

Sven Brabants

 

Verontschuldigd

 

Schepen:

Elisabeth Joris

 

Overeenkomstig artikel 27 van het decreet lokaal bestuur verlaat Katleen Mintjens, Raadslid, vanaf punt 5 de vergadering.

Overeenkomstig artikel 27 van het decreet lokaal bestuur verlaat Kris Mintjens, Raadslid, vanaf punt 5 de vergadering.

Vanaf punt 6 vervoegt Katleen Mintjens, Raadslid, de vergadering.

Vanaf punt 6 vervoegt Kris Mintjens, Raadslid, de vergadering.

 

 

De gemeenteraad, regelmatig bijeengeroepen door de voorzitter overeenkomstig artikel 22 van het gemeentedecreet, vergadert in het gemeentehuis op 28 maart 2019.

 

De voorzitter stelt vast dat de raad wettelijk is samengesteld.

 

De voorzitter verklaart de vergadering om 20.00 uur voor geopend voor de behandeling van de volgende punten:

 

OPENBARE ZITTING

Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Gemeenteraad - notulen en zittingsverslag zitting 28 februari 2019 - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

De vorige gemeenteraadszitting vond plaats op 28 februari 2019. De ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag die er betrekking op hebben worden ter goedkeuring voorgelegd.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 32, 277 en 278 betreffende de opmaak van de notulen

 

Artikel 40, 1ste lid van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, zoals goedgekeurd in zitting van 28 september 2015

 

Motivering

 

De gemeenteraad stelt vast dat de ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag van de zitting van 28 februari 2019 correct en volledig werden opgesteld.

 

Beraadslaging

 

Voorzitter Dirk Gerinckx geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

Raadslid Gert Peeters merkt op dat in punt 11 2012 in plaats van 2021 staat.

 

Voorzitter Dirk Gerinckx stelt dat de typfout wordt aangepast.

 

De gemeenteraad besluit bij 24 ja stemmen

 

Artikel 1 - de ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag van de gemeenteraadszitting van 28 februari 2019 goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Gemeenteraadscommissie Omgeving - voordrachtsakten - kennisneming - samenstelling - installatie

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

In haar huishoudelijk reglement, goedgekeurd in zitting van 31 januari 2019, bepaalde de gemeenteraad in artikel 35, §1:

 

'De gemeenteraad richt 1 commissie op die is samengesteld uit gemeenteraadsleden. De commissie heeft als taak het voorbereiden van de besprekingen in de gemeenteraadszittingen, het verlenen van advies en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht. De commissie kan steeds deskundigen en belanghebbenden horen.

 

De bevoegdheden van de commissie Omgeving worden als volgt bepaald. Deze commissie heeft als taak het voorbereiden van de besprekingen in de gemeenteraadszittingen, het verlenen van advies en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht in het kader van omgevingsdossiers (ruimtelijke ordening, mobiliteit, milieu, …).'

 

Artikel 35, §2 van het huishoudelijk reglement bepaalt met betrekking tot de samenstelling van deze commissie het volgende:

 

'De commissie Omgeving bestaat uit 9 leden. De bevoegde schepen maakt steeds deel uit van een gemeenteraadscommissie. De overige mandaten in de commissie worden door de gemeenteraad  verdeeld als volgt: De overige 8 leden van de raadscommissie worden toegewezen aan de verschillende lijsten die aan de lokale verkiezingen hebben deelgenomen naar verhouding van het aantal zetels waarover elke lijst binnen de gemeenteraad beschikt. De zetels binnen de raadscommissie worden verdeeld door het aantal zetels van de raadscommissie te delen door het aantal leden van de gemeenteraad, vermenigvuldigd met het aantal zetels waarover elke lijst of groep van lijsten binnen de raad beschikt. Het aantal eenheden van het resultaat van die bewerking geeft het aantal rechtstreeks verworven zetels aan. De niet-rechtstreeks verworven zetels worden toegewezen in afnemende volgorde van de decimalen van het resultaat van de bewerking, vermeld in het eerste lid. Bij gelijkheid van decimalen van twee of meer lijsten of groepen van lijsten, wordt de zetel toegewezen aan de lijst of groep van lijsten met het hoogste stemcijfer, bepaald overeenkomstig artikel 165 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011.

 

De evenredigheid vereist in ieder geval dat de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de fracties waarvan leden deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen steeds hoger is dan de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de andere fracties. Elke fractie wijst de mandaten toe, die haar overeenkomstig deze berekeningswijze toekomen, door middel van een voordracht, gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Als de voorzitter van de gemeenteraad voordrachten ontvangt voor meer kandidaten dan er mandaten te begeven zijn voor een fractie, dan worden de mandaten toegewezen volgens de volgorde van voorkomen op de akte van voordracht.'

 

De gemeenteraad wil thans overgaan tot installatie van de commissie Omgeving.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 37

 

Beslissing van de gemeenteraad 'Huishoudelijk reglement - goedkeuring' van 31 januari 2019

 

Motivering

 

De commissie omgeving bestaat uit 9 leden.

 

De bevoegde schepen maakt automatisch deel uit van de commissie Omgeving.

 

De overige 8 mandaten worden in toepassing van artikel 35, §2 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, als volgt verdeeld over de fracties:

         Fractie DBM: 2 mandaten

         Fractie NV-A: 2 mandaten

         Fractie CD&V: 1 mandaat

         Fractie OOSTWEST: 1 mandaat

         Fractie Progressief Malle: 1 mandaat

         Fractie Vlaams Belang: 1 mandaat

 

De voorzitter van de gemeenteraad ontving volgende voordrachtsakten:

 

         De voordrachtsakte van de fractie DBM bevat de namen van volgende gemeenteraadsleden:

         Kim Geys

         Gert Peeters

 

         De voordrachtsakte van de fractie NV-A bevat de namen van volgende gemeenteraadsleden:

         Dirk Gerinckx

         Dries De Vry

 

         De voordrachtsakte van de fractie CD&V bevat de naam van volgend gemeenteraadslid:

                      Thierry van der Straten-Waillet

 

         De voordrachtsakte van de fractie OOSTWEST bevat de naam van volgend gemeenteraadslid:

         Kris Mintjens

 

         De voordrachtsakte van de fractie Progressief Malle bevat de naam van volgend gemeenteraadslid:

         Walter Vermeylen

 

         De voordrachtsakte van de fractie Vlaams Belang bevat de naam van volgend gemeenteraadslid:

         Wim Vervloet

 

De voorzitter van de gemeenteraad ontving niet meer voordrachten dan er mandaten zijn voor de commissie Omgeving, zodat de overige 8 mandaten in de commissie Omgeving als volgt worden toegewezen:

 

         Voor de fractie DBM:

         Kim Geys

         Gert Peeters

 

         Voor de fractie NV-A:

         Dirk Gerinckx

         Dries De Vry

 

         Voor de fractie CD&V:

         Thierry van der Straten-Waillet

 

         Voor de fractie OOSTWEST:

         Kris Mintjens

 

         Voor de fractie Progressief Malle:

         Walter Vermeylen

 

         Voor de fractie Vlaams Belang:

         Wim Vervloet

 

De voorzitter van de commissie Omgeving wordt verkozen door de gemeenteraad uit de leden van de commissie. Volgende leden van de commissie zijn kandidaat-voorzitter van de commissie:

         Dirk Gerinckx

 

Stemming

 

In openbare zitting, bij geheime stemronde wordt overgegaan tot verkiezing van de voorzitter.

Het volgende stemresultaat wordt bekomen:

         24 raadsleden nemen deel aan de stemming;

         24 stembiljetten worden in de stembus gevonden;

         23 ja stemmen;

         1 nee stem.

 

Beraadslaging

 

Voorzitter Dirk Gerinckx geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

Raadslid Alex Van Loon vraagt of er reeds een idee is van frequentie.

 

Schepen Sanne Van Looy antwoordt dat het een commissie is in voorbereiding van de gemeenteraad en dat deze dus samen zal komen wanneer het noodzakelijk is in het kader van de gemeenteraad. Er zal met een vast moment gewerkt worden. Dit zal nog afgesproken worden met de leden van de commissie.

 

De gemeenteraad besluit bij 23 ja stemmen en 1 neen stem

 

Artikel 1 - de commissie Omgeving te installeren in toepassing van artikel 35 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, goedgekeurd in zitting van 31 januari 2019.

 

Artikel 2 - kennis te nemen van de voordrachtsakten gericht aan en ontvangen door de voorzitter van de gemeenteraad.

 

Artikel 3 - de samenstelling van de commissie Omgeving, bestaande uit negen leden, op basis van de voordrachtsakten als volgt vast te stellen:

         de bevoegde schepen

         Kim Geys

         Gert Peeters

         Dirk Gerinckx

         Dries De Vry

         Thierry van der Straten-Waillet

         Kris Mintjens

         Walter Vermeylen

         Wim Vervloet.

 

Artikel 4 - Dirk Gerinckx aan te duiden als voorzitter voor de commissie Omgeving.

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Vervanging algemeen directeur - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

In zitting van 26 maart 2018 legde de gemeenteraad de vervanging van de algemeen directeur bij zijn afwezigheid of verhindering als volgt vast:

         coördinator organisatie & ondersteuning

         coördinator vrije tijd & onderwijs

         coördinator welzijn & leven

         coördinator ruimte & wonen

         coördinator woonzorgcentrum.

 

Hans Suykens, toenmalig coördinator organisatie & ondersteuning (thans het departement financiën & ondersteuning) werd in zitting van de gemeenteraad van 25 juni 2018 aangesteld als financieel directeur vanaf 1 augustus 2018.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 166

 

Motivering

 

Aangezien de functie van coördinator organisatie & ondersteuning niet meer bestaat, moet deze geschrapt worden uit de lijst van mogelijke vervangers. De functie van jurist - deskundige organisatie kan evenwel toegevoegd worden aan de lijst van mogelijke vervangers.

 

De gemeenteraad legt de vervanging van de algemeen directeur dan ook opnieuw vast.

 

Beraadslaging

 

Burgemeester Harry Hendrickx geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

De gemeenteraad besluit bij 24 ja stemmen

 

Artikel 1 - de vervanging van de algemeen directeur bij zijn afwezigheid of verhindering als volgt vast te leggen:

         jurist - deskundige organisatie

         coördinator vrije tijd & onderwijs

         coördinator welzijn & leven

         coördinator ruimte & wonen

         coördinator woonzorgcentrum.

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Patrimonium - verwerving van eigendom - kosteloze grondafstand in de ontworpen wegzate van de Elzenlaan - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Op 18 februari 1981 werd de verkavelingsvergunning 1981/05 (RO nr. 138/132) afgegeven aan Gruythuysen Jan & Adriana voor een verkavelingsontwerp van 4 kavels voor vrijstaande bebouwing. Hierin werd o.a. de volgende voorwaarde opgenomen:

'2° de nodige gronden, voor verbreding van de Elzenlaan, kosteloos aan de gemeente af te staan. De afwatering van de gronden in de verkaveling moet geschieden naar de Elzenlaan (punt A) zoals aangeduid op bijgaande schets.'

 

Op 30 mei 1984 werd de verkavelingsvergunning 1984/05 (RO nr. 138/132(1)) afgegeven aan Mintjens Kris voor de wijziging van de verkavelingsvergunning nr. 138/132 van 18 februari 1981 voor wat betreft een ontwerp van 6 kavels voor vrijstaande bebouwing. Hierin werd o.a. de volgende voorwaarde opgenomen:

'de nodige gronden voor verbreding van de Elzenlaan tot 12 m (6 m uit de as) dienen kosteloos aan de gemeente te worden afgestaan.'

 

Op 21 juni 2010 werd een stedenbouwkundige vergunning nr. 2010/176 afgegeven aan Capenberghs - Van Dooren Nick & Daphny voor het bouwen van een woning met autobergplaats, het bouwen van een autobergplaats en het slopen van de bestaande woning voor het eigendom te Malle, Elzenlaan 10, kadastraal gekend 1e afd., sectie B, nr. 631t, waarin o.a. de volgende voorwaarde werd opgenomen:

'1° het gedeelte van het eigendom, gelegen op minder dan 6 meter uit de as van de Elzenlaan kosteloos aan de gemeente af te staan voor het einde van de bouwwerken.'

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 41

 

Motivering

 

Notaris Pieter-Jan De Decker te Brasschaat heeft met tussenkomst van notarissen Wouter Nouwkens & Tania Portier te Malle het ontwerp van akte 'kosteloze grondafstand + verkoop' met ref. DVDB/AL2180191/191/18DVDB, opgemaakt.

 

Er werd een opmetingsplan opgemaakt door landmeter Siska Dumoulin op 15 maart 2019.

 

Ons bestuur zal ingevolge de grondafstand zevenenvijftig komma achtenveertig vierkante meter (57,48 m²) grond in de ontworpen wegzate van de Elzenlaan verwerven en de verwerving van de grond is van openbaar nut.

 

De gemeenteraad duidt een persoon aan welke bij sterkmaking namens de gemeente Malle zal optreden bij het verlijden van de notariële akte.

 

Volgende medewerkers van het notariskantoor van Wouter Nouwkens & Tania Portier te Malle worden voorgesteld:

- Mevrouw CAENEN Caroline, geboren te Brasschaat op 18 juli 1990 (Rijksregisternummer: 90.07.18-396.33) wonende te 2930 Brasschaat, Van De Wiellei 176.

- De heer NOUWKENS Geert Paul Marie Lucie, ongehuwd, geboren te Turnhout op 3 juli 1990 (Rijksregisternummer: 90.07.03-353.41), wonende te 2018 Antwerpen, Pyckestraat 68 /001. 

- Mevrouw HOREMANS Jolien Joanna Joseph, geboren te Antwerpen op 19 februari 1988 (Rijksregisternummer: 88.02.19-164.61) wonende te 2275 Lille, Den Bosberg 21.

- Mevrouw BORSTLAP Inez Herman S, ongehuwd, geboren te Lier op 10 juli 1991 (Rijksregisternummer: 91.07.10-356.43), wonende te 2980 Zoersel, Gagelaars 22. 

- Mevrouw DE JONGHE Jill, geboren te Berchem (Ant.) op 31 augustus 1978 (Rijksregisternummer: 78.08.31-344.32) wonende te 2980 Zoersel, Herentalsebaan 5.

- Mevrouw LEUS Veerle Romaine Eugène,  ongehuwd, geboren te Hasselt op 28 oktober 1972 (Rijksregisternummer: 72.10.28-166.91) wonende te 2970 Schilde, Huldekens 20. 

 

De gemeenteraad heeft op 7 maart 2016 beslist dat eventuele opmetingskosten en aktekosten die gepaard gaan met een kosteloze grondafstand, die voortvloeit uit de lasten van een stedenbouwkundige vergunning voor het oprichten van een eengezinswoning, ten laste worden genomen door het gemeentebestuur.

 

Het opmetingsplan werd opgemaakt in functie van de kosteloze grondafstand. Deze kosten dienen door het gemeentebestuur gedragen te worden.

 

De akte werd opgemaakt in functie van de verkoop van het eigendom Elzenlaan 10. Hierin werd de kosteloze grondafstand opgenomen. Deze aktekosten dienen niet door het gemeentebestuur gedragen te worden.

 

 

Financiële gevolgen

 

 

Budget

Gemeente/OCMW

Actie

1419/008/001/001/001

Beleidscode

0600

Algemene rekening

61399999

Beschikbaar krediet

25.000,00 EUR

Raming

1.000,00 EUR

Beraadslaging

 

Schepen Sanne Van Looy geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

De gemeenteraad besluit bij 24 ja stemmen

 

Artikel 1 – de afstand ten kosteloze titel, aan de gemeente Malle, door Capenberghs Nicky en Van Dooren Daphny, van de grond begrepen in de ontworpen wegzate van de Elzenlaan, zoals voorgesteld op het plan opgemaakt door landmeter Siska Dumoulin op 15 maart 2019, thans kadastraal gekend 1e afd., sectie B, nr. 631t, met een oppervlakte van zevenenvijftig komma achtenveertig vierkante meter (57,48 m²), wordt aanvaard.

 

Artikel 2 – de grond wordt aanvaard voor inlijving bij het openbaar domein en de bestemming is bijgevolg van openbaar nut.

 

Artikel 3 – het ontwerp van akte 'kosteloze grondafstand + verkoop' met ref. DVDB/AL2180191/191/18DVDB opgemaakt door notaris Pieter-Jan De Decker te Brasschaat met tussenkomst van notarissen Wouter Nouwkens & Tania Portier te Malle, wordt goedgekeurd.

 

Artikel 4 – de grond dient vrij te zijn van hypothecaire inschrijvingen en bodemverontreiniging, wat zal moeten blijken uit de daartoe af te leveren attesten, voorafgaandelijk aan het verlijden van de notariële akte.

 

Artikel 5 – volgende medewerkers van het notariaat De Sadeleer te Brecht worden aangeduid om bij sterkmaking, namens de gemeente Malle op te treden bij het verlijden van de notariële akte:

- Mevrouw CAENEN Caroline, geboren te Brasschaat op 18 juli 1990 (Rijksregisternummer: 90.07.18-396.33) wonende te 2930 Brasschaat, Van De Wiellei 176.

- De heer NOUWKENS Geert Paul Marie Lucie, ongehuwd, geboren te Turnhout op 3 juli 1990 (Rijksregisternummer: 90.07.03-353.41), wonende te 2018 Antwerpen, Pyckestraat 68 /001. 

- Mevrouw HOREMANS Jolien Joanna Joseph, geboren te Antwerpen op 19 februari 1988 (Rijksregisternummer: 88.02.19-164.61) wonende te 2275 Lille, Den Bosberg 21.

- Mevrouw BORSTLAP Inez Herman S, ongehuwd, geboren te Lier op 10 juli 1991 (Rijksregisternummer: 91.07.10-356.43), wonende te 2980 Zoersel, Gagelaars 22. 

- Mevrouw DE JONGHE Jill, geboren te Berchem (Ant.) op 31 augustus 1978 (Rijksregisternummer: 78.08.31-344.32) wonende te 2980 Zoersel, Herentalsebaan 5.

- Mevrouw LEUS Veerle Romaine Eugène,  ongehuwd, geboren te Hasselt op 28 oktober 1972 (Rijksregisternummer: 72.10.28-166.91) wonende te 2970 Schilde, Huldekens 20. 

 

Artikel  6 – de hypotheekbewaarder wordt ontslagen van de verplichting van het nemen van een ambtshalve inschrijving bij de overschrijving van de notariële akte.

 

Artikel 7 – de kosten verbonden aan de opmaak van het opmetingsplan en de prekadastratie zijn ten laste van het gemeentebestuur (de begunstigde).

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Ruimtelijke ordening - vaststelling wegtracé in de verkaveling 2019/A1 – Het Wild Rijt - 1e afd., sectie C, nr. 132c - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Op 18 januari 2019 werd door Studiebureel Kris Mintjens cvba namens Chris en Koen Verschraegen een verkavelingsaanvraag ingediend tot het bekomen van een verkavelingsvergunning, voor een eigendom gelegen te Malle, Het Wild Rijt zn, kadastraal bekend 1e afdeling, sectie C nummer 132c.

 

De aanvraag betreft een verkavelingsontwerp van 2 kavels voor vrijstaande eengezinswoningen en het ontbossen van het perceel.

 

De grond is gelegen in woongebied volgens het gewestplan Turnhout (koninklijk besluit van 30 september 1977).

 

Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen binnen het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘gebied voor eengezinswoningen’, goedgekeurd op 4 april 2013. Het is een zogenaamd overdruk-RUP dat door middel van een stedenbouwkundig voorschrift in overdruk op het gewestplan en/of BPA de hoofdbestemming wonen beperkt. Het RUP vervangt het gewestplan en/of BPA niet. Binnen het RUP zijn enkel grondgebonden eengezinswoningen toegelaten. Het oprichten van meergezinswoningen alsook bestemmingswijzigingen naar een meergezinswoning zijn niet toegestaan.

 

Het goed niet gelegen is binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

De aanvraag is principieel in overeenstemming met het geldende gewestplan en het RUP 'gebied voor eengezinswoningen, zoals hoger omschreven.

 

Het advies van Pidpa-Riolering van 8 maart 2019 met referentie 190132 L-19-251, is voorwaardelijk gunstig

 

Het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos werd gevraagd op 1 februari 2019, doch tot op heden niet ontvangen. Het Agentschap voor Natuur en Bos heeft aan de aanvrager een aanpassing van het compensatievoorstel gevraagd op 6 maart 2019 en de adviesperiode van het Agentschap voor Natuur en Bos werd met 14 dagen verlengd.

 

Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 6 februari 2019 tot 7 maart 2019. Naar aanleiding van dit openbaar onderzoek werden geen bezwaarschriften of opmerkingen ingediend.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikels 2 en 40.

 

De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, inzonderheid artikel 4.2.17 §2 van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening, stelt dat indien een verkavelingsaanvraag de aanleg van nieuwe verkeerswegen, de tracéwijziging, verbreding of opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen omvat en het vergunningverlenend bestuursorgaan oordeelt dat de vergunning kan worden verleend, de gemeenteraad dan een besluit over de weg dient te nemen alvorens het vergunningverlenend bestuursorgaan over de vergunningsaanvraag kan beslissen.

De gemeenteraad beslist uiterlijk op de tweede raadszitting waarop de zaak van de wegen geagendeerd is, zoniet wordt de beslissing over de wegenis geacht ongunstig te zijn.

 

Artikel 10 van het besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen en latere wijzigingen, stelt dat indien de gemeenteraad een gemotiveerd besluit moet nemen over de zaak der wegen, de gemeenteraad dan eveneens kennis neemt van de ingediende bezwaren en opmerkingen.

 

Motivering

 

Voor Het Wild Rijt is reeds een ontwerp van rooilijn- en onteigeningsplan in opmaak, doch dit werd nog niet ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Het verkavelingsontwerp en de daarop ingetekende rooilijn voor het gedeelte van de Het Wild Rijt is in overeenstemming met het ontwerp van rooilijnplan voor Het Wild Rijt. Bij het ontwerp van rooilijnplan is de rooilijnbreedte bepaalt op 12 meter omdat in Het Wild Rijt vooral bebouwing langs beide zijden van de straat mogelijk is.

 

De gemeenteraad dient zich uit te spreken over het tracé van de wegen, in het bijzonder over het grondplan van de ontworpen verkaveling met de ontworpen rooilijn van Het Wild Rijt ter hoogte van de aangevraagde verkaveling.

 

Een minimale rooilijnbreedte van 12 meter is noodzakelijk om de straat te voorzien van alle nodige infrastructuur bij ontwikkeling langs beide zijden en een minimale rooilijnbreedte van 10 meter is noodzakelijk om de straat te voorzien van alle nodige infrastructuur bij ontwikkeling langs één zijde. Normaliter wordt er op de kruising van 2 wegen een hoekafschuining voorzien van 6 meter x 6 meter.

 

Het verkavelingsontwerp voorziet een rooilijnbreedte van 12 meter en een hoekafschuining van 6 meter x 6 meter op de hoek van Het Wild Rijt, conform het ontwerp van rooilijnplan. De bouwlijn voor de woningen is gelegen op 6 meter uit de ontworpen rooilijn.

 

Het gedeelte van het perceel, gelegen binnen de ontworpen wegzate van Het Wild Rijt en als lot 3 aangeduid op het  verkavelingsplan, opgemaakt door Studiebureel Kris Mintjens cvba op 5 januari 2019, welk na goedkeuring van de verkavelingsvergunning  kosteloos wordt afgestaan aan de gemeente Malle voor inlijving bij het openbaar domein, heeft een oppervlakte van 529 m².

 

Beraadslaging

 

Schepen Sanne Van Looy geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

De gemeenteraad besluit bij 22 ja stemmen

 

Artikel 1 - de ontworpen rooilijn en het wegtracé van Het Wild Rijt, ter hoogte van de aangevraagde verkaveling, zoals voorgesteld op het grondplan van de ontworpen verkaveling, opgemaakt door Studiebureel Kris Mintjens cvba, Antwerpsesteenweg 209, 2390 Malle op 5 januari 2019, tot het verkavelen van grond gelegen langs Het Wild Rijt, kadastraal bekend 1ste afdeling, sectie C, nr. 132c, goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Lokaal woonbeleid - verordening conformiteitsattest - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

De gemeenteraad heeft in zitting van 2 mei 2011 haar goedkeuring gehecht aan de oprichting van de interlokale vereniging lokaal woonbeleid Midden (hierna IVLW Midden) en deelname  er aan.

 

De gemeenteraad heeft in zitting van 27 november 2017 haar goedkeuring gehecht aan de verlenging van IVLW Midden en de deelname er aan.

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 11 maart 2019 beslist de verordening conformititeitsattesten ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen.

 

Het subsidiedossier betreffende de intergemeentelijke samenwerking IVLW Midden bevat zowel verplichte als aanvullende activiteiten. Eén van de aanvullende activiteiten betreft het invoeren van een verordening conformiteitsattesten.

 

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40

 

Decreet houden de Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997

 

Decreet van 29 maart 2013 houdende de wijziging van diverse decreten wat betreft de woonkwaliteitsbewaking

 

Besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen

 

Ministerieel besluit van 29 juli 2013 tot vaststelling van de modellen van conformiteitsattesten voor woningen en kamerwoningen

 

Motivering

 

Door het opmaken van een verordening conformiteitsattesten, tracht de gemeente eigenaars te stimuleren om hun eigendom te verbeteren op het vlak van woningkwaliteit.

 

Een conformiteitsattest is een document dat wordt uitgereikt door de burgemeester dat stelt dat de huurwoning op het moment van het onderzoek voldoet aan de minimale veiligheids-, gezondheids- of kwaliteitsnormen opgelegd door de Vlaamse Wooncode.

 

In eerste instantie zal de verordening een instrument worden om de verhuurders te stimuleren en te sensibiliseren. In de verordening wordt gekozen om gefaseerd te werk te gaan op basis van de leeftijd van de woning. Bij een nieuw huurcontract zal een conformiteitsattest verplicht worden.

 

De woning mag niet verhuurd of ter beschikking gesteld worden, als ze niet voldoet aan de vereisten en normen, zoals art. 5 van de Vlaamse wooncode.

 

De conformiteit van de woning wordt vastgesteld door de bevoegde personen, zoals vermeld in art. 3 van het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

De woningen van de sociale huisvestingsmaatschappij, het OCMW en het sociaal verhuurkantoor voldoen aan de conformiteit, zoals vooropgesteld in de verordening.

 

De geldigheidsduur van het conformiteitsattest voor woningen wordt beperkt op basis van het aantal strafpunten op het technisch verslag.

 

De gemeente Malle heeft geen gemeentelijk retributiereglement voor het afleveren van conformiteitsattesten.

 

De gemeenten zonder gemeentelijk retributiereglement leveren de conformiteitsattesten gratis af.

 

Een conformiteitsattest kan enkel afgeleverd worden voor woningen die verhuurd worden of te huur of ter beschikking gesteld worden als hoofdverblijfplaats of met het oog op de huisvesting van één of meer studenten.

 

Beraadslaging

 

Schepen Sanne Van Looy geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

Raadslid Alain De Laet merkt op dat een conformiteitsattest gratis wordt afgeleverd. Hij vraagt wat de kost voor de gemeente is voor het afleveren van een conformiteitsattest. Indien dit nog niet duidelijk zou zijn, is het belangrijk dat er duidelijke prijsafspraken worden gemaakt met Igean.

 

Schepen Sanne Van Looy stelt hier niet onmiddellijk een concreet bedrag op te kunnen plakken, maar stelt te zullen nagaan of het mogelijk is er een concreet bedrag op te kunnen plakken.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat het een goed initiatief is, maar vraagt zich af hoe praktisch alles geregeld zal worden. Er bestaat toch geen lijst van verhuurde woningen. Het is belangrijk dat iedereen op een gelijke manier behandeld gaat worden.

 

Schepen Sanne Van Looy antwoordt dat deze lijst zal gemaakt worden, waarop raadslid Paul Van Ham stelt dat toch niet op basis van de buitenkant van de woning kan nagezien worden of ze verhuurd is of niet.

 

Schepen Sanne Van Looy stelt dat een huurder kan vragen aan de verhuurder om het attest af te leveren. Zowel de huurder als de verhuurder hebben belang bij het attest. Een informatieavond zal ook nog worden georganiseerd in het najaar.

 

De gemeenteraad besluit bij 24 ja stemmen

 

Artikel 1 - de verordening conformiteitsattesten als volgt goed te keuren:

 

"Verordening conformiteitsattesten

 

Artikel 1 - voor elke woning die verhuurd, te huur of ter beschikking wordt gesteld als hoofdverblijfplaats of met het oog op de huisvesting van een of meer studenten, moet de verhuurder een conformiteitsattest kunnen voorleggen.

 

Deze verplichting wordt gefaseerd ingevoerd voor alle nieuwe verhuringen vanaf 2019 en gefaseerd op basis van de leeftijd van de huurwoning:

 

- 2019 - 2023: woningen van 50 jaar en ouder;

- 2024 - 2026: woningen van 40 jaar en ouder;

- 2027 - 2029: woningen van 30 jaar en ouder;

- 2030: alle huurwoningen

 

Artikel 2 - de geldigheidsduur van het conformiteitsattest voor woningen en kamers welke verhuurd, te huur of ter beschikking worden gesteld als hoofdverblijfplaats of met het oog op de huisvesting van een of meer studenten, is afhankelijk van het aantal strafpunten op het technisch verslag.

 

Indien de woning of kamer 0 tot en met 9 strafpunten scoort, is de geldigheidsduur 10 jaar.

 

Bedraagt het aantal strafpunten van de woning of kamer 10 of meer, dan wordt de geldigheidsduur beperkt tot 5 jaar.

 

Artikel 3 - het conformiteitsattest wordt gratis afgeleverd.

 

Artikel 4 - de verordening treedt in werking na de goedkeuring van de gemeenteraad en de goedkeuring van de Vlaamse minister van Wonen."

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Erkenningsreglement voor sportverenigingen - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Bepaalde onderwerpen uit het erkenningsreglement voor sportverenigingen zijn ondertussen gedateerd, en verschillende onderdelen hadden nood aan aanpassingen / verbeteringen / verduidelijkingen.

 

Vanuit de sportraad werd de werkgroep "reglementen" opgericht, om de verschillende reglementen grondig te herbekijken.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40

 

Gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2013, erkenningsreglement voor sportclubs - actualisatie ingevolge nieuw decreet - goedkeuring

 

Motivering

 

De aanpassingen werden voor advies voorgelegd op de raad van bestuur van de sportraad van 26 februari 2019 en werden daar positief geadviseerd.

 

Het college van burgemeester en schepenen stelt dan ook voor om het erkenningsreglement goed te keuren.

 

Indien sportieve initiatieven worden genomen door verenigingen/sportinstellingen met beroepsdoeleinden en/of winstoogmerk kunnen deze indien voldoende infrastructuur beschikbaar gebruik maken van infrastructuur van de gemeente Malle, na beslissing van het college van burgemeester en schepenen.

 

Beraadslaging

 

Burgemeester Harry Hendrickx geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

Raadslid Tom Lauryssen vraagt of alle verenigingen op de hoogte werden gebracht om een erkenning aan te vragen. Sommige verenigingen wisten niet waarop en waaraf, aldus raadslid Tom Lauryssen.

 

Burgemeester Harry Hendrickx licht toe dat er uitgebreid gecommuniceerd wordt en dat gekende verenigingen eveneens verschillende keren per brief worden herinnerd.

 

Voorzitter Dirk Gerinckx licht toe dat de vereniging waar raadslid Tom Lauryssen op doelt best haar gegevens kenbaar maakt via de administratie.

 

De gemeenteraad besluit bij 24 ja stemmen

 

Artikel 1 - uitzonderlijk voor dit jaar de uiterlijke indiendatum voor erkenningsaanvragen te verschuiven naar 30 april 2019 (i.p.v. 31 maart 2019).


Artikel 2 - het gemeentelijk erkenningsreglement voor sportverenigingen als volgt goed te keuren:

 

ERKENNINGSREGLEMENT VOOR SPORTVERENIGINGEN

Hierna genoemd: de vereniging

 

Waarom erkenning aanvragen?

 

1.Om gebruik te kunnen maken van de gemeentelijke (school)sportinfrastructuur in Malle.

 

2.Om te genieten van het voordeelhuurtarief voor sportinfrastructuur die door de gemeente               ter beschikking worden gesteld in Malle.

 

3.Om gebruik te kunnen maken van de gemeentelijke uitleendienst.

 

4.Om in aanmerking te komen voor subsidiëring door de gemeente.

 

Algemene bepalingen

 

1.Dit erkenningsreglement is raadpleegbaar op de website www.malle.be.

 

2.De vereniging kan slechts via 1 gemeentelijk erkenningsreglement erkend worden.

 

3.Het voorziene aanvraagformulier voor erkenning dient volledig en correct ingevuld te               worden, en ondertekend te worden door de Voorzitter van de vereniging.

 

4.Uitzonderingen op dit erkenningsreglement zijn mogelijk mits gemotiveerd advies van de               sportraad waarna het college van burgemeester en schepenen (hierna: het college) beslist.

 

5.Het college kan de erkenning op elk moment intrekken als de vereniging niet meer voldoet               aan de bepalingen van dit reglement of bij fraude. Een vernieuwde aanvraag tot erkenning                             na intrekking kan maar ingediend worden na verloop van 1 kalenderjaar te rekenen vanaf                             de dag na de beslissing tot intrekking.

 

Erkenningsvoorwaarden

 

1.Het doel van de vereniging moet sportbeoefening zijn zonder beroepsdoeleinden en/of winstoogmerk na te streven.

 

2.Het sportief doel dat wordt nagestreefd moet opgenomen zijn in de statuten en/of het               huishoudelijk reglement van de vereniging.

 

3.De zetel van de vereniging moet gevestigd zijn in de gemeente Malle en minstens 1               bestuurslid moet ingeschreven zijn in het bevolkingsregister van de gemeente Malle.

 

4.De vereniging moet minstens 1 effectief afgevaardigde als aanspreekpunt hebben die de               vereniging tegenover de gemeente en de sportraad vertegenwoordigt.

 

5.De vereniging biedt sport aan op het grondgebied van Malle. Het adres waar, en de               tijdstippen waarop de sport wordt beoefend, moeten door de vereniging worden                                           opgegeven.

 

6.De aangeboden en beoefende sport moet vermeld staan op de meest actuele               sporttakkenlijst van Sport Vlaanderen.

 

7.De vereniging moet bij een erkende Vlaamse sportfederatie aangesloten zijn

(volgens de meest actuele lijst van Vlaamse sportfederaties van Sport Vlaanderen).

 

8.De vereniging moet minstens 10, binnen het verenigingsverband, sportende leden hebben.

 

9.De vereniging sluit een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid en lichamelijke               ongevallen af voor al haar leden, vrijwilligers, verenigingswerkers en evenementen                                           toegankelijk voor derden. Bij de aanvraag van een evenement kan de commissie erkenning               het verzekeringsbewijs opvragen.

 

10.De vereniging moet schuldenvrij zijn ten opzichte van de gemeente.

 

11.De vereniging moet 1 jaar sportieve werking aantonen, of minstens een “voorlopige               erkenning” verkregen hebben van het college (op voordracht van de sportraad).

 

12.De erkenningsaanvraag en stavingstukken dienen in het Nederlands binnengebracht te               worden. Alle gegevens en documenten van de vereniging dienen in het Nederlands                                           raadpleegbaar te zijn op de zetel.

 

Procedure

 

1.Elke vereniging dient jaarlijks uiterlijk op 31 maart de erkenning aan te vragen bij de               dienst sport op de daarvoor bestemde formulieren. Deze formulieren kunnen aangevraagd                             worden via sport@malle.be

 

2.De raad van bestuur van de sportraad zal een advies uitbrengen over de aanvraag tot               erkenning. De dienst sport legt de aanvraag samen met het advies van de raad van                                           bestuur van de sportraad voor aan het college. Het college beslist vervolgens over het al                             dan niet toekennen van de gevraagde erkenning.

 

3.Bij de jaarlijkse aanvraag dienen enkel de documenten gevoegd te worden die veranderd               zijn tegenover de vorige aanvraag, alsook de documenten welke een jaarlijkse update                                           behoeven (bijv. bewijs premiebetaling verzekeringen)

 

Hoe een nieuwe aanvraag of jaarlijkse indienen?

 

Nieuwe aanvraag: de vereniging is een nieuwe vereniging die erkend wil worden (voorlopige erkenning) of een vereniging waarvan een eerdere erkenning werd ingetrokken:

 

4.De vereniging vraagt een dossier erkenning aan bij de dienst sport op via sport@malle.be.

 

5.De vereniging vult het dossier volledig, duidelijk en correct in en bezorgt het met de               gevraagde bewijsstukken aan de dienst sport.

De eerste aanvraag tot erkenning kan op eender welk tijdstip worden ingediend.

De vereniging waarvan een eerdere erkenning werd ingetrokken, en welke een nieuwe aanvraag doet, kan dit pas doen na verloop van 1 kalenderjaar te rekenen vanaf de dag volgend op de beslissing tot intrekking van de erkenning.

 

6.Het door de vereniging ingediende dossier wordt door de dienst sport overgemaakt aan de               raad van bestuur van de sportraad en door deze laatste besproken.

De raad van bestuur van de sportraad kan de aanvragende vereniging uitnodigen voor het geven van toelichting bij de aanvraag. Ingeval van uitnodiging moet de vereniging haar dossier bij de raad van bestuur van de sportraad toelichten en/of verdedigen.

De raad van bestuur van de sportraad formuleert vervolgens een advies ten behoeve van het college.

 

7.Het college beslist over de nieuwe aanvraag tot erkenning, en deze beslissing wordt door               de dienst sport ter kennis gebracht aan de aanvragende vereniging. Deze eerste erkenning               betreft een ‘voorlopige’ erkenning en geldt voor een periode van beslissing tot toekenning                             van de voorlopige erkenning tot 31 maart 200X +1, waarbij deze periode minstens 1                                           kalenderjaar moet bedragen.

 

8.Na het verloop van de periode van voorlopige erkenning maakt de vereniging een               jaarverslag op en bezorgt dit samen met een nieuw erkenningsdossier aan de dienst sport                             uiterlijk op 31 maart 200X+1.

 

9.Een voorlopige erkenning opent geen recht tot het aanvragen van gemeentelijke subsidies.

 

Jaarlijkse aanvraag: De vereniging is een bestaande reeds binnen de gemeente erkende vereniging die erkend wil worden:

 

10.De vereniging vraagt een dossier erkenning aan bij de dienst sport via sport@malle.be.

 

11.De vereniging vult het dossier volledig, duidelijk en correct in en bezorgt het met de               gevraagde bewijsstukken uiterlijk op 31 maart 200X aan de dienst sport.

 

12.De door de vereniging ingediende aanvraag wordt besproken door de raad van bestuur van de sportraad. De raad van bestuur van de sportraad kan de aanvragende vereniging                                           uitnodigen voor het geven van toelichting bij de aanvraag. Ingeval van uitnodiging moet de               vereniging haar dossier bij de raad van bestuur van de sportraad toelichten en/of                                           verdedigen. De raad van bestuur van de sportraad formuleert een advies ten behoeve van                             het college.

 

13.Het college beslist over de aanvraag tot erkenning en deze beslissing wordt door de dienst               sport ter kennis gebracht aan de aanvragende vereniging.

 

14.De bekomen erkenning geldt voor 1 jaar en dient jaarlijks opnieuw aangevraagd te               worden.

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Reglement werkingssubsidies voor sportverenigingen - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Bepaalde onderwerpen uit het werkingssubsidiereglement voor sportverenigingen zijn ondertussen gedateerd, en verschillende onderdelen hadden nood aan aanpassingen / verbeteringen / verduidelijkingen.

 

Vanuit de sportraad werd de werkgroep "reglementen" opgericht, om de verschillende reglementen grondig te herbekijken.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40

 

Gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2013, werkings- en impulssubsidiereglement - actualisatie ingevolge nieuw decreet - goedkeuring

 

Motivering

 

De aanpassingen werden voor advies voorgelegd op de raad van bestuur van de sportraad van 26 februari 2016 en werden daar positief geadviseerd.

 

Het college van burgemeester en schepenen stelt dan ook voor het werkingssubsidiereglement goed te keuren.

 

Beraadslaging

 

Burgemeester Harry Hendrickx geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

De gemeenteraad besluit bij 24 ja stemmen

 

Artikel 1 - uitzonderlijk voor dit jaar de uiterlijke indiendatum voor subsidieaanvragen te verschuiven naar 30 april 2019 (i.p.v. 31 maart 2019).

 

Artikel 2 - het gemeentelijk reglement werkingssubsidies voor sportverenigingen als volgt goed te keuren:

 

SUBSIDIEREGLEMENT WERKINGSSUBSIDIES TEN VOORDELE VAN ERKENDE SPORTVERENIGINGEN

(hierna genoemd: vereniging)

 

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

 

1.1. Doelstelling

 

Zoveel mogelijk Mallenaren aan het sporten krijgen op een kwaliteitsvolle manier.

 

1.2. Kader

 

Dit reglement is opgemaakt in de geest van geldende overkoepelende wetten en decreten:

wet van 14 november 1983 betreffende de controle op toekenning en de aanwending van               gemeentelijke subsidies;

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

1.3. Voorwaarden

 

Een vereniging die wil genieten van deze werkingssubsidie, moet door de gemeente erkend zijn. Verenigingen kunnen deze subsidie aanvragen als ze voldoen aan de volgende voorwaarden:

de vereniging heeft een actieve werking op het grondgebied van Malle;

de meerderheid (min 51%) van de sportende leden is ingeschreven in de gemeente Malle.

Een percentage van minimum 40% kan voldoende zijn en goedgekeurd worden op voorwaarde dat de betreffende vereniging aantoont dat zij een actief en kwaliteitsvol jeugdbeleid voert én een regionale uitstraling heeft;

de vereniging heeft een zichtrekening in België op naam van de vereniging;

de vereniging biedt gedurende een sportseizoen minstens wekelijks of tweewekelijks een               sportactiviteit aan;

de vereniging is géén topsportvereniging of een vereniging die enkel competitiesport op               hoog niveau aanbiedt;

wanneer de vereniging ophoudt te bestaan of de erkenning tussentijds, d.w.z. tussen het               ogenblik van de subsidie-aanvraag en het moment van uitbetaling van de subsidie, werd                             ingetrokken wordt er geen subsidie meer uitgekeerd.

 

1.4 Budget

 

De subsidie wordt uitgekeerd binnen de perken van de door de gemeenteraad op het onderhavige budget goedgekeurde kredieten. Een vereniging kan geen subsidie voor hetzelfde doel ontvangen via andere gemeentelijke kanalen.

 

1.5. Terminologie

 

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

Sport: activiteiten die individueel of in ploegverband worden beoefend met een competitief               of recreatief karakter waarbij vooral de fysieke inspanning centraal staat;

Sportvereniging: een groepering van mensen die zich structureel en duurzaam heeft               georganiseerd met als primaire doelstelling de beoefening van sport;

Kalenderjaar: van 1 januari tot 31 december.

 

1.6. Termijn

 

Dit reglement is van toepassing voor de toewijzing en berekening van de subsidies vanaf 28 maart 2019 (gemeenteraadsbeslissing).

 

 

HOOFDSTUK 2. Procedure en werkwijze

 

2.1 Aanvraagprocedure

 

De werkingssubsidie kan men aanvragen door volgende hierna omschreven procedure te volgen:

de vereniging richt, op eigen initiatief, de aanvraag tot subsidiëring via de dienst sport aan               het college van burgemeester en schepenen (hierna genoemd: college) op de daarvoor                             bestemde aanvraagformulieren;

het reglement en de aanvraagformulieren zijn vanaf 1 februari beschikbaar bij de dienst               sport en kunnen daar opgevraagd worden;

de subsidieaanvraag moet tijdig en correct ingediend worden uiterlijk op 31 maart van het               betrokken jaar.

 

De bewijslast van de tijdige indiening van de subsidieaanvraag en -dossier wordt gespecificeerd in de aanvraagformulieren en ligt bij de vereniging. Indien nodig, kan het college via de dienst sport steeds bijkomende informatie en/of bewijsstukken opvragen. Deze bijkomende informatie en/of bewijsstukken moeten uiterlijk binnen de 10 dagen (datum van vraag geldt als aanvangsdatum) aan het college bezorgd worden via de dienst sport.

 

2.2 Toewijzingsprocedure

 

Het college vraagt het advies van de sportraad over de ingediende subsidieaanvragen. Het bepaalt, aan de hand van de bepalingen in onderhavig subsidiereglement en rekening houdend met het advies van de sportraad, de berekening van, en het voorstel tot verdeling.

 

De subsidie in dit reglement vermeld, wordt daarbij slechts definitief uitbetaald als de vereniging erkend is door de gemeente op het moment van de uitbetaling.

 

De gemeente behoudt zich daarbij het recht voor de gegeven informatie, documenten en bewijsstukken te controleren. Het college kan daarbij personen aanwijzen om alle gevraagde documenten in te zien en/of bijkomende inlichtingen te vragen, om de taak van toezicht op de naleving van onderhavig reglement te kunnen vervullen. Al deze stukken of inlichtingen zijn strikt vertrouwelijk en mogen maar gebruikt worden in verband met de subsidieverdeling (Al deze stukken of inlichtingen zijn strikt vertrouwelijk en mogen maar gebruikt worden in verband met de subsidieverdeling).

 

Indien door een vereniging opzettelijk onjuiste gegevens zijn verstrekt of indien de gestelde voorwaarden niet zijn nageleefd, kan het college de uitbetaling van de subsidie geheel of gedeeltelijk schorsen, of terugvorderen en eventueel de betrokken vereniging van subsidie uitsluiten.

 

Het college maakt via de dienst sport het definitieve resultaat bekend aan de aanvragende vereniging en dit voor 15 november van het betrokken jaar. De subsidies worden uiterlijk op 31 december van het betrokken jaar aan de vereniging uitbetaald.

 

2.3. Beroep

 

Tegen elke beslissing die in het kader van dit reglement wordt genomen, kan de vereniging beroep aantekenen. Dat gebeurt uiterlijk binnen de 30 dagen na de bekendmaking van de beslissing met een schriftelijk en voldoende gemotiveerd bezwaarschrift, gericht aan het college. De bewijslast van de tijdige indiening van het bezwaarschrift ligt bij de vereniging.

 

Na onderzoek van het bezwaarschrift, zal het college een gemotiveerde beslissing treffen en de vereniging hierover inlichten. Hiertegen is geen administratief beroep mogelijk.

 

Over alle gevallen en uitzonderingen die niet voorzien zijn in dit reglement, beslist het college.

 

 

HOOFDSTUK 3: Subsidiebedrag

 

3.1 Berekening van de subsidie

 

De subsidie wordt bepaald op basis van de beoordeling van de werking van de vereniging op het vlak van de hieronder omschreven en vastgestelde doelstellingen, criteria en parameters.

 

De subsidiëring van het huidige werkingsjaar wordt steeds bepaald op basis van de in het aanvraagdossier opgenomen gegevens van de vereniging met betrekking tot het voorgaande kalenderjaar.

 

De mogelijke subsidie voor de vereniging bestaat uit hierna volgende onderdelen:

a) een basissubsidie: 40% van het globale gemeentelijk sportsubsidiebudget;

b) een kwaliteitssubsidie: 60% van het globale gemeentelijk sportsubsidiebudget.

 

Beide onderdelen van de subsidie worden verdeeld naar rato van het aantal door de vereniging behaalde punten volgens de hieronder vastgelegde bepalingen en puntenverdeling. Het beschikbaar gemeentelijk sportsubsidiebudget wordt gedeeld door het totaal aantal gescoorde punten om een subsidiebedrag per punt te verkrijgen. Elk punt wordt daarbij omgezet in een subsidiewaarde. Hoe meer punten een vereniging behaalt, hoe meer subsidie het in principe krijgt.

 

3.2 Samenstelling van de basissubsidie

 

De basissubsidie (40% van het globale gemeentelijk sportsubsidiebudget) wordt toegekend naar rato van het aantal behaalde punten door de verenigingen die een subsidieaanvraag indienen volgens volgende bepalingen:

 

A) LEDENAANTALLEN

 

Het aantal actieve leden woonachtig in Malle op 1 januari van het jaar waarop de subsidie wordt aangevraagd.

 

Totaal actieve leden0,40 punt/lid met een maximum van 100 punten

Maximum 100 punten

 

Onder actieve leden wordt verstaan: voorzitter, secretaris, penningmeester van de vereniging, sportende leden, trainers, scheidsrechters, tijdopnemers en juryleden die allen voorkomen op de ledenlijst, afgeleverd door een door de Vlaamse regering erkende Vlaamse sportfederatie.

 

B) TRAININGSUREN

 

Het aantal trainingsuren per week in een vast uurrooster.

 

Training onder leiding van een gediplomeerde* lesgever1,50 punt per uur

Training onder leiding van een niet-gediplomeerde lesgever0,50 punt per uur

Maximum 60 punten

 

Onder gediplomeerd wordt verstaan: VTS-Aspirant Initiator - VTS-Initiator - VTS Trainer A of B - diploma opgenomen in de VTS assimilatietabel - bachelor of master LO - studenten geslaagd voor 1e jaar bachelor LO.

 

C) WEDSTRIJDEN

 

Het aantal wedstrijddagen per jaar in de eigen sporttak (geen competitiesport op hoog niveau en topsport).

 

Deelname aan een wedstrijd in de eigen sporttak1 punt per wedstrijddag

Maximum 15 punten

 

3.3 Samenstelling van de kwaliteitssubsidie

 

De kwaliteitssubsidie (60% van het globale gemeentelijk sportsubsidiebudget) wordt toegekend naar rato van het aantal behaalde punten door de verenigingen die een subsidieaanvraag indienen volgens hierna volgende bepalingen.

 

De toekenning van de kwaliteitssubsidie gebeurt op basis van een aantal hoofdmodules en één bijmodule. De verschillende modules zijn facultatief, dus niet verplicht. Een vereniging kiest zelf hoeveel en aan welke modules ze wil voldoen. Per module kunnen punten bijverdiend worden. Alle gescoorde punten van de hoofd- en bijmodules worden samengeteld en in rekening gebracht.

 

KWALITEITSMODULE 1: de vereniging is een gestructureerde organisatie

 

De basis van een goede sportwerking is een goede en transparante organisatiestructuur met welomschreven doelstellingen en aan te wenden mensen en middelen. Verenigingen die dit kunnen aantonen, krijgen hiervoor werkingssubsidie.

 

vzw-structuur: De vereniging is een vzw met een duidelijk omschreven statutair doel
40 punten

 

Organogram: De vereniging heeft een autonoom bestuur van minimaal 3 personen en beschikt over een doordacht organogram waaruit taakverdeling, functies en bevoegdheden duidelijk blijken              10 punten

 

Jaarwerkingsverslag: De vereniging heeft een jaarwerkingsverslag met ondermeer de vermelding van activiteiten, leden, doelgroepen, bijscholingen, lesgevers, inkomsten en uitgaven, …

10 punten

 

Financieel beheer: De vereniging voert een doordacht financieel beheer op basis van een eigen boekhouding en transparante begroting

40 punten

 

Bestuursvergaderingen: De vereniging organiseert en houdt minimum 4 bestuursvergaderingen per jaar

10 punten

 

Maximum 110 punten

 

KWALITEITSMODULE 2: de vereniging heeft een actieve sportwerking

 

De vereniging heeft vanuit haar doelstellingen een sportaanbod waarmee ze de bevolking op regelmatige basis en op gestructureerde wijze aanzet tot sporten. De vereniging besteedt daarbij aandacht aan de kwaliteit van het aanbod en begeleiding op sporttechnisch, sportpedagogisch en sportmedisch gebied. De vereniging erkent haar maatschappelijke functie in de lokale maatschappij en helpt mee aan de realisatie van activiteiten van de dienst sport of sportraad.

 

Trainingsplan: De vereniging heeft een pedagogisch doordacht en onderbouwd trainingsplan met aandacht voor didactische aanpak, sportmedische accenten, doelstellingen en eigenheid van de doelgroep

30 punten

 

Jeugdwerking: De jeugdwerking van de vereniging is een afzonderlijke en actieve afdeling met minstens 1 gediplomeerde* jeugdtrainer per 40 jeugdleden
20 punten

 

Participatie lokaal sportbeleid: De sportvereniging verleent per jaar minimaal 1 keer medewerking (administratief, logistiek, vrijwilligers, …) aan een activiteit van de gemeentelijke sportdienst of sportraad
20 punten
 

Deelname algemene vergadering sportraad: De vereniging volgt het gemeentelijk sportbeleid op de voet en neemt deel aan de volledige algemene vergadering van de gemeentelijke sportraad             

10 punten

Aandacht kansengroepen: De vereniging heeft aandacht voor en organiseert drempelverlagende initiatieven voor of doet specifieke inspanningen naar de specifieke kansengroepen binnen de gemeente (anderstaligen, kansarmen, houders vrijetijdspas, …)

5 punten

 

G-sport: De vereniging richt een G-sport aanbod in binnen haar werking

10 punten

 

Organisatie van open sportinitiatieven buiten de dagelijkse werking: De vereniging organiseert drempelverlagende sportinitiatieven voor de inwoners buiten de dagdagelijkse werking waarbij:

- deze sportinitiatieven openstaan voor niet-leden

- de initiatieven voor verschillende doelgroepen op verschillende niveaus bestemd zijn

- de initiatieven op het grondgebied van Malle doorgaan

- minstens 1 niet-lid actief deelneemt

- een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid en sportongevallen ook wordt afgesloten voor niet-leden

- er verschillende communicatiekanalen gebruikt worden om de initiatieven aan te kondigen

5 punten

 

Maximum 100 punten

 

* onder gediplomeerd wordt verstaan: VTS-Aspirant Initiator - VTS-Initiator - VTS Trainer A of B - diploma opgenomen in de VTS assimilatietabel - bachelor of master LO - studenten geslaagd voor 1e jaar bachelor LO.

 

KWALITEITSMODULE 3: de vereniging heeft aandacht voor duurzame kwaliteitszorg in haar organisatie en realisatie van haar doel(en)

 

De vereniging is een dynamische organisatie die oog en oor heeft voor de behoeftes van de leden en wil werken aan de duurzame kwaliteitsverbetering van haar werking. Ze wil haar leden het beste bieden via het realiseren van de doelstellingen.

 

Bijscholing bestuurders, begeleiders en trainers: De vereniging stimuleert sporttechnische, sportmedische, sportpedagogische of sportbestuurlijke bijscholing en opleiding van haar bestuurders, begeleiders, scheidsrechters, trainers , vrijwilligers of verenigingswerkers

1 punt per vormingsuur met een maximum van 40 punten

 

Risico-analyse en veiligheidshandboek: De vereniging heeft in haar werking oog en aandacht voor veiligheid en beschikt over een onderbouwde risico-analyse van haar sportactiviteiten en een veiligheidshandboek

20 punten

 

Ledenvergadering: De vereniging voert een doelgerichte en open communicatie naar haar leden en organiseert minstens 1 ledenvergadering per jaar

20 punten

 

Tevredenheidsonderzoek leden: De vereniging organiseert een schriftelijk onderzoek bij de leden of ouders met betrekking tot het beleid

20 punten

 

Maximum 100 punten

 

BIJMODULE

 

De objectieven van de bijmodule liggen meestal in het verlengde of sluiten aan bij een van de hoofdmodules.

 

Informatie: De vereniging heeft een website, pagina, blad of informatiebrochure met actuele informatie. De vereniging vermeldt in haar externe communicatie duidelijk zichtbaar het recentste logo van de gemeente Malle, samen met de vermelding “met steun van de gemeente Malle”. Indien de vereniging over een website beschikt, legt de vereniging een link naar de website van de gemeente Malle “www.malle.be.”

20 punten

 

Vrijwilligers: De vereniging beschikt over een formele informatienota die de rechten en plichten van haar vrijwilligers en verenigingswerkers duidelijk omschrijft en voldoet aan de minimale verzekeringsvoorwaarden voor haar vrijwilligers en verenigingswerkers             

30 punten

 

Samenwerkingsverband vereniging/school: De vereniging werkt samen met een andere sportvereniging of school uit Malle

20 punten

 

Fondsenwerving: De vereniging probeert bij andere overheden of organisaties subsidies of toelagen voor haar werking te krijgen en/of organiseert nevenactiviteiten (anders dan het eigen sportaanbod) voor het werven van financiële middelen

10 punten

 

Logo: De vereniging beschikt over een eigen logo en vermeldt dit structureel op de social media, briefwisseling, infoblad, …

10 punten

 

Maximum 90 punten

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Reglement impulssubsidies voor sportverenigingen - goedkeuring

 

Toelichting

 

Aanleiding en context

 

Bepaalde onderwerpen van het reglement impulssubsidies voor sportverenigingen zijn ondertussen gedateerd, en verschillende onderdelen hadden nood aan aanpassingen / verbeteringen / verduidelijkingen.

 

Vanuit de sportraad werd de werkgroep "reglementen" opgericht, om de verschillende reglementen grondig te herbekijken.

 

Juridische gronden

 

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40

 

Gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2013, werkings- en impulssubsidiereglement - actualisatie ingevolge nieuwe decreet - goedkeuring

 

Motivering

 

De aanpassingen werden voor advies voorgelegd aan de raad van bestuur van de sportraad van 26 februari 2019 en werden daar positief geadviseerd.

 

Het college van burgemeester en schepenen stelt dan ook voor om goedkeuring te hechten aan het reglement.

 

Beraadslaging

 

Burgemeester Harry Hendrickx geeft toelichting bij onderhavig agendapunt.

 

De gemeenteraad besluit bij 24 ja stemmen

 

Artikel 1 - uitzonderlijk voor dit jaar de uiterlijke indiendatum voor subsidieaanvragen te verschuiven naar 30 april 2019 (i.p.v. 31 maart 2019).

 

Artikel 2 - het gemeentelijk reglement impulssubsidies voor sportverenigingen goed te keuren als volgt:

 

SUBSIDIEREGLEMENT IMPULSSUBSIDIES TEN VOORDELE VAN ERKENDE SPORTVERENIGINGEN

(hierna genoemd: vereniging)

 

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

 

1.1. Doelstelling

 

De vereniging ertoe aanzetten om meer en beter gekwalificeerde jeugdtrainers en jeugdsportcoördinatoren in te schakelen in de werking van de vereniging.

 

1.2. Kader

 

Dit reglement is opgemaakt in de geest van geldende overkoepelende wetten en decreten:

wet van 14 november 1983 betreffende de controle op toekenning en de aanwending van               gemeentelijke subsidies;

decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

1.3. Voorwaarden

 

Een vereniging die wil genieten van deze impulssubsidie, moet door de gemeente erkend zijn. Verenigingen kunnen deze subsidie aanvragen als ze voldoen aan de volgende voorwaarden:

de vereniging heeft een actieve werking op het grondgebied van Malle;

de vereniging heeft minimum 20 sportende jeugdleden:

de meerderheid (min 51%) van de sportende leden is ingeschreven in de gemeente Malle.

Een percentage van minimum 40% kan voldoende zijn en goedgekeurd worden op voorwaarde dat de betreffende vereniging aantoont dat zij een actief en kwaliteitsvol jeugdbeleid voert én een regionale uitstraling heeft;

de vereniging heeft een zichtrekening in België op naam van de vereniging;

de vereniging biedt gedurende een sportseizoen minstens wekelijks of tweewekelijks een               sportactiviteit aan;

de vereniging is géén topsportvereniging of een vereniging die enkel competitiesport op               hoog niveau aanbiedt;

wanneer de vereniging ophoudt te bestaan of de erkenning tussentijds, d.w.z. tussen het               ogenblik van de subsidie-aanvraag en het moment van uitbetaling van de subsidie, werd                             ingetrokken wordt er geen subsidie meer uitgekeerd.

 

1.4 Budget

 

De impulssubsidie wordt uitgekeerd binnen de perken van de door de gemeenteraad op het onderhavige budget goedgekeurde kredieten. Een vereniging kan geen subsidie voor hetzelfde doel ontvangen via andere gemeentelijke kanalen.

 

1.5. Terminologie

 

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

Sport: activiteiten die individueel of in ploegverband worden beoefend met een competitief               of recreatief karakter waarbij vooral de fysieke inspanning centraal staat;

Sportvereniging: een groepering van mensen die zich structureel en duurzaam heeft               georganiseerd met als primaire doelstelling de beoefening van sport;

Erkende sportvereniging: een sportvereniging die is aangesloten bij een erkende Vlaamse               sportfederatie én die erkend is door het gemeentebestuur;

Kalenderjaar: van 1 januari tot 31 december;

Jeugdsport: sportparticipatie van kinderen en jongeren tot en met 18 jaar;

Jeugdtrainer: sporttechnisch begeleider voor jeugdsport, persoon die binnen de vereniging               training geeft aan jeugdleden en hiervoor de nodige kwalificaties heeft;

Jeugdsportcoördinator (hierna JSC): een sportgekwalificeerde jeugdtrainer (minstens VTS               initiator of gelijkwaardig) die het jeugdsportbeleid in de vereniging coördineert op het                                           sporttechnische, beleidsmatige en organisatorische vlak;

Opleiding: een kadervormingscursus georganiseerd, of erkend door de Vlaamse               Trainersschool ( VTS);

Bijscholing: een bijscholingscursus georganiseerd door VTS of de sportfederatie, de               provincie, de Sportregio of de gemeente.

 

1.6. Termijn

 

Dit reglement is van toepassing voor de toewijzing en berekening van de subsidies vanaf 28 maart 2019 (gemeenteraadsbeslissing)

 

HOOFDSTUK 2. Procedure en werkwijze

 

2.1 Aanvraagprocedure

 

De impulssubsidie kan men aanvragen door volgende hierna omschreven procedure te volgen:

de vereniging richt, op eigen initiatief, de aanvraag tot subsidiëring via de dienst sport aan               het college van burgemeester en schepenen (hierna genoemd: college) op de daarvoor                             bestemde aanvraagformulieren;

het reglement en de aanvraagformulieren zijn vanaf 1 februari beschikbaar bij de dienst               sport en kunnen daar opgevraagd worden;

de subsidieaanvraag moet tijdig en correct ingediend worden uiterlijk op 31 maart van het               betrokken jaar.

 

De bewijslast van de tijdige indiening van de subsidieaanvraag en -dossier wordt gespecificeerd in de aanvraagformulieren en ligt bij de vereniging. Indien nodig, kan het college via de dienst sport steeds bijkomende informatie en/of bewijsstukken opvragen. Deze bijkomende informatie en/of bewijsstukken moeten uiterlijk binnen de 10 dagen (datum van vraag geldt als aanvangsdatum) aan het college bezorgd worden via de dienst sport.

 

2.2 Toewijzingsprocedure

 

Het college vraagt het advies van de sportraad over de ingediende subsidieaanvragen. Het bepaalt, aan de hand van de bepalingen in onderhavig subsidiereglement en rekening houdend met het advies van de sportraad, de berekening van en het voorstel tot verdeling.

 

De subsidie in dit reglement vermeld, wordt daarbij slechts definitief uitbetaald als de vereniging erkend is door de gemeente op het moment van de uitbetaling.

 

De gemeente behoudt zich daarbij het recht voor de gegeven informatie documenten en bewijsstukken te controleren. Het college kan daarbij personen aanwijzen om alle gevraagde documenten in te zien en/of bijkomende inlichtingen te vragen, om de taak van toezicht op de naleving van onderhavig reglement te kunnen vervullen. Al deze stukken of inlichtingen zijn strikt vertrouwelijk en mogen maar gebruikt worden in verband met de subsidieverdeling (Al deze stukken of inlichtingen zijn strikt vertrouwelijk en mogen maar gebruikt worden in verband met de subsidieverdeling).

 

Indien door een vereniging opzettelijk onjuiste gegevens zijn verstrekt of indien de gestelde voorwaarden niet zijn nageleefd, kan het college de uitbetaling van de subsidie geheel of gedeeltelijk schorsen, of terugvorderen en eventueel de betrokken vereniging van subsidie uitsluiten.

 

Het college maakt via de dienst sport het definitieve resultaat bekend aan de aanvragende vereniging en dit voor 15 november van het betrokken jaar. De subsidies worden uiterlijk op 31 december van het betrokken jaar aan de vereniging uitbetaald.

 

2.3. Beroep

 

Tegen elke beslissing die in het kader van dit reglement wordt genomen, kan de vereniging beroep aantekenen. Dat gebeurt uiterlijk binnen de 30 dagen na de bekendmaking van de beslissing met een schriftelijk en voldoende gemotiveerd bezwaarschrift, gericht aan het college. De bewijslast van de tijdige indiening van het bezwaarschrift ligt bij de vereniging.

 

Na onderzoek van het bezwaarschrift, zal het college een gemotiveerde beslissing treffen en de vereniging hierover inlichten. Hiertegen is geen administratief beroep mogelijk.

 

Over alle gevallen en uitzonderingen die niet voorzien zijn in dit reglement, beslist het college.

 

HOOFDSTUK 3: Subsidiebedrag

 

3.1 Berekening van de subsidie

 

Dit subsidiereglement tracht bij te dragen tot de kwaliteitsverbetering van de jeugdsportwerking en begeleiding van de jeugdsporters binnen de vereniging. Het impulssubsidiereglement beoogt dat meer verenigingen inzetten op een kwaliteitsvolle en doordachte jeugdwerking met en door inschakeling van meer en beter gekwalificeerde trainers. De subsidie wordt bepaald op basis van de beoordeling van de werking van de vereniging op het vlak van de hieronder omschreven en vastgestelde doelstellingen, criteria en parameters.

 

De subsidiëring van het huidige werkingsjaar wordt steeds bepaald op basis van de in het aanvraagdossier opgenomen gegevens van de vereniging met betrekking tot het voorgaande kalenderjaar.

 

De subsidie wordt daarbij verdeeld naar rato van het aantal behaalde punten door de vereniging volgens de hieronder vastgelegde bepalingen en puntenverdeling. Het beschikbaar gemeentelijk sportsubsidiebudget wordt gedeeld door het aantal gescoorde punten om een subsidiebedrag per punt te verkrijgen. Elk punt wordt daarbij omgezet in een subsidiewaarde. Hoe meer punten een vereniging haalt, hoe meer subsidie het in principe krijgt.

 

3.2 Samenstelling van de subsidie

 

A) Actieve jeugdsportcoördinator (JSC)

In de vereniging is een sportgekwalificeerde JSC actief die het jeugdsportbeleid in de vereniging coördineert op het sporttechnische, beleidsmatige en organisatorische vlak en de jeugdtrainers actief ondersteunt en begeleidt.

De JSC, actief in de vereniging, heeft een sportspecifiek diploma van minimum initiatorniveau van of erkend door de VTS.

 

Aanwezigheid: de vereniging beschikt over een sportgekwalificeerde JSC (minstens VTS-initiator in de betrokken sporttak of geassimileerd) die met naam, taak en contactgegevens expliciet vermeld moet worden in de informatiebrochure en/of website/social mediapagina van de vereniging:

zonder specifiek diploma JSC: 10 punten

met VTS-diploma JSC “basismodule”: 15 punten

met VTS-diploma JSC “specialisatiemodule”: 25 punten
10, 15 of 25 punten

 

Opleiding: Er worden extra punten toegekend naargelang de sportkwalificatie van de JSC hoger is dan de vereiste VTS-initiator of gelijkgestelde diploma. Deze extra punten worden toegekend volgens de recentste referentietabel voor sportkwalificaties van de VTS:

waardering 2: 4 punten

waardering 3: 5 punten

waardering 4: 6 punten

waardering 5: 7 punten

waardering 6: 8 punten

waardering 7: 9 punten

waardering 8: 10 punten
4, 5, 6, 7, 8, 9 of 10 punten


Bijscholing: De JSC volgt jaarlijks minimaal 1 beleidsmatige, sporttechnische of organisatorische bijscholing die aansluit bij zijn functie en doelstellingen binnen de vereniging
10 punten
 

Taken en functies: De taken en functies van de JSC zijn formeel en doordacht vastgelegd in een functiebeschrijving en/of organogram
5 punten


Organisatie: De JSC organiseert bijscholingen en vormingsmomenten voor de eigen jeugdtrainers

5 punten per bijscholing / vormingsmoment met een maximum van 15 punten


Overleg: De JSC organiseert jaarlijks minstens 3 formele overlegvergaderingen met de eigen jeugdtrainers
5 punten


Maximum 70 punten

 

B) Jeugdtrainers

De vereniging beschikt over een kwaliteitsvol en deskundig sporttechnisch kader dat de nodige opleiding genoten heeft. Jeugdtrainers hebben een sportspecifiek diploma of attest van, of erkend door de Vlaamse Trainersschool. Er worden punten toegekend volgens de referentietabel van de Vlaamse Trainersschool. De meest recente tabel wordt elk jaar samen met het aanvraagformulier aan de verenigingen bezorgd. Enkel het hoogste diploma komt per jeugdtrainer in aanmerking.

 

Waarderingsschaal 15 punten per jeugdtrainer

Waarderingsschaal 2 of 310 punten per jeugdtrainer

Waarderingsschaal 4 of 515 punten per jeugdtrainer

Waarderingsschaal 620 punten per jeugdtrainer

Waarderingsschaal 7 of 825 punten per jeugdtrainer

Maximum 100 punten

 

C) Bijscholing of opleiding van de jeugdtrainer

De jeugdtrainer volgt, met succes, een sporttechnische, tactische of sociaal-pedagogische bijscholing waarbij de vereniging de deelnamegelden betaalt of de bijscholing zelf organiseert. De bijscholingen moeten passen binnen de taken als jeugdtrainer in de vereniging en een effectieve meerwaarde bieden voor de jeugdtrainer binnen de verenigingsmissie en -opdracht. Indien de jeugdtrainer een sporttakspecifieke opleiding start bij de Vlaamse trainersschool, wordt dit extra gewaardeerd.

 

Per bijscholing (één halve dag of één avond)
2,5 punt/jeugdtrainer


Meerdaagse bijscholing
5 punten/jeugdtrainer
 

VTS opleiding Aspirant Initiator
5 punten/jeugdtrainer


VTS opleiding Initiator, Instructeur B/Trainer B, trainer A
15 punten/jeugdtrainer


Maximum 60 punten

 

D) Bijscholing of opleiding georganiseerd door of in samenwerking met de sportdienst

De vereniging krijgt extra punten per jeugdtrainer of –coördinator die bijscholingen volgen georganiseerd door of georganiseerd in samenwerking met de dienst sport.

 

Per door de sportdienst (mee-)georganiseerde bijscholing of opleiding
2,5 punten/JSB


Maximum 30 punten

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Mededelingen - mobiliteitsplan - stand van zaken

 

Schepen Sanne Van Looy geeft een toelichting waarbij onder andere volgende elementen aan bod komen, terwijl een excel met een planning wordt getoond:

         het mobiliteitsplan bestaat uit drie fasen:

         de verkenningsfase, die voor de zomer af zou moeten zijn

         de synthesefase, die in het voorjaar 2020 af zou moeten zijn

         uiteindelijk zou het mobiliteitsplan in het najaar 2020 af moeten zijn

         in alle fasen zal er overlegd worden met de gemeenteraad en bewoners. Bij de laatste twee fasen zal er een actieve vorm van participatie zijn

         de timing van het mobiliteitsplan zal ook afgestemd worden op de timing van de vervoerregio.

 

Raadslid Walter Vermeylen vraagt wanneer de einddatum voorzien is.

 

Schepen Sanne Van Looy licht toe dat de einddatum voorzien is voor half september 2020. Dit kan evenwel mogelijk wat later zijn omdat ook met de timing van de vervoerregio moet rekening worden gehouden.

 

Schepen Sanne Van Looy besluit het punt met de boodschap dat de getoonde excel nog zal worden nagestuurd.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Vragen en mededelingen

 

Raadslid Paul Van Ham merkt op dat er een busplatform werd aangelegd aan de bushalte aan de industrie (Zoerselbaan) en vraagt of er een schuilhuisje en iets voor fietsers kan voorzien worden. Schepen Sanne Van Looy stelt dit te zullen bekijken.

         Raadslid Mieke Vermeyen verwijst naar de seniorenfuif in april.

         Schepen Dries Van Dyck verwijst naar de kermis in april.

         Voorzitter Dirk Gerinckx stelt dat iedereen een blad met afkortingen heeft gekregen op vraag van enkele raadsleden. Dit zal ook nog digitaal bezorgd worden.

         Raadslid Kris Mintjens stelt dat de oprichting van Oostwest geen slecht initiatief was, gelet op de reportage op radio 1 waarin Malle naar voor komt als de meest verdeelde gemeente van Vlaanderen. Malle heeft zoveel in zijn mars en dan komt Malle met zoiets op de radio. Dat is bedroevend. Hier moeten we als gemeenteraad in zijn geheel iets aan doen, aldus raadslid Kris Mintjens.

Burgemeester Harry Hendrickx licht toe dat het een verschrikkelijke reportage was. Wie neemt er een initiatief voor zoiets? Het is onbegrijpelijk hoe zoiets tot stand komt. Bovendien waren het niet altijd de meest representatieve mensen. DBM heeft van bij haar oprichting gewerkt aan verbinding.

Raadslid Kris Mintjens benadrukt dat het geen initiatief was van Oostwest. Hij licht toe dat hij werd opgebeld door een reporter van radio 1 tijdens zijn vakantie en dat hij de telefoonnummer van Paul Van Ham heeft doorgegeven.

Schepen Wouter Patho stelt dat het straf is dat raadslid Kris Mintjens hierover begint. In alle gemeenten zal er wel wat gezonde rivaliteit zijn. Maar wie voedt zoiets? De tussenkomsten van de mensen op de radio, zijn niet van mensen die Malle hoog in het vaandel dragen. De oprichter van Oostwest pleit voor verzoening, maar voedt tegelijkertijd die rivaliteit.

Raadslid Kris Mintjens stelt dat die rivaliteit geenszins door Oostwest wordt gevoed en stelt dat Oostwest niets met de reportage te maken had.

Schepen Sanne Van Looy stelt dat de tussenkomst van raadslid Paul Van Ham op de radio niet erg verbindend was.

Raadslid Paul Van Ham stelt dat zijn tussenkomst neutraal was.

Schepen Wouter Patho vindt het vreemd dat er aan zo'n reportage wordt meegewerkt.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Interpellatie over afvalinzameling - zwerfvuil opruimen door verenigingen in 2019

 

Raadslid Wim Vervloet licht onderhavig punt toe:

"Vlaams Belang Malle vindt de subsidie voor inzameling van zwerfvuil door verenigingen een mooi initiatief. Het stimuleert verenigingen om zich in te zetten om onze bermen proper te houden. En de verenigingen kunnen er een mooi centje aan over houden (50€p/km opgeruimde berm).

Toch merkten wij iets opmerkelijks op in de CBS notulen pg. 451 t/m 453.

Tussen al de verenigingen staat ook de politieke partij CD&V Malle die 15 km berm opruimt? (15km x 50€= 750€)

Vlaams Belang vindt het mooi dat zij zich willen inzetten om de bermen proper te houden maar stelt zich hier toch enkele vragen bij."

 

Raadslid Wim Vervloet stelt volgende vragen:

         Bestaat er een reglement rond deze afvalinzameling?

         Hoeveel km berm kan er in totaal gedaan worden in Malle?

         Is er een maximum aantal km per vereniging?

         Welke en hoeveel verenigingen mogen hier aan meedoen?

         Hoe worden deze verenigingen op de hoogte gebracht om zich in te schrijven?

         Laten we het subsidiereglement houden voor verenigingen en dus niet politieke partijen. Als politieke partij moeten wij hier niet voor gesubsidieerd worden. Maar moeten wij het goede voorbeeld geven. Ik stel daarom voor om bij de volgende afvalinzameling met de gemeenteraad het goede voorbeeld te geven en de aanwezige verenigingen te ondersteunen.

 

Schepen Wouter Patho geeft een antwoord, waarbij onder andere volgende elementen aan bod komen:

         Er is effectief een reglement. Dit werd door de gemeenteraad goedgekeurd op 27 februari 2012.

         Er kan 110 kilometer straat en dus 220 km berm gedaan worden. Ook speelpleintjes zijn mee opgenomen. In het budget wordt er jaarlijks 5.500,00 EUR voorzien. Dit komt neer op 50,00 EUR per kilometer. De voorwaarde is wel dat het traject 2 maal per jaar onder handen wordt genomen. In de praktijk gebeurt dit rond 21 maart en 21 september.

         Er zijn heel wat Mallenaren die op eigen initiatief, zonder er voor in de picture te lopen, zwerfvuil opruimen. Alle extra meters die gedaan worden zijn top.

 

Raadslid Wim Vervloet stelt dat Vlaams Belang vindt dat een politieke partij er niet voor vergoed moet worden.

 

Schepen Wim Jordens stelt dat zij heel wat mensen aanmoedigen en mobiliseren om deel te nemen aan het opruimen. Wanneer een politieke partij gebruik maakt van gebouwen, krijgt deze politieke partij ook het voordeeltarief.

 

Raadslid Alex Van Loon meent dat een politieke partij juridisch gezien niet uitgesloten kan worden. Bovendien is er geen enkele reden om ze uit te sluiten, zeker niet als ze zo iets positiefs doen.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat het een goed initiatief is van Vlaams Belang om met heel de gemeenteraad te gaan helpen. Hij licht toe dat hij in het verleden ook reeds met een vereniging heeft meegeholpen.

 

Raadslid Ingrid Vrints stelt dat ook geholpen kan worden in het domein de Renesse, waar verschillende van hun mensen doorheen het jaar ook helpen.

 

Raadslid Alex Van Loon vraagt of er een idee is van het volume per jaar.

 

Schepen Wouter Patho licht toe dat hij de cijfers niet bij de hand heeft, maar dat hij het exacte volume nog zal meedelen.

 

Raadslid Wim Jordens licht toe dat de container bomvol zat en dat CD&V een 45 volle zakken had.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat de exacte cijfers goed worden bijgehouden en stelt benieuwd te zijn wie uit de gemeenteraad in september mee zal helpen.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Interpellatie over het investeringsfonds van HidroRio

 

Raadslid Walter Vermeylen licht onderhavig punt toe:

"Het investeringsfonds Hidrorio werd in 2015 opgezet om niet-gesubsidieerde werken te laten uitvoeren zonder dat de gemeente daarvoor een gemeentelijke tussenkomst moet doen.

Hiervoor wordt de achtergestelde lening versneld afgelost. Elke legislatuur wordt een bedrag per gemeente omgezet naar het investeringsfonds. Het fonds kan door de gemeente aangewend worden voor de financiering van specifieke investeringsprojecten binnen Hidrorio.

Op 4 februari 2019 ontving de gemeente Malle een schrijven van Pidpa betreffende de stand van zaken per 31 december 2018 met betrekking tot de toestand van het investeringsfonds.

Het college van burgemeester en schepenen besluit eenparig kennis te nemen van het schrijven van 4 februari 2018 van Pidpa betreffende de stand van zaken van het investeringsfonds en kennis te nemen van boekingsfiche 5106 betreffende het investeringsfonds Hidrorio."

 

Raadslid Walter Vermeylen stelt volgende vragen:

         Elke legislatuur wordt een bedrag per gemeente omgezet naar het investeringsfonds. Hoe groot is dit bedrag voor deze legislatuur?

         Hoe groot is die achtergestelde lening nog? Welke investeringen zijn er tot nog toe gebeurd? De afgelopen 3 jaar, sinds het ontstaan van het fonds?

         Kan je de boekingsfiche 5106 even toelichten?

 

Schepen Wim Jordens geeft een antwoord, waarbij onder andere volgende elementen aan bod komen:

         Op een bepaald moment heeft de gemeente Malle de riolering overgedragen aan Hidrorio. Daar staat een vergoeding tegenover. Cash werd 25% van de boekwaarde van die riolering ontvangen. Dat ging over een bedrag van een 1.125.000 euro.

         Omdat Hidriorio onmogelijk aan alle gemeenten alles ineens kon betalen, werd het omgezet in een achtergestelde lening. Dat bedrag van die achtergestelde lening ging over een 3.313.000 euro en over 99 jaar. Jaarlijks gaat het over een 35.000 euro. Het bedrag van die eerste drie jaren, heeft de gemeente nog niet opgebruikt. Het is enerzijds gereserveerd voor het project van de doortocht en mogelijks ook een stuk voor het project van de Lierselei.

         Elk jaar krijgt de gemeente dus 1/99 van die achtergestelde lening.

 

Raadslid Walter Vermeylen vraagt of er dan nog iets gedaan wordt aan de riolering op de Hoogstraatsebaan? Wordt het geld daar dan voor gebruikt?

 

Schepen Wim Jordens verwijst naar het bufferbekken en naar verschillende controles die gebeurd zijn met betrekking tot de riolering. De reservering betrof een bedrag van een 120.000 euro.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Interpellatie over de riolering aan de Hoogstraatsebaan en de scheiding van vuil water en regenwater

 

Raadslid Walter Vermeylen licht onderhavig punt toe:

"Straks zijn de werken langs de Hoogstraatsebaan geklaard en kan de baan terug worden opengesteld voor het verkeer.

De werken zijn vlot verlopen door de zachte winter en de aanhoudende zomer op het eind van vorig jaar. Men heeft met andere worden een flinke tijdswinst geboekt van enkele maanden.

Ik zou even willen ingaan op de riolering langs de ganse Hoogstraatsebaan.

Bij de aanleg van de fietspaden langsheen de Hoogstraatsebaan tussen de Smekenstraat en de brug in Rijkevorsel in 2010 heeft men gebruik gemaakt om de riolering aan te passen zodat de scheiding van regenwater en rioleringswater mogelijk werd. Tot nu toe was en is die scheiding van vuil en regenwater nog steeds niet uitgevoerd en bij mijn weten heeft men nu met de laatste fase niet de riolering aangepakt om die scheiding in het vernieuwde laatste stuk uit te voeren. Of vergissen we ons?"

 

Raadslid Walter Vermeylen stelt volgende vragen:

         Was het niet de bedoeling om die riolering nu aan te passen of te vervangen zodat de scheiding van regenwater en vuil water op deze hoofdas kon worden uitgevoerd? Heeft men wel regenwaterafvoer voorzien nu?

         Of? Gaat men dit in een latere fase doen (2021) als de Lierselei wordt aangepakt? Gaat men dan de straat terug openbreken om de oudere woningen aan te sluiten. Bij de nieuwe liggen de wachtputjes klaar denk ik? (Blauwe dekseltjes PIDPA)

         Ook daar heb ik begrepen dat men het eerste deel van de Lierselei niet zal aanpakken gelegen tussen het kruispunt en de Herentalsebaan? Of gaat men de riolering wel aanpakken terwijl nu de baan toch afgesloten zal zijn?

         Is de afkoppeling van de woningen aan het andere deel van de Hoogstraatsebaan (naar Rijkevorsel) aan de orde? Of wanneer wil men hier werk van maken?

 

Schepen Wim Jordens geeft een antwoord, waarbij onder andere volgende elementen aan bod komen:

         De optie om binnen dit project een gescheiden rioleringssysteem aan te leggen is tijdens de ontwerpfase bekeken en besproken. Gelet op het feit dat dit sowieso niet mogelijk was via het derdebetalerssysteem en hiervoor subsidies dienden aangevraagd te worden, werd het gesprek met VMM (Vlaamse Milieumaatschappij) aangegaan. Hieruit bleek dat de eventuele aanvraag van subsidies die het mogelijk zouden gemaakt hebben om in de Hoogstraatsebaan een gescheiden rioleringssysteem aan te leggen qua timing niet verenigbaar was met de timing zoals die voorop gesteld werd binnen het Module 13 - fietspadenproject. Vervolgens is deze optie verlaten. Wel is de bestaande riolering volledig geïnspecteerd, waarna de mankementen in kaart zijn gebracht. Deze zijn hersteld, hetzij ter hoogte van de huisaansluiting, hetzij door middel van het aanbrengen van liners, hetzij door middel van frezen.

         AWV (Agentschap Wegen en Verkeer) heeft binnen dit project geen opdracht gekregen tot afkoppeling.

         De Hoogstraatsebaan zal niet terug open gebroken worden om de woningen aan te sluiten.

         Zoals het er momenteel voorstaat voor de Lierselei, zal ook in dit Module 13 - fietspadendossier de gang van zaken gevolgd worden zoals deze nu gevolgd wordt op de Hoogstraatsebaan. Er zullen in dit dossier, gelet op de timing, wel nog subsidies aangevraagd worden teneinde riolering te kunnen aanleggen, doch de kans dat deze zullen toegekend worden is eerder klein. Ook in dit project heeft AWV geen opdracht gekregen tot afkoppeling.

         De oppervlakte van de rijweg van de Hoogstraatsebaan wordt reeds volledig gescheiden afgevoerd. Nieuwe woningen dienen uiteraard verplicht gescheiden aan te sluiten. Voor bestaande, oudere woningen zal deze scheiding opgelegd worden indien grondige verbouwingswerken gepland worden.

 

Schepen Sanne Van Looy licht toe dat in het aanvankelijk ontwerp 'fietspadendossier Lierselei/N14' de zone N14 tussen N12 en N153 niet werd meegenomen. Men zou de effecten van de toekomstige omleidingsweg afwachten alvorens deze zone te herinrichten. De gemeente heeft in het verleden gesteld dat dit wel diende mee bekeken te worden. De kwaliteitsadviseur is daarin gevolgd. Er zijn nu besprekingen lopende, aldus schepen Sanne Van Looy.

 

Raadslid Paul Van Ham vraagt of er in de verre toekomst dan een gescheiden stelsel komt op de Hoogstraatsebaan.

 

Schepen Wim Jordens antwoordt dat dit misschien zou kunnen zijn in de verre toekomst. Niettemin kan VMM niet volgen. En het kan ook niet de bedoeling zijn dat de gemeente Malle deze grote kosten moet betalen, want dan zal de VMM in de toekomst mogelijk altijd een afwachtende houding aannemen.

 

Raadslid Kris Mintjens meent dat het een rare redenering is: het is omdat het veel geld kost dat het niet wordt uitgevoerd. Het is een gemiste kans, aldus raadslid Kris Mintjens.

 

Raadslid Thierry van der Straten Waillet stelt dat het grote probleem is, dat de subsidies van VMM en AWV niet op elkaar zijn afgestemd.

 

Raadslid Walter Vermeylen stelt dat de rioleringswerken in 2013 werden gegund voor een bedrag van een 1.000.000 euro. Op de één of andere manier is dit dan toch afgevoerd. Waarom die werken dan niet zijn doorgegaan, is onduidelijk, aldus raadslid Walter Vermeylen.

 

Raadslid Paul Van Ham stelt dat één van de belangrijke redenen voor VMM was dat het gescheiden stelsel nergens op aangesloten kon worden. Niettemin is het uiteraard een gemiste kans.

 

Raadslid Kris Mintjens vraagt zich af of men niet met wachtbuizen had kunnen werken. Hij stelt dat de gemeente er zich misschien toch meer had op moeten focussen.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Interpellatie over het verslag projectbespreking RUP gedeeltelijke herziening BPA 'De Speelhoven-Akker'

 

Raadslid Walter Vermeylen licht onderhavig punt toe:

"De notulen van het college van burgemeester en schepenen van 25 februari 2019 melden het volgende:

'14. Ruimtelijke planning - verslag projectbespreking RUP gedeeltelijke herziening BPA 'De Speelhoven- Akker', verderzetting en aanpassing van de opdracht - goedkeuring

Toelichting:

Aanleiding en context

Op 11 april 2016 besprak het college van burgemeester en schepenen de noodzaak om een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan op te maken om BPA 'De Speelhoven-Akker' gedeeltelijk te herzien.

Op 19 juni 2017 stelde het college van burgemeester en schepenen SWECO BELGIUM NV aan als ontwerper van het RUP. Met haar aangetekende brief van 9 oktober 2018, meldde het studiebureau SWECO BELGIUM NV dat de opdracht tijdelijk wordt opgeschort.

Motivering

In naloop van de verkiezingen en aanloop van de vorming van een nieuwe bestuurscoalitie, leek het aangewezen de resultaten even af te wachten alvorens het dossier verder te zetten. SWECO maakte reeds een ontwerp - scopingsnota op, die nog door het college van burgemeester en schepenen dient te worden gevalideerd.

In 2019 werd een nieuw bestuur gevormd. Dit betekent dat, mits akkoord van het college van burgemeester en schepenen, de opdracht door SWECO kan worden verder gezet.

Op 4 februari 2019 werd er door het planteam een projectbespreking georganiseerd om het verdere verloop te bespreken. Door recente wijzigingen aan de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, lijkt er geen noodzaak meer te bestaan om alle deelgebieden mee te nemen in de verdere procedure.

Zo wordt vastgesteld dat, 15 jaar na het in werking treden van het Bijzonder Plan van Aanleg 'De Speelhoven - Akker', het mogelijk wordt om de voorschriften flexibeler toe te passen, voor zover de onderliggende gewestplanbestemming niet geschaad wordt.

Het BPA trad in werking in 2014, waardoor we kunnen concluderen dat de beperkingen voor enkele deelgebieden in 2019 opgelost zijn, zonder wijziging van het BPA.

De huidige knelpunten binnen deelgebied 3 (langs de Antwerpsesteenweg) en deelgebied 6 (langs de Hoogstraatsebaan) zouden via een afwijking opgevangen kunnen worden, gezien onderliggend de gewestplanvoorschriften 'woongebied' van toepassing zijn. Het lijkt overbodig om deze deelgebieden mee te nemen in voorliggend RUP. Voor het deelgebied ter hoogte van de Akkerstraat (2) en het deelgebied ter hoogte van de Dorpsstraat (5) zijn er aanpassingen gewenst aan de wegenis, waardoor het de voorkeur draagt om deze gebieden alsnog mee te nemen in het voorontwerp RUP.

Ook de CRV-site (deelgebied 1) zal meegenomen worden om voldoende rechtszekerheid te kunnen bieden voor de ontwikkeling van deze site en tevens de benodigde randvoorwaarden te kunnen stellen. Er is daarnaast nog geen rechtspraak over de afwijkingsmogelijkheden van BPA's ouder dan 15 jaar en er moet rekening gehouden worden met de precedentwaarde van deze afwijkingen.

Er wordt voorgesteld om het totaal aantal deelgebieden te herleiden tot de drie projectgebieden (deelgebied CRV-site, Akkerstraat en De Speelhoven) en de deelgebieden Antwerpsesteenweg en Hoogstraatsebaan uit de scopingsnota te sluiten.

Het lijkt bijgevolg aangewezen dat het college van burgemeester en schepenen de uitsluiting van deze twee deelgebieden uit de verdere procedure goedkeurt en de verderzetting van de opmaak van het RUP voor de drie resterende deelgebieden Akkerstraat, CRV-site en De Speelhoven valideert.'

 

De notulen van het college van burgemeester en schepenen van 18 februari 2019 melden het volgende:

'15. Ruimtelijke ordening - wedersamenstelling van het planteam voor opmaak van het RUP gedeeltelijke herziening 'BPA De Speelhoven - Akker' - goedkeuring

Toelichting

Aanleiding en context

Op 11 april 2016 besprak het college van burgemeester en schepenen de noodzaak om een RUP op te maken om BPA 'De Speelhoven-Akker' partieel te herzien.

Op 19 juni 2017 stelde het college van burgemeester en schepenen SWECO BELGIUM NV aan als ontwerper van het RUP. Op 28 augustus 2017 besliste het college van burgemeester en schepenen om het eerder samengestelde planteam, van 19 juni 2017, weder samen te stellen, dit na een bevoegdheidswijziging binnen de werking van het college van burgemeester en schepenen."

 

Raadslid Walter Vermeylen stelt volgende vragen:

         Het BPA trad in werking in 2014, (moet dit niet 2004 zijn?) waardoor we kunnen concluderen dat de beperkingen voor enkele deelgebieden in 2019 opgelost zijn, zonder wijziging van het BPA.

De huidige knelpunten binnen deelgebied 3 (langs de Antwerpsesteenweg) en deelgebied 6 (langs de Hoogstraatsebaan) zouden via een afwijking opgevangen kunnen worden, gezien onderliggend de gewestplanvoorschriften 'woongebied' van toepassing zijn. Het lijkt overbodig om deze deelgebieden mee te nemen in voorliggend RUP.

Welke deelgebieden (situeren 3 en 6) zijn dit en kan dit worden toegelicht op scherm?

         De huidige knelpunten binnen deelgebied 3 (langs de Antwerpsesteenweg) en deelgebied 6 (langs de Hoogstraatsebaan) zouden via een afwijking opgevangen kunnen worden, gezien onderliggend de gewestplanvoorschriften 'woongebied' van toepassing zijn. Het lijkt overbodig om deze deelgebieden mee te nemen in voorliggend RUP.

Kan je dit eens toelichten?

 

Schepen Sanne Van Looy geeft een antwoord, waarbij onder andere volgende elementen aan bod komen:

         Gewestplannen zijn de planningsinstrumenten die de Vlaamse overheid hanteert. Die gewestplannen worden verfijnd door de bijzondere plannen van aanleg (BPA). Deze bleken in de praktijk niet zo flexibel te zijn, waardoor ze vervangen werden door de ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP).

         Wat hier voorligt is het BPA Speelhoven-Akker. Door een RUP te maken, kan er flexibeler mee omgesprongen worden.

         De aanleiding was de wens van DCA om de CRV-site te wijzigen. Woonzone en groenzone zal er van gemaakt kunnen worden. Voor deelgebied 2 bleek de huidige bestemming niet flexibel genoeg om om te gaan met de problematieken die er vandaag zijn, zoals bijvoorbeeld de waterproblematiek. Deelgebied 3 is aan de Antwerpsesteenweg en 5 is aan de Hoogstraatsebaan. Ze zijn ingetekend als woonfunctie, maar het wordt mogelijk gemaakt dat er een woonfunctie komt met nevenactiviteiten. Deelgebied 4 is aan de Dorpsweg. Dat was voorzien voor serviceflats. Het RUP voorziet dat dit ook anders kan ingevuld worden.

         2004 moet het inderdaad zijn in plaats van 2014. Dat is een redactionele fout.

         De codextrein maakt het mogelijk om het een en ander te versoepelen. Er zijn afwijkingsmogelijkheden voor BPA's ouder dan 15 jaar. Er wordt dan teruggevallen op de oude bestemming uit het gewestplan. Er mag nooit afgeweken worden van het gewestplan. De codextrein is mogelijk voor deelgebied 3 en 5.

 

Raadslid Paul Van Ham vraagt of dit dus betekent dat voor zone 3 en 5 handel mogelijk wordt door de codextrein.

 

Schepen Sanne Van Looy licht toe dat de codextrein er voor zorgt dat het niet meer verplicht is dat de hoofdfunctie wonen aanwezig is.

 

Raadslid Alex Van Loon vraagt of het opportuun is om deelgebied 2 te gaan ontwikkelen gezien de betonstop. Daarnaast licht raadslid Alex Van Loon toe dat hij zone 3 niet geschikt vindt om handel toe te laten. Is er rekening gehouden met verkeersveiligheid?

 

Schepen Sanne Van Looy licht toe dat handelszaken bij hun vestiging een plan moeten kunnen voorleggen waar de mobiliteitsaspecten mee in worden genomen.

 

Raadslid Alex Van Loon stelt dat, in het bijzonder gelet op de bocht, het niet verkeersveilig is om er handelszaken te vestigen.

 

Schepen Wouter Patho licht toe dat het niet de bedoeling is om er echte handelszaken te vestigen, maar dat er in eerste instantie gedacht wordt aan zaken die een dienstverlening aanbieden, zoals bijvoorbeeld een architect. Het is niet de bedoeling dat er grote supermarkten komen.

 

Raadslid Kris Mintjens vraagt of dit niet indruist tegen de studie van de detailhandelscoach. Dit staat er lijnrecht tegenover. Er werd gesteld om de handelskern net compact te houden. Dit is ook de enige manier om de handelskern in de picture te zetten.

 

Schepen Sanne Van Looy stelt dat het niet de bedoeling is dat er middenstand komt, maar dat er een focus is op de dienstverlenende sector.

 

Raadslid Kris Mintjens licht toe dat de middenstand nu terug zal wegtrekken uit de dorpskern.

 

Schepen Sanne Van Looy licht toe dat de middenstand in de dorpskern blijft, maar dat er nu enkel een aantal bijkomende mogelijkheden worden gecreëerd.

 

Raadslid Kris Mintjens licht toe dat de detailhandelscoach het tegenovergestelde stelt van wat nu wordt voorgesteld met het RUP.

 

Schepen Dries Van Dyck licht toe dat de detailhandelscoach gericht was op een bepaald type van handel. Het handelde niet over het type ondernemer dat in zone 3 zit.

 

Raadslid Kris Mintjens licht toe dat als je dit RUP aan de detailhandelscoach zou voorleggen, zijn conclusie waarschijnlijk zal zijn dat de bal wordt misgeslagen.

 

Schepen Dries Van Dyck stelt dat het nu aan de gemeente is om te stimuleren welk soort handel in welk gebied komt.

 

Raadslid Alex Van Loon meent dat met de detailhandelscoach nooit gesproken is over zone 3, maar dat de discussie vooral ging over de Turnhoutsebaan aan de bakkers.

 

Schepen Dries Van Dyck licht toe dat er inderdaad discussie was over de Turnhoutsebaan aan de bakkers, maar ook over zone 3.

 

Raadslid Alex Van Loon vraagt of het opportuun is om zone 2 te ontwikkelen.

 

Schepen Sanne Van Looy verwijst naar de woonbehoeftestudie waarin een aantal gebieden staan die nog ontwikkeld kunnen worden. Het is iets dat nog eens onder de loep genomen moet worden. Momenteel is het een zone die valt onder uit te breiden.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Interpellatie over de bestemming van het vliegveld in Oostmalle

 

Raadslid Alex Van Loon licht onderhavig punt toe:

"Ik las in de krant dat de Vlaamse regering op 15 maart 2019 het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de bestemming van het vliegveld in Oostmalle voorlopig heeft vastgesteld. Het openbaar onderzoek loopt van 30 april tot 28 juni 2019. Het plan bestemt het gebied als bos- en natuurgebied met nevenbestemming zachte recreatie: er komen wandelpaden, fietspaden en paden voor paardrijden doorheen het gebied en de zweefvliegclub kan actief blijven. Ook de jaarlijkse cyclocross blijft behouden. Minister Koen Van den Heuvel (CD&V) zegt in dat artikel dat een aankoopconsortium van Natuurpunt, Pidpa en enkele aangrenzende eigenaars het gebied zal verwerven om het te beheren als één samenhangend geheel. Het gebied maakt deel uit van het Europese Natura 2000-netwerk. Ik heb vernomen dat de gesprekken over de aankoop door het consortium nog niet zijn afgerond. De uitspraken van minister Van den Heuvel zijn dus enigszins voorbarig, wat niet wegneemt dat dit dossier voor mij in de goede richting evolueert. Op sociale media circuleren er intussen berichten dat het gebied snel toegankelijk wordt, wat vooralsnog niet klopt: het gewestelijk uitvoeringsplan is nog niet definitief vastgesteld en dat bestemmingsplan moet nog worden uitgevoerd."

 

Raadslid Alex Van Loon stelt volgende vragen:

         Heeft het college van burgemeester en schepenen zicht op het verloop van de gesprekken over de verkoop van het vliegveld?

         Hoe schat het college van burgemeester en schepenen het risico in dat mensen het gebied nu al betreden, terwijl dat nog niet is toegelaten?

 

Burgemeester Harry Hendrickx geeft een antwoord, waarbij onder andere volgende elementen aan bod komen:

         Het college van burgemeester en schepenen heeft een zicht op het verloop van de gesprekken. De hoofdlijnen van de afspraken zijn klaar. Aan punten en komma's moet nog worden gewerkt. Alles staat nog niet op papier.

         Het consortium dat gevormd werd, is uniek. Het is in ieder geval een positieve evolutie. De gemeente heeft zelf geen investeringen moeten doen, maar heeft wel zeggingskracht gehad. Er is ingezet op doorwaadbaarheid en op het kunnen behouden van de huidige functies.

         De minister is misschien wat snel geweest met de communicatie. Hierdoor zou misschien wat verwarring kunnen ontstaan. Niettemin zullen de boswachters hun werk wel doen.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2019
Overzicht punten

GR van 28 maart 2019

 

Interpellatie over de oprichting van een bijgebouw aan de molen in Westmalle

 

Raadslid Alex Van Loon licht onderhavig punt toe:

"Het college van burgemeester en schepenen heeft op 4 maart 2019 een omgevingsvergunning afgeleverd voor het oprichten van een bijgebouw aan de molen in Westmalle. De gemeente wil het bijgebouw oprichten in functie van sanitaire voorzieningen en opbergruimte bij de molen. De gemeente heeft het molenhuis verkocht. In functie van het gebruik en het toerisme rond de molen acht het schepencollege het aangewezen om een nieuwe berging met sanitair te voorzien, terwijl er in het molenhuis opbergruimte en sanitair aanwezig zijn. Dat is in het verleden zelfs door de gemeente voorzien voor evenementen zoals de Molenfeesten en De Schakel. De nieuwe eigenaar gaat het molenhuis renoveren. Verdwijnt die opbergruimte met sanitair dan uit het molenhuis? Het Agentschap Wegen en Verkeer heeft ongunstig advies verleend omdat de inplanting van het bijgebouw zich in de zone voor achteruitbouw bevindt. Het schepencollege gaat voorbij aan dit advies omdat het dorpsgezicht van de molen zoveel mogelijk wordt gevrijwaard door de inplanting, om zo aan het advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed tegemoet te komen."

 

Raadslid Alex Van Loon stelt volgende vragen:

         Waarom is er een bijgebouw met opbergruimte en sanitair nodig terwijl er in het leegstaande molenhuis opbergruimte en sanitair aanwezig zijn?

         Hoeveel zal deze investering kosten?

         Hoe past deze uitgave in het bestuursakkoord van de nieuwe coalitie?

         Heeft het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer te maken met de aanleg van fietspaden langs de Antwerpsesteenweg tussen Westmalle en Sint-Antonius? Zo nee, wat houdt dit advies dan in?

         Wanneer start de renovatie van het molenhuis?

 

Schepen Dries Van Dyck geeft een antwoord, waarbij onder andere volgende elementen aan bod komen:

         De nieuwe eigenaar van het molenhuis heeft in 2018 zijn plannen voor het molenhuis toegelicht. Hij zal een grondige renovatie/verbouwing uitvoeren, waarbij het huidige bijgebouw zal gesloopt worden. Het is net in dat huidige bijgebouw dat de molenaars en toerisme Malle opbergruimte en sanitair ter beschikking hebben. Om de goede werking te garanderen voor molenaars/molenbezoeken en ook de organisatie van gemeentelijke evenementen als Oogstfeest en dergelijke, is besloten om een nieuw bijgebouw op te richten.

         De werken zullen in eigen beheer gebeuren en er is in het budget 2019 hiervoor 40.000 euro voorzien.

         Het bestuur wil verder inzetten op de toeristische trekpleisters in eigen beheer, en deze verder uitbouwen. In dat kader is het oprichten van een nieuw bijgebouw aan de Scherpenbergmolen zinvol. Het garandeert enerzijds een goede werking van het beheer van de molen zelf (werking molenaars, opslag nodige materiaal, ...), en is anderzijds zinvol voor toeristisch gebruik (molenbezoeken, maar ook de organisatie van andere evenementen op het molendomein kunnen dan onafhankelijk van de horecazaak zelf georganiseerd worden).

         Er was een ongunstig advies van het Agentschap Wegen en Verkeer, maar in overleg met het Agentschap Onroerend Erfgoed is de inplanting van het bijgebouw perfect mogelijk.

         Het betreft een privaat initiatief. De aanvrager gaf in eerdere gesprekken aan dat deze in de zomer van 2019 de werken zou willen finaliseren. Momenteel werd er nog geen aanvraag tot omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen ingediend.

 

 

Publicatiedatum: 29/04/2019